DOSSIERS
Alle dossiers

Contracten  

IT 5008

Kantonrechter Zwolle kent Volcano redelijk loon toe en wijst te late oplevering van website af

Rechtbank Overijssel 14 okt 2025, IT 5008; ECLI:NL:RBOVE:2025:6124 (Volcano tegen Mijninterieurwinkel), https://itenrecht.nl/artikelen/kantonrechter-zwolle-kent-volcano-redelijk-loon-toe-en-wijst-te-late-oplevering-van-website-af

Rb. Overijssel 14 oktober 2025, IT 5008; ECLI:NL:RBOVE:2025:6124 (Volcano tegen Mijninterieurwinkel). De kantonrechter van de Rechtbank Overijssel doet uitspraak in een geschil tussen Volcano B.V. en Mijninterieurwinkel.nl B.V. over de bouw van een website. Volcano heeft op 27 juni 2024 een factuur van € 22.385,00 voor “fase 1” gestuurd (21 functionaliteiten), waarvan € 9.250,00 is betaald; na beëindiging van de opdracht door Mijninterieurwinkel op 5 augustus 2024 vordert Volcano het restant van € 13.135,00. De rechter wijst nakoming af, omdat onduidelijk blijft welke concrete afspraken definitief voor fase 1 zijn gemaakt, en artikel 7:411 BW helpt Volcano niet omdat geen “bepaald loon” is overeengekomen. Wel kent de rechter op grond van artikel 7:405 BW een redelijk loon toe en stelt dat, gezien de toelichting op de afgeronde functionaliteiten en het uitblijven van verdere klachten na 19 juli 2024, gelijk aan het factuurbedrag; per saldo moet Mijninterieurwinkel € 13.135,00 betalen. De handelsrente van artikel 6:119a BW wordt afgewezen; in plaats daarvan is wettelijke rente ex artikel 6:119 BW verschuldigd vanaf de datum van het vonnis. Daarnaast moet Mijninterieurwinkel € 906,35 aan buitengerechtelijke incassokosten vergoeden en € 2.471,77 aan proceskosten in conventie.

IT 5005

Rechtbank Rotterdam wijst nakomingsvordering af vanwege voorwaardelijke crypto inleg en gesloten fonds

Rechtbank Rotterdam 17 sep 2025, IT 5005; ECLI:NL:RBROT:2025:12665 ([eiseres] tegen[gedaagde]), https://itenrecht.nl/artikelen/rechtbank-rotterdam-wijst-nakomingsvordering-af-vanwege-voorwaardelijke-crypto-inleg-en-gesloten-fonds

Rb. Rotterdam 17 september 2025, IT 5005; ECLI:NL:RBROT:2025:12665 ([eiseres] tegen [gedaagde]). Rechtbank Rotterdam wijst de vordering van [eiseres] B.V. af om [gedaagde] te laten betalen voor een beoogde investering in een crypto-fonds. Partijen kozen geldig voor de rechter te Rotterdam (Brussel I-bis art. 25) en voor Nederlands recht (Rome I art. 3). [gedaagde] tekende in aug. 2022 een subscription agreement voor USD 2,5 mln, maar uit de app- en e-mailwisselingen volgt dat hij pas zou inleggen nadat zijn Duitse belastingkwestie was afgerond. Het fonds startte op 1 september 2022, leed vervolgens flinke verliezen en werd medio 2023 gesloten; de belastingzaak was pas januari 2024 klaar. Toegepast op de Haviltex-maatstaf concludeert de rechtbank: deelname en betaling waren voorwaardelijk, en toen de voorwaarde vervuld raakte bestond het fonds niet meer. Betalen zonder tegenprestatie hoefde [gedaagde] niet te verwachten.

