Gerecht EU: Google en Alphabet tegen Europese Commissie
Gerecht EU 14 september 2022, IEF 20958, IT 4072, IEFbe 3544; T-604/18, ECLI:EU:T:2022:541Google en Alphabet tegen Europese Commissie (Google Android) Misbruik van machtspositie. Wanneer Google een nieuwe versie van Android ontwikkelt, publiceert het de broncode online. De openlijk toegankelijke Android-broncode heeft echter geen betrekking op Android-apps en -diensten die eigendom zijn van Google. Apparaatfabrikanten die de eigen apps en services willen verkrijgen, moeten daarom contracten aangaan met Google. Google sluit dergelijke contracten ook met mobiele netwerkoperators, die de eigen apps en services willen kunnen installeren op de apparaten die aan eindgebruikers worden verkocht. In de beschikking van 23 september 2019 heeft de Commissie Google LLC en ten dele Alphabet Inc. een geldboete opgelegd van 4,343 miljard euro. Het Gerecht bevestigt grotendeels de beslissing van de Commissie dat Google onwettige beperkingen heeft opgelegd aan fabrikanten van mobiele Android-apparaten en mobiele netwerkoperators. Het Gerecht legt Google een (lagere) boete van 4,125 miljard euro op.
HvJ EU: Ametic
HvJ EU 8 september 2022, IEF 20956, IT 4070, IEFbe 3542; C‑263/21, ECLI:EU:C:2022:644 (Ametic) Verzoekster heeft rechtstreeks beroep ingesteld tegen billijke compensatie voor het kopiëren voor privégebruik. De bestreden handeling is een regeling die is uitgevaardigd ter uitvoering van het nieuwe artikel 25 van de wet op de intellectuele eigendom zoals, gewijzigd bij koninklijk wetsbesluit 12/2017. Met de eerste vraag wenste de verwijzende Spaanse rechter van het HvJ EU te vernemen of de samenstelling van de in lid 10 van het nieuwe artikel 25 van de wet op de intellectuele eigendom bedoelde rechtspersoon verenigbaar is met richtlijn 2001/29 of, meer in het algemeen, met de algemene beginselen van het Unierecht. De tweede vraag betrof of het verenigbaar is met richtlijn 2001/29 of met de algemene beginselen van het Unierecht, dat de nationale wetgeving die rechtspersoon de bevoegdheid verleent om informatie op te vragen, waaronder informatie over de boekhouding, van diegenen die verzoeken om afgifte van het certificaat inzake vrijstelling van de verplichting tot betaling van de billijke compensatie voor het kopiëren voor privégebruik [IEF 20350].
Beantwoording van de prejudiciële vragen:
Vacature: legal counsel/jurist bij Stichting Reclame Code
Stichting Reclame Code zoekt een legal counsel/ jurist (24 tot 37,5 uur per week). Ben jij een zelfstandige en betrokken jurist met interesse in reclame? En zoek je een (nieuwe) uitdaging in een constant veranderend werkveld met maatschappelijk relevante onderwerpen? Dan ben jij de jurist die we zoeken!
Als jurist bij de Stichting Reclame Code kom je van alles tegen. Reclame is een breed begrip en de klachten zijn heel afwisselend. Klachten die je als jurist voorbij ziet komen, gaan bijvoorbeeld over de verantwoordelijkheid van grote (internationale) platformen, duurzaamheidsclaims, crypto investeringen of gokreclames. Maar ook over de herkenbaarheid van reclame op TikTok en klachten over schadelijke stereotypering op basis van geslacht, huidskleur of geaardheid. Soms gaat het over een verpakking van voeding, soms over een commercial voor ondergoed. Maar meestal gaat het over de vraag of een consument wordt misleid. Als secretaris zorg je ervoor dat reclame verantwoord blijft. Uitingsvrijheid is van onschatbare waarde in een democratische samenleving. Wanneer is beperking van de uitingsvrijheid toegestaan? En wanneer valt een reclame binnen de grenzen van het toelaatbare? Hier zal jij je als secretaris mee bezig houden.
Overeenkomst niet van rechtswege geëindigd
Ktr. Rb. Midden-Nederland 25 mei 2022, IT 4066; ECLI:NL:RBMNE:2022:2400 (eiser tegen gedaagde) Eiser levert software/licenties voor onder meer online dashboards voor rijschoolhouders. Gedaagde is rijschoolhouder en heeft een abonnement bij eiser voor dit product. Eiser vordert betaling van door gedaagde niet-betaalde facturen. De kantonrechter stelt vast dat partijen per 1 juni 2020 een overeenkomst hebben gesloten voor de duur van 2 jaar. Uit niets blijkt dat de overeenkomst al in september 2021 van rechtswege geëindigd zou zijn, zoals door gedaagde wordt aangevoerd. De kantonrechter gaat er vanuit dat gedaagde gebruik kon maken van de software. Gedaagde heeft wel aangevoerd dat hij de software niet heeft kunnen gebruiken omdat hij nooit een cursus van gedaagde heeft gehad, maar het lag dan op zijn weg om pogingen te doen om instructies te verkrijgen. De kantonrechter oordeelt dat gedaagde onvoldoende onderbouwd heeft dat hij dit heeft gedaan. De kantonrechter wijst de vordering van eiser toe.
