DOSSIERS
Alle dossiers

Contracten  

IT 4701

Geschil over verlenging printer- en softwareovereenkomst

Rechtbank Midden-Nederland 27 nov 2024, IT 4701; ECLI:NL:RBMNE:2024:6386 (eiseres tegen gedaagde sub 1 c.s.), https://itenrecht.nl/artikelen/geschil-over-verlenging-printer-en-softwareovereenkomst

Rb. Midden-Nederland 27 november 2024, IT 4701; ECLI:NL:RBMNE:2024:6386 (eiseres tegen gedaagde sub 1 c.s.) Eiseres heeft en met onderneming 1 een huurovereenkomst gesloten. Deze overeenkomst voorziet in de verhuur een multifunctionele printer van het merk Sharp. Onderdeel van de overeenkomst is dat eiseres gedurende de looptijd daarvan de beschikking krijgt over een softwarelicentie voor het softwareprogramma van onderneming 2. Begin 2023 wenste eiseres een nieuwe koppeling met de software van onderneming 2. Partijen zijn het oneens over de vraag of zij een overeenkomst hebben verlengd, waarbij eiseres stelt dat zij alleen akkoord ging met een nieuwe softwarekoppeling binnen de bestaande overeenkomst. De leverancier van de printer heeft sinds april 2023 betalingen voor de softwarelicentie niet meer doorgestort aan de softwareleverancier, waardoor eiseres deze rechtstreeks moest betalen. Dit resulteerde in dubbele kosten voor eiseres, die de niet-betaalde bedragen van de leverancier terugvordert. De kantonrechter oordeelt dat partijen enkel gehouden zijn tot nakoming van de oorspronkelijke overeenkomst van 1 december 2019, die eindigt op 1 december 2025. De leverancier van de printer moet de licentievergoedingen aan onderneming 2 doorbetalen en de overeenkomst correct nakomen. Daarnaast is de leverancier van de printer veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 3.315,40 aan eiseres wegens ongerechtvaardigde verrijking.

IT 4695

Rechtbank beoordeelt rol van sjoemelsoftware in Mercedes-Benz auto's

Rechtbank Amsterdam 13 nov 2024, IT 4695; ECLI:NL:RBAMS:2024:6884 (SDEJ en Car Claim tegen Mercedes), https://itenrecht.nl/artikelen/rechtbank-beoordeelt-rol-van-sjoemelsoftware-in-mercedes-benz-auto-s

Rb. Amsterdam 13 november 2024, IT 4695; ECLI:NL:RBAMS:2024:6884 (SDEJ en Car Claim tegen Mercedes) Stichting Diesel Emissions Justice (SDEJ) en Stichting Car Claim beschuldigen Mercedes-Benz ervan voertuigen uit te rusten met illegale manipulatie-instrumenten (IMI's) in de motorbesturingssoftware, die de emissiecontrolesystemen beïnvloeden. SDEJ en Car Claim stellen dat deze software ervoor zorgt dat de voertuigen tijdens normale rijomstandigheden hogere emissies produceren dan tijdens testomstandigheden, wat zou leiden tot non-conformiteit. De rechtbank oordeelt dat de civiele rechter bevoegd is om te bepalen of sprake is van een IMI, ondanks de geldige typegoedkeuringen door de bevoegde autoriteiten. De rechtbank benadrukt dat de aanwezigheid van een IMI in de software kan leiden tot non-conformiteit, zelfs als het voertuig een geldige typegoedkeuring heeft. Mercedes wordt bevolen om gedetailleerde informatie te verstrekken over de in de voertuigen toegepaste motorbesturingssoftware en de mogelijke aanwezigheid van IMI's, zodat de rechtbank een inhoudelijk oordeel kan vellen over de conformiteit van de voertuigen.

