HvJ EU Conclusie A-G: verwerking persoonsgegevens
HvJ EU Conclusie A-G 20 september 2022, IT 4092; ECLI:EU:C:2022:704 (Meta Platforms Inc. tegen Bundeskartellamt) Het Oberlandesgericht Düsseldorf en het Bundeskartellamt hebben prejudiciële vragen die zien op de uitlegging van een aantal bepalingen van verordening (EU) 2016/679(4) met betrekking tot met name, de verwerking van gevoelige persoonsgegevens, de relevante voorwaarden voor de rechtmatigheid van de verwerking van persoonsgegevens en de uiting van vrije toestemming ten aanzien van een onderneming met een machtspositie. A-G Rantos concludeert dat artikel 9, lid 1, van verordening 2016/679 zo moet worden uitgelegd dat het verbod op verwerking van persoonsgegevens zich uit kan strekken tot de verwerking van gegevens door een exploitant van een sociaal netwerk.
Koopovereenkomst tokens rechtsgeldig
Gerechtshof Amsterdam 20 september 2022, IT 4091; ECLI:NL:GHAMS:2022:2712 (appellant tegen geïntimeerde) Appellant heeft MMTM tokens, een voorloper van een cryptocurrency, gekocht van Mobile Bridge Momentum. De kantonrechter heeft de overeenkomst vernietigd wegens oneerlijke handelspraktijk. Mobile Bridge Momentum is tegen deze uitspraak in hoger beroep gegaan bij het Hof. Het Hof heeft het vonnis van de kantonrechter vonnis vernietigd en geoordeeld dat de overeenkomst in stand moet blijven. De vordering van Mobile Bridge Momentum tot nakoming van de overeenkomst wordt wel toegewezen, het resterende bedrag van de koopprijs van de MMTM tokens moet aan Mobile Bridge Momentum worden betaald.
Prejudiciële vragen over het bewaren van persoonsgegevens ter bestrijding van marktmisbruik
HvJ EU 20 september 2022, IT 4090; ECLI:EU:C:2022:703 (in de strafzaken tegen VD en SR) De Cour de cassation heeft het Hof drie prejudiciële vragen gesteld. De eerste vraag van de verwijzende rechter heeft betrekking op de artikelen artikel 12, lid 2, onder a) en d) van richtlijn 2003/6 en artikel 23 lid 2 onder g) en h) van verordening nr. 596/2014, gelezen in samenhang met artikel 15 lid 1 van richtlijn 2002/58 en tegen de achtergrond van de artikelen 7, 8 en 11 en artikel 52 lid 1 van het Handvest. De verwijzende rechter wenst te vernemen of de artikelen zo moeten worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen wettelijke maatregelen ter bestrijding van marktmisbruik die preventief voorzien in een algemene en ongedifferentieerde bewaring van verkeersgegevens gedurende een jaar te rekenen vanaf de datum van registratie. Het Hof oordeelt dat dit inderdaad het geval is.
Jacintha van Dorp is gestart als advocaat-medewerker bij Van Kaam Advocaten
Jacintha van Dorp is per 15 september 2022 gestart bij Van Kaam Advocaten als advocaat-medewerker. Jacintha heeft vier jaar ervaring opgedaan bij een nichekantoor op het gebied van technologie, media en communicatie. Samen met het ervaren team bij Van Kaam Advocaten zal Jacintha zich inzetten om juridisch maatwerk te leveren op het gebied van het media-, intellectueel eigendoms- en privacyrecht. Naast haar werk als advocaat is Jacintha op maatschappelijk vlak actief door zich in te zetten als vrijwilliger bij de non-profit organisatie Lawyers for Lawyers.
Vordering gemaakte ontwikkelkosten toegewezen
Rb. Den Haag 31 augustus 2022, IT 4088; ECLI:NL:RBDHA:2022:8730 (eiser tegen gedaagde) Eiser en gedaagde hebben een samenwerkingsovereenkomst gesloten met betrekking tot de (verdere) ontwikkeling van het door gedaagde bedachte ‘Self Decision Workbench-concept’ (hierna: “SDWC”). Op grond van de samenwerkingsovereenkomst is bepaald dat eiser de website van de SDWC door een opdrachtnemer zal laten bouwen zonder daarvoor kosten bij gedaagde in rekening te brengen, tenzij er sprake is van beëindiging van de overeenkomst. Gedaagde besluit na twee jaar niet verder mee te willen werken aan SDWC. Eiser vordert op grond van de samenwerkingsovereenkomst vergoeding van de door opdrachtnemer gemaakte kosten aan ontwikkeling van de website.
