DOSSIERS
Alle dossiers

Social media  

IT 4747

Artikel over confrontatie tussen eiser en gedaagde moet vervangen worden, videobeelden mogen online blijven

Rechtbank Rotterdam 19 dec 2024, IT 4747; ECLI:NL:RBROT:2024:13041 (Eiser tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/artikel-over-confrontatie-tussen-eiser-en-gedaagde-moet-vervangen-worden-videobeelden-mogen-online-blijven

Vzr. Rb. 19 december 2024, IEF 22475, IT 4747; ECLI:NL:RBROT:2024:13041 (Eiser tegen gedaagde). Tussen eiser en gedaagde heeft er een voorval plaatsgevonden, dat door gedaagde is gefilmd. Deze videobeelden heeft gedaagde samen met een artikel gepubliceerd op haar website. De website ControleAltDelete.nl plaatste het artikel en de videobeelden ook op diverse sociale media-accounts. Eiser maakt bezwaar tegen deze publicaties en vordert in dit kort geding dat gedaagde het artikel en de videobeelden van haar website moet verwijderen en Controle Alt Delete zou verzoeken hetzelfde te doen. Aan de vorderingen legt eiser naast de schending van de persoonlijke levenssfeer, ook schending van het portretrecht ten grondslag.

IT 4707

Geen dwaling bij aankoop internetonderneming.

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 3 dec 2024, IT 4707; ECLI:NL:GHSHE:2024:3837 (appellanten tegen geïntimeerde ), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-dwaling-bij-aankoop-internetonderneming

Hof 's-Hertogenbosch 3 december 2024, IT 4707; ECLI:NL:GHSHE:2024:3837 (appellanten tegen geïntimeerde) Appellanten hebben een internetonderneming gekocht van geïntimeerde. De helft moest vooraf en de rest later betaald worden. Na de overname ontdekten appellanten dat een groot deel van de Instagram volgers van de onderneming nep was, wat volgens hen een belangrijke factor was bij de aankoopbeslissing. Appellanten vernietigden de koopovereenkomst buitengerechtelijk op grond van dwaling en eisten terugbetaling van de eerste termijn. De kantonrechter wees hun vorderingen af. Het hof oordeelt dat de verkoper zijn mededelingsplicht niet heeft geschonden, omdat er geen bewijs is dat hij bewust onjuiste informatie over de Instagram-volgers heeft verstrekt. Het hof stelt vast dat appellanten onvoldoende hebben aangetoond dat de nepvolgers de waarde van de onderneming significant beïnvloeden. De deskundige vond geen bewijs voor een substantieel aantal gekochte volgers, en de engagement rate van de volgers was hoog. Het beroep op dwaling door de appellanten wordt afgewezen, omdat zij niet aannemelijk hebben gemaakt dat de koopovereenkomst onder een onjuiste voorstelling van zaken tot stand is gekomen.

IT 4616

Vordering tot toelating tot het YouTube Partner Program wordt afgewezen

Rechtbank Amsterdam 2 aug 2024, IT 4616; ECLI:NL:RBAMS:2024:4917 (Stichting BLCKBX tegen Google), https://itenrecht.nl/artikelen/vordering-tot-toelating-tot-het-youtube-partner-program-wordt-afgewezen

Vzr. Rb. Amsterdam 2 augustus 2024, IT 4616; ECLI:NL:RBAMS:2024:4917 (Stichting BLCKBX tegen Google). BLCKBX is een mediabedrijf dat verschillende actualiteitenprogramma’s produceert. Deze worden onder andere via een YouTube-kanaal ter beschikking gesteld. De videoplatformdienst YouTube wordt aangeboden door Google. Om gebruik te maken van de diensten van YouTube moeten gebruikers een gebruikersovereenkomst aangaan met YouTube. Gebruikers die zelf content maken krijgen de mogelijkheid inkomsten te genereren via het YouTube-partnerprogramma (hierna: YPP). BLCKBX is toegelaten tot het YPP, maar de deelname is door YouTube tot twee keer toe beëindigd wegens schendingen van het beleid. De nieuwe aanmeldingen door BLCKBX zijn afgewezen door YouTube.