IT 4694

ICT-dienstverlener aansprakelijk voor schade door ontbrekende back-ups van server

Rechtbank Noord-Holland 4 dec 2024, IT 4694; ECLI:NL:RBNHO:2024:12523 (Blok tegen Hallo), https://itenrecht.nl/artikelen/ict-dienstverlener-aansprakelijk-voor-schade-door-ontbrekende-back-ups-van-server

Rb. Noord-Holland 4 december 2024, IT 4694; ECLI:NL:RBNHO:2024:12523 (Blok tegen Hallo) In juni 2022 heeft Hallo een nieuwe server geïnstalleerd voor het ERP-systeem van Blok. Hallo heeft nagelaten back-ups van deze nieuwe server te maken. Op 2 oktober 2024 crashte de server, waardoor de bedrijfsvoering van Blok stil kwam te liggen en aanzienlijke schade werd geleden. Blok vordert schadevergoeding van Hallo wegens wanprestatie, omdat Hallo geen back-ups van de nieuwe server had gemaakt. Hallo stelt dat de verantwoordelijkheid voor de back-ups bij Blok zelf lag en beroept zich op exoneratiebedingen in de ICT-voorwaarden. De voorzieningenrechter oordeelt dat Hallo toerekenbaar tekort is geschoten in haar verplichtingen door geen back-ups van de nieuwe server te maken. De rechter acht de exoneratiebedingen onredelijk en buiten toepassing, gezien de aard van de tekortkoming en de redelijkheid en billijkheid. Hallo wordt veroordeeld tot betaling van een voorschot op de schadevergoeding van € 368.861,73 en een dagelijkse schadevergoeding van € 5.308,- vanaf 25 oktober 2024. Daarnaast moet Hallo Blok informeren over besprekingen met Stellar Data Recovery en relevante bescheiden delen. De voorzieningenrechter concludeert dat Hallo haar kernverplichting om back-ups te maken niet is nagekomen, wat leidt tot aanzienlijke schade voor Blok.

IT 4693

A-G: Cassatieklachten tegen CRM-leverancier moeten worden verworpen

Hoge Raad 18 okt 2024, IT 4693; ECLI:NL:PHR:2024:1072 (Allsafe tegen Smart Connections ), https://itenrecht.nl/artikelen/a-g-cassatieklachten-tegen-crm-leverancier-moeten-worden-verworpen

Parket bij de Hoge Raad 18 oktober 2024, IT 4693; ECLI:NL:PHR:2024:1072 (Allsafe tegen Smart Connections) Smart Connections, de ontwikkelaar van een CRM-systeem, vordert betaling voor openstaande facturen. Allsafe beargumenteert dat de overeenkomst rechtmatig is ontbonden en eist schadevergoeding. De rechtbank gaf Allsafe aanvankelijk gelijk, maar het hof oordeelde in het voordeel van Smart Connections.

A-G Valk concludeert dat geen van de door Allsafe opgeworpen cassatieklachten doel treffen. De kern van het geschil bestaat uit een meningsverschil over de inhoud van de overeenkomst met betrekking tot de functionaliteiten, look and feel en oplevering van het systeem. Het hof oordeelde dat Smart Connections een CRM-systeem met basale functionaliteiten had opgeleverd conform de afspraken, gebaseerd op de initiële look and feel.

IT 4671

Rechtbank Amsterdam veroordeelt China Center Hotel tot betaling aan DPG Media na misgelopen betalingsregelingen

Rechtbank Amsterdam 1 nov 2024, IT 4671; ECLI:NL:RBAMS:2024:6623 (DPG Media tegen CCH), https://itenrecht.nl/artikelen/rechtbank-amsterdam-veroordeelt-china-center-hotel-tot-betaling-aan-dpg-media-na-misgelopen-betalingsregelingen

Rb. Amsterdam 1 november 2024, RB 3868, IT 4671; ECLI:NL:RBAMS:2024:6623 (DPG Media tegen CCH). De rechtbank Amsterdam heeft geoordeeld over een geschil tussen DPG Media B.V. en China Center Hotel B.V. (CCH). DPG Media had in opdracht van CCH advertentie- en reclamecampagnes uitgevoerd en hiervoor facturen ter waarde van € 13.198,31 gestuurd. CCH had hiervan slechts € 5.539,80 betaald. Ondanks meerdere betalingsregelingen in 2022, kwam CCH haar verplichtingen niet na, wat leidde tot een rechtszaak in februari 2024. DPG Media vorderde betaling van het openstaande bedrag van € 11.704,17, vermeerderd met wettelijke handelsrente en proceskosten. CCH betwistte de hoogte van de vordering en stelde dat de specificatie van de vordering vragen opriep. De rechtbank oordeelde echter dat CCH onvoldoende verweer had gevoerd en dat de vordering van DPG Media gerechtvaardigd was. De rechtbank veroordeelde CCH tot betaling van € 10.482,35 aan DPG Media, inclusief wettelijke handelsrente vanaf 19 januari 2023 en proceskosten van € 1.452,22.

