Art. 126jj Sv over automatische kentekenherkenning maakt geen inbreuk op 8 EVRM
Rb. Den Haag 29 mei 2024, IT 4559; ECLI:NL:RBDHA:2024:7945 (Privacy First tegen de Staat). WAMCA zaak. Op 1 januari 2019 is de ‘Wet van 22 november 2017 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering in verband met de regeling van het vastleggen en bewaren van kentekengegevens door de politie’ in werking getreden. Op basis van het bij de Wet ANPR ingevoerde artikel 126jj van het Wetboek van Strafvordering (Sv) is het voor opsporingsambtenaren van de politie en Koninklijke Marechaussee mogelijk om door middel van daarvoor aangewezen camera’s via de techniek van Automatic Number Plate Recognition (ANPR) kentekengegevens van passerende voertuigen vast te leggen voor een periode van vier weken. In deze zaak zijn vorderingen ingesteld in een collectieve actie namens Nederlandse ingezetenen van wie de privacy wordt geschonden door artikel 126jj van het Wetboek van Strafvordering (Sv). Privacy First stelt dat artikel 126jj Sv kennelijk onverbindend is wegens strijd met artikel 8 EVRM. Het oordeel van de rechtbank is dat de regeling van artikel 126jj Sv voldoet aan de eisen van artikel 8 lid 2 EVRM. Hoewel deze regeling een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer inhoudt, is de noodzaak van deze inbreuk voldoende aangetoond, is de inbreuk proportioneel en is er geen minder ingrijpend alternatief beschikbaar. De regeling van artikel 126jj Sv valt ook onder de artikelen 7 en 8 van het Handvest, omdat deze betrekking heeft op het privéleven en de verwerking van persoonsgegevens. Het Hof heeft vastgesteld dat deze inmenging voldoet aan een doel van algemeen belang, namelijk het bestrijden van ernstige criminaliteit om de openbare veiligheid te waarborgen. De inmenging is tevens geschikt om dit doel te bereiken. De rechtbank concludeert daarnaast dat de uitvoeringspraktijk van artikel 126jj Sv niet onrechtmatig is. Er zijn onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd om te rechtvaardigen dat de uitvoeringspraktijk van artikel 126jj Sv onrechtmatig zou zijn en de vorderingen zouden kunnen ondersteunen. Daarom zullen de vorderingen van Privacy First worden afgewezen.