IT 4606

Oud-werknemer moet publicaties over werkgever en collega’s verwijderen

Rechtbank Rotterdam 6 sep 2024, IT 4606; ECLI:NL:RBROT:2024:7481 (Stedin tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/oud-werknemer-moet-publicaties-over-werkgever-en-collega-s-verwijderen

Vzr. Rb. Rotterdam 6 augustus 2024, IT 4606; ECLI:NL:RBROT:2024:7481 (Stedin tegen gedaagde). Gedaagde is een voormalig medewerker van Stedin. Zijn contract werd niet verlengd nadat er klachten waren binnengekomen over agressief en bedreigend gedrag. Deze gebeurtenis leidde ertoe dat gedaagde zijn oude teamleider een Whatsappbericht stuurt met daarin 40 onderwerpen die naar buiten zullen komen wanneer ze “er samen niet uit zouden komen”. Waar ze precies uit moeten komen, wordt niet duidelijk. Gedaagde gaat echter verder en publiceert op zijn website artikelen die inhoudelijk betrekking hebben op zijn werk en de slechte werkomgeving. Het gaat hierbij onder andere over fraude, ongepast gedrag jegens gedaagde en andere ernstige beschuldigingen. Stedin vordert in reactie hierop een gebod tot verwijdering van al dit soort artikelen en de plaatsing van een rectificatie.

IT 4603

Foto’s en video moeten van social media verwijderd worden

Rechtbank Rotterdam 8 aug 2024, IT 4603; ECLI:NL:RBROT:2024:7395 (Persoon A tegen persoon B), https://itenrecht.nl/artikelen/foto-s-en-video-moeten-van-social-media-verwijderd-worden

Vzr. Rb. Rotterdam 8 augustus 2024, IT 4603; ECLI:NL:RBROT:2024:7395 ([persoon A] tegen [persoon B]). Vonnis in verzet in kort geding. De zaak gaat over beschuldigingen op sociale media platform door persoon B over persoon A. Persoon A heeft een Stichting waar persoon B een tijd als vrijwilliger voor heeft gewerkt. Na een geschil waar de politie bij betrokken was legde persoon B deze werkzaamheden neer en heeft hierna persoon A op sociale media ervan beschuldigd dat zij de AVG zou schenden, haar aanstaande ex-man wil omleggen, een prostituee is en harddrugs en drank gebruikt. Hiertegen is persoon A een kort geding procedure begonnen waarin verstekvonnis is gewezen. Hierin is bepaald dat persoon B alle uitingen diende te verwijderen en een rectificatie moet plaatsen. Tegen dit vonnis komt persoon B in verzet.

IT 4592

Schending van informatieverplichtingen van de AVG biedt grond voor een collectieve verbodsactie

HvJ EU 11 jul 2024, IT 4592; ECLI:EU:C:2024:598 (Meta tegen Bundesverband), https://itenrecht.nl/artikelen/schending-van-informatieverplichtingen-van-de-avg-biedt-grond-voor-een-collectieve-verbodsactie