IT 4685

Gemeente moet concessieopdracht voor lichtmastreclames Europees aanbesteden

Rechtbank Midden-Nederland 18 okt 2024, IT 4685; ECLI:NL:RBMNE:2024:5923 (eiseres tegen Gemeente Hilversum), https://itenrecht.nl/artikelen/gemeente-moet-concessieopdracht-voor-lichtmastreclames-europees-aanbesteden

Rb. Midden-Nederland 18 oktober 2024, IT 4685; ECLI:NL:RBMNE:2024:5923 (eiseres tegen Gemeente Hilversum) Gemeente Hilversum had gekozen voor een nationale openbare aanbestedingsprocedure, terwijl eiseres stelde dat de opdracht Europees had moeten worden aanbesteed vanwege de geraamde waarde van de concessieopdracht. De geraamde waarde van de opdracht, berekend op basis van het aantal lichtmastreclames en reclameplaten, overschreed de drempelwaarde van € 5.538.000,00, wat een Europese aanbesteding verplicht maakte. De voorzieningenrechter oordeelt dat Gemeente Hilversum de waarde van de concessieopdracht onjuist had geraamd door uit te gaan van een te laag aantal lichtmastreclames en een te lage advertentieprijs. De juiste berekening, met een maximumaantal van 200 lichtmastreclames en een advertentieprijs van € 1.800,00, resulteert in een waarde die de drempelwaarde overschrijdt. Hierdoor moet de opdracht Europees worden aanbesteed. De voorzieningenrechter verbiedt Gemeente om Hilversum de opdracht definitief aan de tussenkomende partij te gunnen en beveelt intrekking van de gunningsbeslissing.

IT 4674

Publiceren website in strijd met non-concurrentiebeding

Rechtbank Amsterdam 30 okt 2024, IT 4674; ECLI:NL:RBAMS:2024:6632 (I.F.H. tegen naam V.O.F), https://itenrecht.nl/artikelen/publiceren-website-in-strijd-met-non-concurrentiebeding

Rb. Amsterdam 30 oktober 2024, IT 4674; ECLI:NL:RBAMS:2024:6632 (I.F.H. tegen naam V.O.F.) Op 3 december 2020 werd een V.O.F. verkocht aan IFH voor waarbij een non-concurrentiebeding werd overeengekomen dat twee jaar zou duren. Tijdens deze periode een vergelijkbaar reviewplatform, door de V.O.F. online gezet. Hoewel de V.O.F. aanvoerde dat de website per ongeluk online was gezet en geen economische activiteiten verrichtte, oordeelt de rechtbank dat de enkele aanwezigheid van de website al een schending van het non-concurrentiebeding inhoudt. De rechtbank wijst de gevorderde boete van € 3.755.000 af als buitensporig en matigt deze tot € 200.000, mede omdat IFH geen aantoonbare schade heeft geleden en de boete anders de koopsom van de overgenomen onderneming zou overstijgen. De rechtbank oordeelt dat de klachtplicht van artikel 6:89 BW niet van toepassing is op deze zaak, omdat het hier gaat om niet-presteren in plaats van gebrekkig presteren. De rechtbank houdt rekening met het feit dat de gepubliceerde website geen serieuze concurrentie vormt aangezien er geen economische activiteiten plaatsvonden en er geen inkomsten werden gegenereerd.