Bestelknop voldoet aan vereiste uit artikel 6:230v lid 3 BW
Ktr. Rb. Noord-Nederland 13 september 2022, IT 4065; ECLI:NL:RBNNE:2022:3328 (bol.com tegen gedaagde) In deze zaak staat een op afstand gesloten koopovereenkomst tussen bol.com en gedaagde centraal. Bij deze overeenkomst moet er onder meer rekening worden gehouden met de informatieplicht uit artikel 6:230v lid 3 BW. Op grond hiervan moet bol.com haar elektronische bestelproces zo inrichten dat het voor consumenten op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk is gemaakt dat de bestelling een betalingsverplichting inhoudt. In dit geval stonden op de bestelknop de woorden ‘Bestelling plaatsen’. De kantonrechter oordeelt dat de woorden ‘Bestelling plaatsen’ gelden als een ondubbelzinnige formulering waaruit de betalingsverplichting duidelijk wordt. Er wordt voldaan aan de verplichting uit artikel 6:230v lid 3 BW en de vorderingen van bol.com komen daarom voor toewijzing in aanmerking.
HvJ EU: RTL Television tegen Grupo Pestana en Salvor
HvJ EU 8 september 2022, IEF 20948, IT 4064, IEFbe 3539; C-716/20; ECLI:EU:C:2022:643 (RTL Television tegen Grupo Pestana en Salvor) Geding over het zonder voorafgaande toestemming van RTL ter beschikking stellen van de uitzendingen van een RTL-zender in de door Grupo Pestana en Salvor geëxploiteerde hotelkamers. Het Hof is verzocht om een prejudiciële beslissing over de volgende vragen:
1) Moet het begrip ‚doorgifte via de kabel’ in artikel 1, lid 3, van [richtlijn 93/83] aldus worden uitgelegd dat het niet alleen betrekking heeft op de gelijktijdige uitzending door een omroeporganisatie van een uitzending van een andere omroeporganisatie, maar ook op de gelijktijdige, integrale doorgifte via de kabel aan het publiek (al dan niet door een omroeporganisatie) van een eerste uitzending van radio- of televisieprogramma’s die voor ontvangst door het publiek bestemd zijn?
2) Is de gelijktijdige doorgifte van satellietuitzendingen van een televisiezender, via de coaxkabel, door middel van in hotelkamers geïnstalleerde televisietoestellen, te kwalificeren als een ‚doorgifte’ van die uitzendingen in de zin van artikel 1, lid 3, van [richtlijn 93/83]?
Beantwoording van de prejudiciële vragen:
Verzetschrift te laat ingediend
Rb. Den Haag 13 juli 2022, IT 4063; ECLI:NL:RBDHA:2022:9134 (opposanten) Opposanten hebben beroep ingesteld tegen het besluit van de stichting om niet over te gaan tot vernietiging van (persoons)gegevens. De rechtbank heeft zichzelf in de uitspraak van 15 juli 2021 onbevoegd verklaard. Hiertegen hebben opposanten verzet ingesteld. De rechtbank oordeelt dat het verzetschrift niet op tijd is ingediend door opposanten. Opposanten zijn door de griffier in de gelegenheid gesteld om deze termijnoverschrijding toe te lichten en dit hebben zij ook gedaan. Toch komt de rechtbank tot het oordeel dat het verzet niet-ontvankelijk is omdat het verzetschrift te laat is ingediend.
Actualiteiten Handels- en Domeinnaamrecht op 29 september
Schuif aan en laat u in korte tijd online bijpraten over Actualiteiten Handels- en Domeinnaamrecht op donderdag 29 september. Roderick Chalmers Hoynck van Papendrecht (AKD) geeft u dan een overzicht van actuele ontwikkelingen en rechtspraak in het Handelsnaamrecht.
Enkele onderwerpen die worden besproken:
- De handelsnaam als recht van plaatselijke betekenis (HvJ EU 2 juni 2022, IEF 20773 (Classic Coach Company))
- De vordering tot overdracht van de domeinnaam (o.a. Rb Midden-Nederland, IEF 20586 (RecruitingKantoor); Rb Amsterdam, IEF 20805 (Syndon)
- De gevolgen van de keuze voor een beschrijvende naam (Rb Rotterdam, IEF 20457 (Spido); Rb Gelderland, IEF 20596 (Trainingskamp) en andere)
Datum: 29 september, van 10.00 – 11.00 uur
Prijs: 75 euro (50 euro voor oud deelnemers)
Accreditatie: 1 opleidingspunt (NOvA, BMM, Vlaamse Orde)
Kijk en luister mee vanaf uw locatie en in één uur bent u weer op de hoogte! Aanmelden kan via deze link. Heeft u eerder deelgenomen aan onze jurisprudentielunches, webinars of congressen? Vul bij het aanmelden de categorie 'prijs anders' in.
We verwelkomen u graag weer dit najaar!
Aanspraak op migratie persoonsgegevens onwaarschijnlijk
Vzr. Hof Den Haag 30 augustus 2022, IT 4062; ECLI:NL:GHDHA:2022:1552 (Foreburgh tegen geïntimeerde) Foreburgh en geïntimeerde zijn allebei financieel dienstverlener. Zij zijn een overeenkomst aangegaan op grond waarvan de klantgegevens van zijn bij de nationale Hypotheekbond account heeft overgezet op het account van Foreburgh. De voorzieningenrechter had Foreburgh bij vonnis van 18 januari 2021 bevolen om aan geïntimeerde onmiddellijk toegang te verlenen tot de database van de Nationale Hypotheekbond om hem in staat te stellen klantinformatie te raadplegen.
Kamerbrief bij rapport Bescherming gegeven? Evaluatie UAVG
Minister Weerwind (Rechtsbescherming) stuurde afgelopen week de Tweede Kamer het onderzoeksrapport 'Bescherming gegeven? Evaluatie UAVG, meldplicht datalekken en de boetebevoegdheid'. Het rapport evalueert de Uitvoeringswet AVG (UAVG) van 16 mei 2018. AVG staat voor Algemene Verordening Persoonsgegevens.
Download hier de kamerbrief bij het rapport.
Bron: Rijksoverheid.nl