HvJ EU 11 juli 2024, IT 4592; ECLI:EU:C:2024:598 (Meta tegen Bundesverband). Meta bood via het “App-Zentrum” haar gebruikers gratis spelapplicaties van derden aan. Bij het bezoeken van dit centrum kreeg de gebruiker de melding dat hij de betrokken applicaties toestond een aantal persoonsgegevens te verzamelen en tevens het recht verleende om namens hem bepaalde van die gegevens te delen. Ook werd de gebruiker ervan op de hoogte gebracht dat hij akkoord ging met de algemene voorwaarden van de applicaties. Volgens het Bundesverband is de door Meta verstrekte informatie oneerlijk geweest, met name omdat die informatie niet voldeed aan de relevante wetgeving. In eerste aanleg is het Bundesverband door de Duitse rechter in het gelijk gesteld, evenals in het door Meta ingestelde hoger beroep. Hoewel de hoogste Duitse rechter (Bundesgerichtshof) de uitspraken bekrachtigt, betwijfelt hij de ontvankelijkheid van het Bundesverband, wiens procesbevoegdheid mogelijk verloren zou zijn gegaan als gevolg van de inwerkingtreding van de AVG. Het Hof EU geeft daarover uitsluiting, door te stellen dat iedere vereniging die consumentenbelangen behartigt in rechte kan optreden tegen de vermeende dader van een inbreuk op de bescherming van persoonsgegevens, ook wanneer zij daartoe geen opdracht heeft gekregen en los van de vraag of er sprake is van enige schending van concrete rechten van de betrokkenen. Het Bundesgerichtshof vraagt zich echter nog steeds af of het niet-naleven van de informatieverplichtingen van de AVG een inbreuk “ten gevolge van de verwerking” in de zin van artikel 80 lid 2 AVG oplevert op grond waarvan het Bundesverband een verbodsactie zou kunnen instellen. In dat kader stelt hij een prejudiciële vraag aan het Hof.

IT 4591

Rhedelijk Cultureel maakt inbreuk op auteursrechten fotografe

Rechtbank Gelderland 19 jun 2024, IT 4591; ECLI:NL:RBGEL:2024:3804 (eiseres tegen Rhedelijk Cultureel), https://itenrecht.nl/artikelen/rhedelijk-cultureel-maakt-inbreuk-op-auteursrechten-fotografe

Ktr. rb. Gelderland 19 juni 2024, IEF 22160, IT 4591; ECLI:NL:RBGEL:2024:3804 (eiseres tegen Rhedelijk Cultureel) Eiseres is actrice en professioneel fotografe. Als fotograaf is zij actief in new born- en bruiloftsfotografie. Rhedelijk Cultureel is een stichting die door muziek, theater en dans aansluit bij maatschappelijke vraagstukken. Rhedelijk Cultureel heeft eiseres ingehuurd als actrice voor het Dickens festival. Eiseres heeft ook een paar foto’s gemaakt, die door Rhedelijk Cultureel zijn gepubliceerd op hun sociale media kanalen. Eiseres stelt dat Rhedelijk Cultureel inbreuk maakt op haar auteursrechten, waarna de foto’s op de website van Rhedelijk Cultureel verwijderd worden en de foto’s op sociale media worden voorzien van naamsvermelding van eiseres. Een maand later wordt een wervingsgids van activiteiten in de omgeving Rheden uitgebracht, waarin de foto’s van eiseres zijn afgedrukt. Eiser vordert Rhedelijk Cultureel onder meer te gebieden de schade te vergoeden. De kantonrechter oordeelt dat Rhedelijk Cultureel inbreuk heeft gemaakt op de auteursrechten van eiseres, waardoor zij onrechtmatig heeft gehandeld jegens eiseres. Rhedelijk Cultureel moet de door eiseres geleden schade vergoeden. De kantonrechter begroot de schade op een bedrag van €400,-.

IT 4582

Arag hoeft schadelijke berichtgeving van ex-cliënt niet te tolereren

Rechtbank 13 jun 2024, IT 4582; ECLI:NL:RBGEL:2024:3644 (Arag tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/arag-hoeft-schadelijke-berichtgeving-van-ex-client-niet-te-tolereren