IT 4665

Schadevergoeding brandmeldinstallatie afgewezen

Rechtbank Rotterdam 9 okt 2024, IT 4665; ECLI:NL:RBROT:2024:10035 (Akten tegen Lexxos), https://itenrecht.nl/artikelen/schadevergoeding-brandmeldinstallatie-afgewezen

Rb. Rotterdam 9 oktober 2024, IT 4665; ECLI:NL:RBROT:2024:10035 (Akten tegen Lexxos) Partijen hebben een aantal jaren samengewerkt op het gebied van brandmeldinstallaties, waarbij Lexxos als onderaannemer de installaties installeerde die Akteon leverde. Akteon stelt dat Lexxos haar werk niet goed gedaan heeft en vordert schadevergoeding van Lexxos wegens vermeende tekortkomingen in de uitvoering van werkzaamheden bij diverse projecten, waaronder City Hub Nieuwegein en DC05 Utrecht. De rechtbank oordeelt dat Akteon haar vorderingen onvoldoende heeft onderbouwd, met name door het ontbreken van facturen en betalingsbewijzen voor de gestelde herstelkosten. Lexxos betwist de gestelde tekortkomingen en de rechtbank vindt dat Akteon niet aan haar bewijs- en substantiëringsplicht had voldaan. De vorderingen van Akteon worden afgewezen. Daarnaast wordt geoordeeld dat eerdere beslissingen van de rechtbank Midden-Nederland gezag van gewijsde hadden voor andere projecten, zoals Hudson Bay Warenhuis Den Haag en Albert Heijn in Oss.

IT 4664

Geen bindende overeenkomst tussen HyperAI en Graphcore; vorderingen afgewezen wegens onbevoegdheid

Rechtbank Amsterdam 11 sep 2024, IT 4664; ECLI:NL:RBAMS:2024:5950 (HyperAI tegen Graphcore), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-bindende-overeenkomst-tussen-hyperai-en-graphcore-vorderingen-afgewezen-wegens-onbevoegdheid

Rb. Amsterdam 11 september 2024, IT 4664; ECLI:NL:RBAMS:2024:5950 (HyperAI tegen Graphcore) HyperAI stelde dat er een overeenkomst was gesloten voor de levering van hardware, software en technische ondersteuning door Graphcore. Graphcore betwistte dit en stelde dat er slechts onderhandelingen waren gevoerd zonder bindende afspraken. De rechtbank oordeelt dat er geen sprake was van een bindende overeenkomst, omdat de communicatie tussen partijen geen concrete verplichtingen inhield. HyperAI had hardware aangeschaft van Boston Server & Storage Solutions GmbH, maar dit werd niet gezien als bewijs van een overeenkomst met Graphcore. De rechtbank verklaart zich onbevoegd om van de vorderingen van HyperAI kennis te nemen, omdat de plaats van uitvoering van de vermeende verbintenis buiten Nederland lag. Ook de subsidiaire vordering van HyperAI, gebaseerd op onrechtmatige daad, wordt afgewezen. De rechtbank oordeelt dat de onderhandelingen niet onrechtmatig waren afgebroken door Graphcore.

IT 4662

Broadcom vs. Philips: ontbinding licentieovereenkomst Clarity-software onterecht bevonden

Rechtbank Midden-Nederland 22 okt 2024, IT 4662; ECLI:NL:RBMNE:2024:5958 (Broadcom), https://itenrecht.nl/artikelen/broadcom-vs-philips-ontbinding-licentieovereenkomst-clarity-software-onterecht-bevonden

Rb. Midden-Nederland 22 oktober 2024, IEF 22362, IT4662; ECLI:NL:RBMNE:2024:5958 (Broadcom tegen Philips). Deze zaak betreft een kort geding tussen Broadcom en Philips. Broadcom, een softwareontwikkelaar, had een licentieovereenkomst met Philips voor het gebruik van haar Clarity-software. Broadcom ontbond deze overeenkomst buitengerechtelijk per 30 april 2024, omdat Philips volgens haar de contractuele verplichtingen niet nakwam, met name door niet tweemaal per jaar te rapporteren over het gebruik van de software en door onjuiste gebruikersaantallen door te geven. Philips betwistte de geldigheid van de ontbinding en stelde dat zij de overeenkomst niet had geschonden. De voorzieningenrechter oordeelde dat Broadcom de licentieovereenkomst niet terecht had ontbonden. De rechter vond dat de tekortkomingen van Philips, zoals het niet tweemaal per jaar rapporteren, niet ernstig genoeg waren om ontbinding te rechtvaardigen. Bovendien had Broadcom deze werkwijze gedurende de looptijd van de overeenkomst geaccepteerd.