Beoordeling van AI-gebruik bij plaatsingsbesluit asielzoeker: geen aanwijzingen voor inzet generatieve AI-tool
Rb. Den Haag 1 juli 2025, IT 4915; ECLI:NL:RBDHA:2025:11552 (Eiser tegen het COa en de minister van Asiel en Migratie). In deze zaak heeft eiser, een Iraanse asielzoeker, beroep ingesteld tegen zijn plaatsing in een Handhaving- en Toezichtlocatie (HTL) en tegen een vrijheidsbeperkende maatregel, opgelegd na een ernstig incident in het AZC Dronten. Eiser vordert vernietiging van het plaatsingsbesluit en de vrijheidsbeperkende maatregel, verzoekt om een schadevergoeding en een voorlopige voorziening van opvang in een regulier AZC. Een belangrijk onderdeel van zijn betoog was dat het plaatsingsbesluit volgens hem (deels) met behulp van een generatieve AI-tool zou zijn opgesteld, wat volgens hem de betrouwbaarheid van het feitenrelaas ondermijnde. De rechtbank staat uitgebreid stil bij deze AI-beroepsgrond. Het COa heeft aangegeven dat geen gebruik is gemaakt van een generatieve AI-tool bij het opstellen van het plaatsingsbesluit. De rechtbank ziet geen aanleiding om aan deze verklaring te twijfelen. De door eiser aangevoerde argumenten, zoals herhalingen en formeel taalgebruik in het besluit, is volgens de rechtbank onvoldoende om het gebruik van AI aannemelijk te achten. Ook uit de door eiser overgelegde documenten blijkt niet dat AI was ingezet of dat de feitelijke beschrijving onjuist was. Het besluit blijft in stand; de AI-beroepsgrond wordt uitdrukkelijk verworpen.