ACM publiceert concept-leidraad over regels voor onlineplatforms en zoekmachines
De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft een concept-leidraad gepubliceerd met uitleg over hoe de ACM de transparantieregels van de Platform-to-Business-verordening interpreteert. De concept-leidraad licht toe welke informatie aanbieders van onlineplatforms en onlinezoekmachines moeten geven aan ondernemers die artikelen of diensten aanbieden via deze platforms en zoekmachines. Marktpartijen kunnen tot en met 20 oktober op het concept reageren.
Lees verder >>
Bron: Autoriteit Consument & Markt.
Online update 'Actualiteiten Handels- en Domeinnamen' op 29 september
Zet uw laptop klaar, schuif aan en laat u in één uur bijpraten over een actueel onderwerp tijdens de Online Updates 2022. Op donderdag 29 september praat Roderick Chalmers Hoynck van Papendrecht (AKD) u van 10:00 tot 11:00 uur bij over de meest recente ontwikkelingen in het Handels- en Domeinnamenrecht. Zo bent u, vanaf uw bureau, tussen de bedrijven door, in één keer weer volledig op de hoogte!
Enkele onderwerpen die worden besproken:
- De handelsnaam als recht van plaatselijke betekenis (HvJ 2 juni 2022, IEF 20773 (Classic Coach Company))
- De vordering tot overdracht van de domeinnaam (o.a. Rb Midden-Nederland, IEF 20586 (RecruitingKantoor) en Rb Amsterdam, IEF 20805 (Syndon)
- De gevolgen van de keuze voor een beschrijvende naam (Rb Rotterdam, IEF 20457 (Spido); Rb Gelderland, IEF 20596 (Trainingskamp) en andere)
Aanmelden kan via deze link. Heeft u eerder deelgenomen aan onze jurisprudentielunches, webinars of congressen? Vul bij het aanmelden de categorie 'prijs anders' in.
Niet zeker dat vermelde persoonsgegevens juist waren
Rb. Limburg 14 september 2022, IT 4083; ECLI:NL:RBLIM:2022:6958 (eiser tegen College van B&W) Bij besluit van 16 april 2020 heeft het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Maastricht (het College) het verzoek van eiser om een correctie aan te brengen in de hem betreffende persoonsgegevens in de Basisregistratie personen (Brp), afgewezen. Ter onderbouwing van dit verzoek had eiser onder meer een kopie van een Chinees paspoort uit 2010, notariële verklaringen en een DNA-onderzoek overgelegd. Eiser heeft vervolgens bezwaar gemaak tegen het besluit, maar het bezwaar van eiser is ongegrond verklaard. De rechtbank komt in deze zaak tot de conclusie dat het college zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat niet zonder twijfel uit de door eiser overgelegde documenten volgt dat de daarin vermelde persoonsgegevens juist zijn.
HvJ EU Conclusie A-G: satellietboeket-aanbieder
HvJ EU Conclusie A-G 22 september 2022, IEF 20974, IT 4084, IEFbe 3546; C‑290/21, ECLI:EU:C:2022:711 (AKM tegen Canal+ Luxembourg) Verzoekster is een Oostenrijkse maatschappij voor collectieve belangenbehartiging die de uitzendrechten in Oostenrijk in beheer heeft. Verweerster, gevestigd te Luxemburg, biedt tegen betaling gecodeerde programma’s van talrijke Oostenrijkse omroeporganisaties aan. Het aanbod is gebundeld in verschillende pakketten (satellietboeketten) en wordt doorgegeven via satelliet. De verwijzende rechter wenst te vernemen hoe een satellietboeket-aanbieder in rechte moet worden gekwalificeerd [IEF 20046]. De vraag is met name of op een dergelijke aanbieder in het geval van een grensoverschrijdende uitzending per satelliet met signaalversleuteling het uplink-staatbeginsel van toepassing is, dat wil zeggen of hij op dezelfde wijze moet worden behandeld als de omroeporganisatie. A-G Szpunar concludeert onder meer dat artikel 1, lid 2, onder b), van richtlijn 93/83 aldus moet worden uitgelegd dat een aanbieder van satellietpakketten in de lidstaat waarin het meegedeelde beschermde materiaal toegankelijk is voor het publiek geen toestemming hoeft te verkrijgen van de houders van de auteursrechten en de naburige rechten in het kader van de mededeling aan het publiek per satelliet waaraan die aanbieder meewerkt.
Inhoudsopgave Mediaforum
Inhoudsopgave van Mediaforum, tijdschrift voor media- en communicatierecht, nummer 2022-4.
Opinie Telecommunicatierecht voor de happy few? – Marjolein Geus
Rechtspraktijk Mediadiensten en connectiviteit in het licht van de implementatie van de Telecomcode in de Telecommunicatiewet – Gera van Duijvenvoorde
Rechtspraktijk De eindgebruikersverplichtingen in de Telecomcode: wetgeving met een gebruiksaanwijzing – Hanneke Kooijman