IT 4998

Ontwikkeling toeristenapp Bonaire: comparitie gelast in zaak TCB tegen Dot1

Overige instanties 27 aug 2025, IT 4998; ECLI:NL:OGEAA:2025:256 (TCB tegen Dot1), https://itenrecht.nl/artikelen/ontwikkeling-toeristenapp-bonaire-comparitie-gelast-in-zaak-tcb-tegen-dot1

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba 27 augustus 2025, IT 4998; ECLI:NL:OGEAA:2025:256 (TCB tegen Dot1). TCB gaf Dot1 in oktober 2019 opdracht een toeristen-app voor Bonaire te ontwikkelen (fase 1 in circa 14 weken; totaal USD 34.980, volledig betaald). Omdat de app volgens TCB nooit ter beschikking is gesteld, ontbond zij de overeenkomst op 26 februari 2023 en vorderde terugbetaling; Dot1 stelde dat TCB steeds op de hoogte werd gehouden en (vervroegde) toegang had, terwijl de inschrijving als Apple-developer en publicatie via TCB’s eigen account cruciaal waren. De correspondentie laat langdurige vertraging zien, wél (gedeeltelijke) ontwikkeling en content-invoer in 2020, en contact tot april 2021; daarna volgden in 2022 mails en een meeting op 31 oktober 2022, maar nadien bleef een update uit. De door Dot1 genoemde e-mails van november 2022 zijn niet ontvangen vanwege een fout adres, zodat die buiten beschouwing blijven.

IT 4994

Bestuurder moet uitleg geven over verdwijnen van marketingbureau voordat rechter beslist over terugbetaling

Rechtbank Amsterdam 2 mei 2025, IT 4994; ECLI:NL:RBAMS:2025:6840 ([eiseres] tegen Mijn Mediamix Group en [gedaagde 2]), https://itenrecht.nl/artikelen/bestuurder-moet-uitleg-geven-over-verdwijnen-van-marketingbureau-voordat-rechter-beslist-over-terugbetaling

Rb. Amsterdam 2 mei 2025, IT 4994; ECLI:NL:RBAMS:2025:6840 ([eiseres] tegen Mijn Mediamix Group en [gedaagde 2]). De kantonrechter in Amsterdam behandelt een conflict tussen een ondernemer ([eiseres]) en een marketing/webbureau (Mijn Mediamix Group B.V.) en haar bestuurder ([gedaagde 2]). [eiseres] zegt: ik heb ruim € 9.700 betaald voor een website en online marketing, maar ik heb niets bruikbaars gekregen, dus ik wil mijn geld terug. Ze wil daarnaast ook dat de bestuurder persoonlijk aansprakelijk wordt, omdat de vennootschap kort daarna uit het Handelsregister is uitgeschreven, waardoor zij haar vordering niet meer kan verhalen. [gedaagde 2] zegt dat zij wel aan de opdracht hebben gewerkt en dat de uitschrijving buiten zijn schuld lag (problemen met de boekhouder en de Belastingdienst).

IT 4984

Overeenkomst ten aanzien van ontwikkeling app ontbonden

Rechtbank Den Haag 20 aug 2025, IT 4984; ECLI:NL:RBDHA:2025:16216 (Job Finder tegen [gedaagde]), https://itenrecht.nl/artikelen/overeenkomst-ten-aanzien-van-ontwikkeling-app-ontbonden

Rb. Den Haag 20 augustus 2025, IT 4984; ECLI:NL:RBDHA:2025:16216 (Job Finder tegen [gedaagde]). Job Finder B.V. start een procedure tegen de softwareontwikkelaar [gedaagde] (h.o.d.n. [handelsnaam]) over een overeenkomst van 20 november 2023 voor het ontwikkelen van de app “JobFinder 1.0” met o.a. registratie, uren, facturatie, AI-chatbot en een werknemersportaal (prijs € 8.000 excl. btw). De feitelijke leiding bij opdrachtgever lag bij EuroFlex Logistics B.V., die de overeenkomst later aan Job Finder cedeert. Uit WhatsApp-correspondentie en partijenverklaringen blijkt dat in maart–mei 2024 nog diverse bugs bestaan (wachtwoord reset werkt niet goed, gebruikers worden uitgelogd, facturatie functioneert niet), ondanks herhaalde toezeggingen van [gedaagde] dat de app “binnen 48 uur” of “binnen 7 dagen” live kan. EuroFlex stelt [gedaagde] op 23 mei 2024 in gebreke; [gedaagde] betwist op 29 mei 2024 een tekortkoming, waarmee verzuim intreedt (art. 6:83 sub c BW). De rechtbank oordeelt dat geen fatale termijn is overeengekomen (de “1–3 maanden” is slechts een streefduur), maar dat de app niet voldoet aan de overeenkomst en [gedaagde] tekortschiet. EuroFlex heeft de overeenkomst op 31 mei 2024 rechtsgeldig ontbonden; wegens de ongedaanmakingsverplichting moet [gedaagde] het ontvangen bedrag van € 21.295,99 terugbetalen aan Job Finder, met wettelijke rente vanaf 23 juni 2024. Een waardevergoeding (art. 6:272 BW) is niet verschuldigd omdat de app geen waarde voor Job Finder heeft gehad en broncode/data niet zijn overgedragen.

