IT 4678
21 november 2024
Uitspraak

Kwijtschelding studieschuld bij identiteitsfraude DigiD

 
IT 4677
20 november 2024
Uitspraak

Toewijzing van identificerende gegevens en schorsing van Binance-account na beleggingsfraude

 
IT 4675
19 november 2024
Artikel

Laatste kans: Nationaal Mediarechtcongres 2024 aanstaande donderdag

 
IT 4017

Bitcoins moeten worden terugbetaald

Rechtbank Midden-Nederland 18 mei 2022, IT 4017; ECLI:NL:RBMNE:2022:2078 (Eisers tegen gedaagde ), https://itenrecht.nl/artikelen/bitcoins-moeten-worden-terugbetaald

Rb. Midden-Nederland 18 mei 2022, IT 4017; ECLI:NL:RBMNE:2022:2078 (eisers tegen gedaagde) Eiser handelt privé in Bitcoins en heeft in 2018 eiseres opgericht. Gedaagde heeft Bitcoins beschikbaar gesteld om te worden ondergebracht in een door eiseres nog op te zetten fonds in cryptocurrency. Eiser heeft de Bitcoins van gedaagde beheerd en verhandeld. In de loop van 2019 zijn er verliezen ontstaan. Partijen hebben vervolgens een schuldbekentenis ondertekend. Eiser vordert in dit geding onder meer een verklaring voor recht dat eiser in juni 2018 met gedaagde een overeenkomst van opdracht tot het beheren en verhandelen van de Bitcoins van gedaagde is aangegaan. Daarnaast vordert eiser vernietiging van de schuldbekentenis vanwege (primair) bedreiging of misbruik van omstandigheden en (subsidiair) bedrog of dwaling. Ook vordert eiser een verklaring voor recht dat gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld en dat hij aansprakelijk is voor de schade van eiser. 

IT 4016

Verzoek om voorlopige voorziening afgewezen

Rechtbank Midden-Nederland 30 sep 2021, IT 4016; ECLI:NL:RBMNE:2021:5147 (Verzoeker tegen College van Bestuur), https://itenrecht.nl/artikelen/verzoek-om-voorlopige-voorziening-afgewezen

Vzr. Rb. Midden-Nederland 30 september 2021, IT 4016; ECLI:NL:RBMNE:2021:5147 (verzoeker tegen het College van Bestuur) Het College heeft bij besluit van 23 juli 2021 de verzoeken van verzoeker om hem inzage te geven in delen van een datalekregister die zien op zijn persoonsgegevens, afgewezen. Verzoeker heeft hiertegen bezwaar gemaakt en de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. De voorzieningenrechter oordeelt dat verzoeker het spoedeisend belang bij de voorlopige voorziening onvoldoende heeft aangetoond. Slechts wanneer het besluit van het College evident onrechtmatig is, zou er nog een voorlopige voorziening getroffen kunnen worden. Daar is hier echter geen sprake van. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.

IT 4015

Inhoudsopgave Computerrecht

Inhoudsopgave van Computerrecht 4-2022.

 

EDITORIAL

138 De toekomst van onze gegevens / p. 257 / D. Stevens

 

ARTIKELEN

139 Gezichtsherkenning als lakmoesproef voor het biometrisch ontgrendelen van elektronische gegevensdragers / p. 259

In 2021 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de verdachte mag worden verplicht een vergrendelde gegevensdrager te ontgrendelen, mits de biometrische ontgrendeling met geringe fysieke dwang kan worden afgedwongen. De Hoge Raad geeft echter niet aan wat onder biometrie moet worden verstaan. In deze bijdrage wordt nader ingegaan op het begrip biometrie en in hoeverre gezichtsherkenning in overeenstemming met het nemo-teneturbeginsel tegen de verdachte kan worden gebruikt / T. den Os, P. Reumer & D. van Toor

IT 4014

Onvoldoende gesteld hoe overeenkomst tot stand is gekomen

Rechtbank Noord-Holland 29 jun 2022, IT 4014; ECLI:NL:RBNHO:2022:5697 (Zalando tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/onvoldoende-gesteld-hoe-overeenkomst-tot-stand-is-gekomen