Vzr. Rb. Gelderland 13 juni 2024, IT 4582; ECLI:NL:RBGEL:2024:3644 (Arag tegen gedaagde). Deze zaak vloeit voort uit een tussen gedaagde en ABN-AMRO Verzekeringen (hierna: ABN-AMRO) afgesloten en later opgezegde rechtsbijstandverzekering. De uitvoering van de verzekering was belegd bij Arag, eiser in deze zaak. Het geschil tussen partijen is ontstaan naar aanleiding van de opzegging van de verzekeringsovereenkomst. ABN-AMRO heeft de overeenkomst, op basis van de verzekeringsvoorwaarden, eenzijdig opgezegd nadat gedaagde zich beledigend en bedreigend zou hebben uitgelaten naar de medewerkers van Arag. Gedaagde heeft hiertegen een klacht ingediend bij het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening, maar tevergeefs. Ook het hoger beroep van gedaagde liep op niets uit. Gedaagde heeft diens frustratie kenbaar gemaakt door meerdere negatieve berichten op verschillende sociale media te plaatsen met betrekking tot Arag en haar medewerkers. Arag vordert in kort geding dat gedaagde alle berichten verwijdert waarin hij namen van de medewerkers van Arag noemt, alsmede waarin hij de reputatie van Arag schendt, dan wel zich neerbuigend over Arag uitlaat en/of Arag beschuldigt van strafbaar en/of onrechtmatig gedrag. Ook vordert Arag dat gedaagde wordt verboden om dergelijke uitingen te doen in de toekomst.

IT 4579

Negatieve uitlatingen tegenover minister op Curaçao op Facebook

Overige instanties 12 jul 2024, IT 4579; ECLI:NL:OGEAC:2024:112 (De minister tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/negatieve-uitlatingen-tegenover-minister-op-curacao-op-facebook

Gerecht in Eerste Aanleg van Curaçao 12 juni 2024, IT 4579; ECLI:NL:OGEAC:2024:112 (De minister tegen gedaagde). Kort geding. De minister, lid van de politieke partij Movementu Futuro Kòrsou (hierna: MFK), is na de verkiezingen van 2021 benoemd tot minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning. Gedaagde heeft met zijn partij, Union i Progrese (hierna: UP), ook aan de verkiezingen meegedaan, maar geen zetel behaald. Op de Facebookpagina van UP staan video's waarop gedaagde zich negatief uitlaat over de minister. De minister vordert in dit kort geding dat het gerecht gedaagde verbiedt de videobeelden op enige wijze voor het publiek toegankelijk te maken, andere opruiende en/of smadelijke uitspraken te openbaren, en een dwangsom op te leggen voor de dagen dat gedaagde zich hier niet aan houdt. Gedaagde voert verweer.

IT 4577

Commissariaat van de Media deelt eerste boete uit aan influencer op TikTok

Overige instanties 18 jun 2024, IT 4577; 966787 / 974939 (Sanctiebeschikking), https://itenrecht.nl/artikelen/commissariaat-van-de-media-deelt-eerste-boete-uit-aan-influencer-op-tiktok

CvdM 18 juni 2024, IT 4577; 966787 / 974939 (Sanctiebeschikking). In het kader van zijn toezichthoudende taak heeft het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) onderzoek verricht naar de naleving van de Mediawet 2008 door een influencer die actief is op onder andere het platform TikTok. Sinds 1 juli 2022 kunnen TikTok-profielen ook aan de vereisten van een commerciële mediadienst op aanvraag voldoen. In deze sanctiebeschikking komt het Commissariaat tot het oordeel dat de influencer artikel 3.5b lid 1 van de Mediawet 2008 heeft overtreden. Haar wordt een boete opgelegd. Het gaat hierbij om vier video's die reclame bevatten, waarbij het niet duidelijk herkenbaar is dat het om reclame gaat. Na vaststelling van deze overtreding heeft het Commissariaat de influencer een waarschuwing gegeven. De video's zijn echter niet aangepast, hetgeen in deze sanctiebeschikking leidt tot een boete van 6075 euro. Dit is de eerste keer dat het Commissariaat een dergelijke boete aan een influencer uitdeelt sinds de nieuwe regels van 1 juli 2022.

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 1 - 10 van 38