Rechtsgeldige opzegging softwareovereenkomst

Hof Amsterdam 17 december 2024, IT 4766; ECLI:NL:GHAMS:2024:3456 (Xlab tegen Contourdetwern) Op 22 augustus 2016 hebben Xlab en Contourdetwern een overeenkomst gesloten met een looptijd tot en met 30 juni 2021 op grond waarvan Xlab aan Contourdetwern een softwareapplicatie (BLIK) levert. Contourdetwern heeft medio 2020 aangegeven op zoek te gaan naar een nieuwe softwareapplicatie en besloot een andere leverancier te kiezen. Xlab betwistte de rechtsgeldigheid van de opzegging door Contourdetwern, omdat deze volgens haar niet voldeed aan het schriftelijkheidsvereiste zoals overeengekomen in de verlengingsovereenkomst. Xlab vordert nakoming van de betalingsverplichting door Contourdetwern, omdat de overeenkomst niet rechtsgeldig is opgezegd en dus automatisch is verlengd. Contourdetwern stelt dat de opzegging wel rechtsgeldig is en dat zij geen verdere betalingsverplichtingen heeft tegenover Xlab. Het hof oordeelt dat de opzegging van de softwareovereenkomst door Contourdetwern rechtsgeldig is. Het hof stelt vast dat de opzegging voldeed aan de contractuele vereisten, waaronder het schriftelijkheidsvereiste. Contourdetwern heeft voldoende bewijs geleverd dat de opzegging schriftelijk is gedaan en tijdig is ontvangen door Xlab. Daarnaast is de opzegging duidelijk en ondubbelzinnig, waardoor het schriftelijkheidsvereiste in overeenstemming met de redelijkheid en billijkheid wordt geacht. De vordering van Xlab tot nakoming van de betalingsverplichting wordt afgewezen.
Inspanningsverplichting internetdiensten niet nagekomen

Rb. Zeeland-West-Brabant 24 december 2024, IT 4764; ECLI:NL:RBZWB:2024:9209 (Real Gen tegen opdrachtgever) Real Gen heeft een overeenkomst gesloten met opdrachtgever voor het leveren van internetdiensten ter verbetering van de marketingpositie en vindbaarheid van opdrachtgever op het internet. Real Gen heeft meerdere facturen gestuurd voor de geleverde diensten, waarvan opdrachtgever alleen de eerste heeft betaald. Opdrachtgever heeft de overige facturen betwist en stelt dat er een mondelinge afspraak was gemaakt om de overeenkomst te beëindigen tegen betaling van een afkoopsom van € 605,00. Real Gen vordert betaling van de openstaande facturen. Opdrachtgever stelt dat hij alleen de afkoopsom verschuldigd is. De kantonrechter oordeelt dat opdrachtgever alleen de afkoopsom hoeft te betalen, zoals mondeling afgesproken tussen partijen. De kantonrechter stelt vast dat Real Gen niet heeft voldaan aan haar inspanningsverplichting om de marketingpositie en vindbaarheid van opdrachtgever te verbeteren, en dat de overeenkomst daarom terecht is beëindigd.
Uitspraak ingezonden door Lotte Oranje en Nina Wekking, Kennedy Van der Laan.
Vrijheid van meningsuiting prevaleert boven privacybelangen in uitzending over zorgmisstanden

Rb. Midden-Nederland 20 december 2024, IEF 22493, IT 4762; ECLI:NL:RBMNE:2024:7070 (eiser sub 1 c.s. tegen KRO-NCRV). De Rechtbank heeft in een kort geding uitspraak gedaan tussen eiser sub 1 c.s., voormalig bestuurders van de gefailleerde zorginstelling onderneming 1, en de publieke omroep KRO-NCRV. Het geschil betreft een uitzending van een programma waarin misstanden bij onderneming 1 aan de kaak worden gesteld. Eisers vorderen rectificatie, verwijdering van de uitzending en het bijbehorende artikel. Zij stellen dat de publicaties onrechtmatig zijn omdat deze hun reputatie hebben aangetast en hun privacy hebben geschonden.
Rechtbank beveelt deskundigenonderzoek naar geschil over vertraagd e-commerceplatform