IT 4978

Uitspraak ingezonden door mr. X.W. Koehoorn, NietBezorgd.nl

Vernietiging wegens retouradres buiten Nederland en hoge retourkosten

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 8 okt 2025, IT 4978; ECLI:NL:RBZWB:2025:6826 (de consumenten tegen KPA), https://itenrecht.nl/artikelen/vernietiging-wegens-retouradres-buiten-nederland-en-hoge-retourkosten

Rb. Zeeland-West-Brabant 8 oktober 2025, IT 4978; ECLI:NL:RBZWB:2025:6826 (de consumenten tegen KPA). De kantonrechter Breda (Rb Zeeland-West-Brabant) behandelt een geschil tussen negen consumenten en KPA E-Commerce B.V. over online aankopen bij KPA’s webshop, die werkte met internationale dropshipping vanuit China. De consumenten vorderen algehele vernietiging van hun overeenkomsten op afstand en terugbetaling van de betaalde prijzen, omdat KPA diverse essentiële (pre)contractuele informatieplichten uit art. 6:230m BW en art. 6:230v BW niet is nagekomen; KPA betwist dit en stelt dat eventuele tekortkomingen geen volledige vernietiging rechtvaardigen. De rechtbank staat een eisvermindering toe maar laat een laat overgelegde productie (nr. 15) buiten beschouwing. Inhoudelijk benadrukt de rechtbank dat de handelaar moet aantonen dat aan informatieplichten is voldaan en ziet zij ambtshalve toe op naleving [IT 4923]. Precontractuele informatie alléén in algemene voorwaarden volstaat niet als de consument die niet actief heeft aangevinkt (ECLI:EU:C:2022:112). KPA kon het bestelproces niet deugdelijk onderbouwen met printscreens en vermeldde op de site veelal geen juiste handelsnaam, volledig vestigingsadres, telefoonnummer of e-mail; de na latere aanpassing getoonde gegevens bleven onvolledig. Voor levering acht de rechtbank de melding “gratis verzending in heel Nederland” op zichzelf toereikend, maar bij herroeping was onduidelijk hoe en waar te retourneren en werd niet transparant gemaakt dat retour naar China hoge kosten meebracht; ook is geen modelformulier verstrekt en ontbrak bevestiging van de wettelijk vereiste informatie op een duurzame gegevensdrager. De bestelknop-teksten (“nu bestellen”, “order nu”, “plaats uw bestelling”) voldoen niet aan art. 6:230v lid 3 BW (ECLI:NL:HR:2024:1355).

IT 4975

Geschil over samenwerking verkoop software

Gerechtshof Amsterdam 23 sep 2025, IT 4975; ECLI:NL:GHAMS:2025:2472 ([appellant] tegen [geïntimeerde]), https://itenrecht.nl/artikelen/geschil-over-samenwerking-verkoop-software

Hof Amsterdam 23 september 2025, IT 4975; ECLI:NL:GHAMS:2025:2472 ([appellant] tegen [geïntimeerde]). Het Gerechtshof Amsterdam doet eindarrest in een geschil over de beëindigde samenwerking bij verkoop en implementatie van SAP-add-ons tussen [appellant] (NL) en [geïntimeerde] (Turkije), na een tussenarrest van 3 december 2024. Partijen twisten over wederzijdse betalings- en schadevorderingen (license fee, cloud service fee, additional development fee en schade wegens niet-opgeleverde projecten). Het hof preciseert per post het contractuele kader: facturatie in twee termijnen (tweede termijn pas bij “go live”), eerste termijn bij levering broncode; voor cloud services is (afhankelijk van de SoW-situatie) een overeenkomst tussen partijen nodig en feitelijke afname door de eindklant; voor additional development is, gelet op onderlinge e-mailafspraken, schriftelijke opdracht van de eindklant én een purchase order vereist. Verweren van [appellant] dat SoW’s ontbreken, go-live niet is gecommuniceerd of dat alleen “compatibiliteit” bestond, worden per project beoordeeld; diverse purchase orders, SoW’s (al dan niet ondertekend), een “client tracker” en een door [appellant] opgesteld overzicht dragen toewijzing van onderdelen. Schadevorderingen van [appellant] wegens niet-opgeleverde projecten stranden omdat geen rechtsgeldige ingebrekestelling is aangetoond (art. 6:82 BW); een beroep op verrekening faalt daarmee eveneens. Beroepen op uitstel van betaling (eigen klant niet gefactureerd/ontvangen) gaan niet op in het licht van de gemaakte afspraken; het hof verwerpt verder bewijsaanbiedingen die niet tot een ander oordeel kunnen leiden.