Ktr. Rb. Noord-Holland 29 juni 2022, IT 4014; ECLI:NL:RBNHO:2022:5697 (Zalando tegen gedaagde) De vordering is gebaseerd op een overeenkomst tussen een handelaar en consument. In artikel 6:230v lid 3 BW staat een bijzondere verplichting voor de handelaar bij overeenkomsten die op elektronische wijze tot stand zijn gekomen. De handelaar moet het bestelproces bij dergelijke overeenkomsten zo inrichten dat de consument een aanbod pas kan aanvaarden als hem op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk is gemaakt dat zijn bestelling een betalingsverplichting inhoudt. Zalando hanteert op haar website een bestelknop met daarop ‘BESTELLEN EN BETALEN’. Wat betreft de smartphone app is het niet duidelijk of er op de bestelknop ‘BESTELLEN EN BETALEN’ of alleen ‘Bestel nu!’ staat. Zalando heeft onvoldoende gesteld en onderbouwd hoe de overeenkomst tot stand is gekomen. Hierdoor kan de kantonrechter niet beoordelen of voldaan is aan de verplichting uit artikel 6:230v lid 3 BW. De kantonrechter wijst om deze reden de vorderingen af.

IT 4013

Vordering tot immateriële schadevergoeding afgewezen

Rechtbank Den Haag 14 jul 2022, IT 4013; ECLI:NL:RBDHA:2022:6756 (Eiseres tegen College van B&W), https://itenrecht.nl/artikelen/vordering-tot-immateri-le-schadevergoeding-afgewezen

Rb. Den Haag 14 juli 2022, IT 4013; ECLI:NL:RBDHA:2022:6756 (eiseres tegen College van B&W) Bij besluit van 25 september 2020 heeft het College van B&W van Gouda het inzageverzoek van eiseres op grond van de AVG buiten behandeling gesteld. Bij beslissing op bezwaar van 16 juni 2021 heeft het College het primaire besluit herroepen en inhoudelijk op het AVG-verzoek beslist. Eiseres heeft vervolgens beroep ingesteld tegen het bestreden besluit. Eiseres meent dat zij door het handelen van het College de grip op haar persoonsgegevens verloren heeft en vordert een immateriële schadevergoeding. De rechtbank oordeelt dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij immateriële schade heeft geleden. De rechtbank wijst het verzoek om schadevergoeding dan ook af.

IT 4012

Gestelde tekortkoming is onvoldoende onderbouwd

Rechtbank Overijssel 30 jun 2022, IT 4012; ECLI:NL:RBOVE:2022:1949 (Phone House tegen BrixCRM), https://itenrecht.nl/artikelen/gestelde-tekortkoming-is-onvoldoende-onderbouwd

Vzr. Rb. Overijssel 30 juni 2022, IT 4012; ECLI:NL:RBOVE:2022:1949 (Phone House tegen BrixCRM) BrixCRM zou in opdracht van Phone House een nieuw Commerce Platform gaan ontwikkelen en opleveren. BrixCRM laat vervolgens weten dat zij de afgesproken opleveringsdatum niet gaat halen. Phone House vordert onder meer nakoming van de gemaakte afspraken. In reconventie vordert BrixCRM betaling van twee facturen. De voorzieningenrechter oordeelt dat BrixCRM op basis van de opdrachtbevestiging redelijkerwijs mocht verwachten dat haar een opdracht was gegeven om een webshop op te richten die uniform werkte voor zowel de winkeliers als consument. Dat Phone House andere verwachtingen had, kan niet worden tegengeworpen aan BrixCRM. 

IT 4011

Slechts ten aanzien van borg duidelijke mededeling gedaan

Rechtbank Noord-Holland 1 jun 2022, IT 4011; ECLI:NL:RBNHO:2022:4676 (BSH Huishoudapparaten tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/slechts-ten-aanzien-van-borg-duidelijke-mededeling-gedaan

Ktr. Rb. Noord-Holland 1 juni 2022, IT 4011; ECLI:NL:RBNHO:2022:4676 (BSH Huishoudapparaten tegen gedaagde) Op grond van artikel 6:230v lid 3 BW moet een elektronisch bestelproces zo worden ingericht dat de consument een aanbod pas kan aanvaarden wanneer hem op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk gemaakt is dat zijn bestelling een betalingsverplichting inhoudt. Op de bestelknop van BSH staan de woorden ‘bevestig en borg betalen’. De kantonrechter oordeelt dat hiermee slechts ten aanzien van de borg een duidelijke mededeling is gedaan. Het is hiermee volgens de kantonrechter niet duidelijk dat de consument zich verbindt tot betaling van andere kosten. De kantonrechter meent dat er dus niet is voldaan aan de verplichting uit 6:230v lid 3 BW en dat de overeenkomst tussen BSH en gedaagde daarom vernietigbaar is. De vordering van BSH wordt afgewezen. BSH dient haar verplichtingen uit de overeenkomst echter nog wel na te komen.