Rb. Amsterdam 15 januari 2025, IT 4763; ECLI:NL:RBAMS:2025:365 (eiser tegen gedaagde) Eiser en gedaagde hadden een overeenkomst voor de ontwikkeling van een e-commerce platform, waarbij eiser een werkende website zou opleveren voor een vast bedrag van € 240.000 binnen zes tot acht maanden. Gedaagde stopte met betalen omdat de website niet naar behoren werkte en niet live kon gaan, ondanks meerdere betalingen aan eiser. Eiser vordert in conventie betaling van openstaande facturen voor de verrichte werkzaamheden. Gedaagde vordert in reconventie voor recht te verklaren dat eiser is tekortgesloten, de overeenkomst rechtsgeldig is ontbonden en eiser veroordeelt tot het betalen van schadevergoeding. De rechtbank kan niet vaststellen of eiser is tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst. Beide partijen hebben feiten en omstandigheden aangevoerd waarom daarvan al dan niet sprake is. De rechtbank vindt het noodzakelijk een deskundige te benoemen. De rechtbank kan al wel vaststellen dat gedaagde geen ingebrekestelling heeft gestuurd en partijen zijn het erover eens dat geen uiterste opleverdatum is overeengekomen. Maar, van gedaagde kan niet worden verwacht dat zij eiser nog een laatste gelegenheid zou geven om na te komen als uit het deskundigenbericht blijkt dat het aan eiser is te wijten dat de oplevering van een goed werkende website te laat is geweest of door toedoen van eiser steeds weer werd vertraagd. Eiser meent dat de website wel goed werkte en live kon gaan, ook hiervoor heeft de rechtbank deskundigenbericht nodig.
Afwijzing vordering IT-distributeur wegens EU-sancties tegen Rusland

Rb. Amsterdam 15 januari 2025, IT 4761; ECLI:NL:RBAMS:2025:342 (Isolin tegen NetApp) Isolin, een IT-distributeur gevestigd in Cyprus, was via een distributieovereenkomst geautoriseerd om NetApp producten en diensten in Rusland te verkopen. Isolin kocht software, hardware en IT-ondersteuning bij NetApp in om door te verkopen aan resellers, die het vervolgens aan Russische eindgebruikers leverden, waarbij Isolin NetApp vooraf betaalde voor deze diensten. Naar aanleiding van de Russische invasie in Oekraïne heeft NetApp de dienstverlening aan Russische eindgebruikers opgeschort per 1 maart 2022, waarop Isolin de distributieovereenkomst en orders partieel heeft ontbonden. Isolin vordert een bedrag van USD 6.022.938,96 van NetApp terug, als terugbetaling van de vooruitbetaalde maar niet geleverde diensten.
Rijkswaterstaat niet verplicht tot vaste maandelijkse afname van intelligente wegkantstations

Rb. Den Haag 10 december 2024, IT 4760; ECLI:NL:RBDHA:2024:22442 (RWS tegen Vialis) Rijkswaterstaat (RWS) een Europese aanbestedingsprocedure georganiseerd voor de levering van intelligente wegkantstations (iWKS), waarbij Vialis een perceel heeft gewonnen. RWS heeft slechts een beperkt aantal iWKS-en besteld, terwijl Vialis stelt dat RWS contractueel verplicht is om gedurende de looptijd van vijf jaar in totaal 1.000 iWKS-en af te nemen. Vialis vordert onder andere dat RWS wordt veroordeeld om in 2025 maandelijks 40 iWKS-en af te nemen en een bindende planning af te geven.
De voorzieningenrechter oordeelt dat RWS niet verplicht is om maandelijks een vast aantal iWKS van Vialis af te nemen. De voorzieningenrechter vindt dat de contractuele verplichtingen van RWS niet zo ver strekken als Vialis beweert. Er is geen bewijs dat RWS zich heeft verbonden aan de afname van een specifiek aantal iWKS-en per maand. De voorzieningenrechter wijst daarom de vorderingen van Vialis af. De voorzieningenrechter oordeelt dat de gunningsbeslissingen van RWS voldoende zijn gemotiveerd en dat de beoordelingscommissie zorgvuldig en objectief heeft gehandeld. Vialis heeft onvoldoende concrete bewijzen geleverd om aan te tonen dat de gunningsbeslissingen onbegrijpelijk zijn of dat er procedurele of inhoudelijke fouten zijn gemaakt.
Burenruzie: privacyschending door camera’s