IT 4964

Afwijzing exhibitie-vordering VantagePoint tegen Wolters Kluwer

Rechtbank Amsterdam 3 sep 2025, IT 4964; ECLI:NL:RBAMS:2025:6488 (Vantagepoint tegen Wolters Kluwer), https://itenrecht.nl/artikelen/afwijzing-exhibitie-vordering-vantagepoint-tegen-wolters-kluwer

Rb. Amsterdam 3 september, IT 4964; ECLI:NL:RBAMS:2025:6488 (Vantagepoint tegen Wolters Kluwer). De voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam wijst in kort geding de vordering van het Britse advies- en softwarebedrijf VantagePoint Holdings Limited tegen Wolters Kluwer N.V. af. VantagePoint wil op grond van artikel 194 Rv inzage in en afschrift van een groot aantal interne documenten van Wolters Kluwer en haar dochtermaatschappijen Tagetik UK en Tagetik S.r.l., waaronder e-mails, notulen, accountantsverslagen en interne rapportages. Het bedrijf stelt dat het bij de in december 2023 gesloten reseller-overeenkomsten ernstig financieel wordt benadeeld. Volgens VantagePoint heeft Tagetik UK bij het sluiten van de contracten toegezegd dat de niet-opzegbare betalingsverplichtingen zouden worden aangepast als er geen klanten zouden worden aangeleverd, maar is dat niet gebeurd. Verder verwijt VantagePoint Wolters Kluwer dat zij misbruik maakt van haar machtspositie om omzet te kunnen rapporteren zonder daadwerkelijke verkopen en dat zij druk en chantage uitoefent om VantagePoint te laten betalen en externe financiering te regelen. De onderneming wil de gevraagde informatie gebruiken om haar rechtspositie te bepalen in mogelijke procedures in Engeland en Nederland.

IT 4959

Booking.com heeft beperkte verantwoordelijkheid als platform

Rechtbank Amsterdam 1 sep 2025, IT 4959; ECLI:NL:RBAMS:2025:6612 ([verzoeker] tegen Booking.com), https://itenrecht.nl/artikelen/booking-com-heeft-beperkte-verantwoordelijkheid-als-platform

Rb. Amsterdam 1 september 2025, IEF 22943; IT 4959; ECLI:NL:RBAMS:2025:6612 ([verzoeker] tegen Booking.com). [verzoeker] heeft via het platform Booking.com een accommodatie geboekt. Eenmaal aangekomen blijkt dit niet aan de verwachtingen te voldoen. [verzoeker] vordert terugbetaling van de kosten voor de accommodatie. Booking.com verweert zich en beroept zich op de beperkte verantwoordelijkheid die zij heeft als online platform. Ook beroept Booking.com zich op de algemene voorwaarden waarin staat dat zij geen partij is bij de reservering en hierom niet aansprakelijk is. 

IT 4958

ProTech3D moet facturen betalen aan upMention

Gerechtshof Den Haag 2 sep 2025, IT 4958; ECLI:NL:GHDHA:2025:1772 (ProTech3D tegen upMention), https://itenrecht.nl/artikelen/protech3d-moet-facturen-betalen-aan-upmention

Hof Den Haag 2 september 2025, IT 4958; ECLI:NL:GHDHA:2025:1772 (ProTech3D tegen upMention). UpMention biedt diensten aan op het gebied van zoekmachineoptimalisatie, SEO. ProTech3D verkoopt 3d-printers. ProTech3D heeft de facturen van UpMention niet betaald want er zou geen overeenkomst tot stand zijn gekomen. De rechtbank oordeelde dat er wél een overeenkomst tot stand is gekomen en veroordeelde ProTech3D tot het betalen van de facturen. ProTech3D is tegen dit vonnis in hoger beroep gegaan.