IT 4010

Vordering tot verwijdering van GVM-lijst toegewezen

Rechtbank Den Haag 1 jul 2022, IT 4010; ECLI:NL:RBDHA:2022:6674 (Eiser tegen de Staat), https://itenrecht.nl/artikelen/vordering-tot-verwijdering-van-gvm-lijst-toegewezen

Vzr. Rb. Den Haag 1 juli 2022, IT 4010; ECLI:NL:RBDHA:2022:6674 (eiser tegen de Staat) Eiser is met het oog op de tenuitvoerlegging van zijn straf aangehouden op Aruba en overgebracht naar Nederland. Het Operationeel Overleg heeft namelijk aangeraden om eiser op de lijst van gedetineerden met een vlucht- of maatschappelijk risico (de GVM-lijst) te plaatsen met de status ‘hoog’. Eiser vordert dat de Staat wordt veroordeeld tot verwijdering van eiser van de GVM-lijst. Hij meent dat het besluit om hem op deze lijst te plaatsen onrechtmatig is omdat er geen sprake zou zijn van vluchtgevaar of ondermijnend gedrag. De voorzieningenrechter oordeelt dat het Operationeel Overleg niet in redelijkheid tot de beslissing is kunnen komen om eiser op de GVM-lijst te plaatsen. Die beslissing kan dus worden gezien als onrechtmatig jegens eiser. De kantonrechter wijst de vordering tot verwijdering van de GVM-lijst daarom toe.

IT 4009

'Bevestig bestelling' houdt geen duidelijke mededeling in

Rechtbank Overijssel 5 jul 2022, IT 4009; ECLI:NL:RBOVE:2022:2093 (CAPACCS tegen gedaagde ), https://itenrecht.nl/artikelen/bevestig-bestelling-houdt-geen-duidelijke-mededeling-in

Ktr. Rb. Overijssel 5 juli 2022, IT 4009; ECLI:NL:RBOVE:2022:2093 (CAPACCS tegen gedaagde) CAPACCS vordert dat gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van het in de dagvaarding omschreven bedrag. Op grond van artikel 6:230v lid 3 BW moet een elektronische bestelproces zo worden ingericht dat de consument een aanbod pas kan aanvaarden als hem duidelijk is gemaakt dat zijn bestelling een betalingsverplichting inhoudt. De kantonrechter oordeelt dat er geen duidelijke mededeling is gedaan over het feit dat de consument met het aanklikken van de bestelknop een betalingsverplichting aangaat. De woorden ‘Bevestig bestelling’ houden geen duidelijke mededeling in. De kantonrechter zal daarom de overeenkomst vernietigen. Gedaagde partij is als gevolg hiervan de gevorderde hoofdsom niet verschuldigd. De kantonrechter wijst de vorderingen van CAPACCS af.

IT 4008

Eiser onderscheidt zich niet van anderen

Rechtbank Midden-Nederland 23 sep 2021, IT 4008; ECLI:NL:RBMNE:2021:5374 (Eiser tegen College van B&W), https://itenrecht.nl/artikelen/eiser-onderscheidt-zich-niet-van-anderen

Rb. Midden-Nederland 23 september 2021, IT 4008; ECLI:NL:RBMNE:2021:5374 (eiser tegen College van B&W) Het College van B&W van de gemeente Noordoostpolder heeft bij besluit van 5 januari 2021 het verzoek van eiser om correctie van zijn persoonsgegevens in de basisregistratie persoonsgegevens (brp) geweigerd. Het College verklaarde daarna het bezwaar van eiser ongegrond. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld. Volgens de rechtbank voldoet het verzoek van eiser niet aan de voorwaarden voor wijziging van zijn gegevens in de brp. De rechtbank erkent dat het besluit grote gevolgen heeft voor eiser. Toch is de rechtbank van oordeel dat eiser zich wat de gevolgen van het besluit betreft, niet onderscheidt van anderen. Al met al verklaart de rechtbank het beroep ongegrond.