Rb. Zeeland-West-Brabant 30 september 2024, IT 4754; ECLI:NL:RBZWB:2024:9059 (Buren A tegen Buren B) In een kort geding hebben buren A en B elkaar beschuldigd van privacyschending door camera’s die op hun woningen zijn geïnstalleerd. Beide partijen vorderen verwijdering of aanpassing van de camera’s van de ander, met als doel hun privacy te beschermen. Buren A hebben aan hun woning twee camera’s aan de voorzijde en een deurbelcamera. Buren B beschikken over een camera aan de voorzijde en een camera aan de zijkant van hun woning. Beide partijen voeren aan dat de camera’s van de ander hun perceel en de openbare weg onrechtmatig in beeld brengen, wat volgens hen een inbreuk vormt op hun recht op privacy. Beveiligingsbedrijven die door beide partijen werden ingeschakeld, hebben echter bevestigd dat de camera’s zijn voorzien van privacy masks, waardoor het zicht op elkaars perceel wordt beperkt. De rapporten stelden ook dat de camera’s van buren B geen audio opnemen.
Schrijf je in voor de SGOA Arbitercursus op 2 april 2025

Ben je arbiter, wil je arbiter worden, of wil je weten hoe een arbitraal vonnis tot stand komt? De SGOA Arbitercursus is er voor iedereen met interesse in IT-arbitrages. Of je nu een ervaren arbiter bent, net begint, of als advocaat betrokken bent bij IT-arbitrages, deze cursus biedt waardevolle inzichten en praktische handvatten.
De cursus wordt gegeven door vooraanstaande experts uit de rechtspraak, wetenschap en advocatuur. Het programma biedt niet alleen verdieping in theorie en praktijk, maar ook een uitstekende gelegenheid om te netwerken en ervaringen uit te wisselen met vakgenoten.
Google hoeft accounts YouTuber niet te herstellen

Vzr. Rb. Amsterdam 10 januari 2025, IT 4753; ECLI:NL:RBAMS:2025:290 (Eiser tegen Google Ireland Limited) De Rechtbank heeft geoordeeld dat Google de YouTube-accounts van een professionele content creator niet opnieuw beschikbaar hoeft te stellen. De accounts werden permanent verwijderd nadat de YouTuber meerdere keren de Communityrichtlijnen schond en een tijdelijk uploadverbod bewust omzeilde. De YouTuber beheerde tien kanalen waarop hij onder andere video’s publiceerde met racistische connotaties. Een voorbeeld is een video waarin een jonge zwarte vrouw te zien is met een schaduw in de vorm van een aap. Dergelijke video's leidden tot waarschuwingen (strikes) en uiteindelijk een tijdelijk uploadverbod. Tijdens deze verbodsperiode bleef de YouTuber content uploaden, wat volgens Google een overtreding van de gebruiksvoorwaarden was en leidde tot de definitieve verwijdering van alle accounts.
Stichtingen ontvankelijk in collectieve actie tegen Google wegens privacy-schendingen

Rb. Amsterdam 15 januari 2025, IT 4752; ECLI:NL:RBAMS:2025:313 (SBP en SMC tegen Google) Stichtingen SBP en SMC hebben collectieve acties ingesteld tegen Google vanwege vermeende schendingen van privacywetgeving bij de verwerking van persoonsgegevens van gebruikers van Google-diensten en Android-apparaten. SBP en SMC stellen dat Google op onrechtmatige wijze grote hoeveelheden persoonsgegevens verzamelt, bundelt en verwerkt zonder voldoende toestemming van de gebruikers, en deze gegevens vervolgens gebruikt voor gerichte advertenties en doorverkoop aan derden. De stichtingen vorderen onder meer verklaringen voor recht dat Google onrechtmatig handelt, veroordeling tot betaling van schadevergoeding en het opleggen van geboden en verboden aan Google. Google betwist de ontvankelijkheid van de stichtingen en de rechtmatigheid van hun vorderingen.