Kamervragen beantwoord over het gebruik van ChatGPT op scholen
Aanhangsel Handelingen II 2022/23, nr. 2037. Minister Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en minister Wiersma van Primair en Voortgezet Onderwijs beantwoorden Kamervragen ten aanzien van tekstgenerator ChatGPT. De minister antwoordt dat hij van het bestaan van ChatGPT weet en dat hij ChatGPT geen geschikte tool vindt voor leerlingen om schrijfvaardigheden te leren. ChatGPT is echter niet in staat om context of betekenis uit tekst af te leiden volgens de minister, waardoor kritisch lezen en analyseren van teksten nog belangrijker worden in de toekomst. Op scholen worden plannen opgesteld om basisvaardigheden zoals taal en digitale geletterdheid te ontwikkelen. Aan de ministers wordt gevraagd of ze de gevaren zien van ChatGPT. De ministers stellen dat ChatGPT mogelijkheden biedt voor efficiëntie en verkrijging van informatie. Zij zien mogelijkheden in het bevorderen van de competentie, digitale geletterdheid en het verminderen van werkdruk voor leraren. Ook is het kabinet volgens de ministers op de hoogte van eventuele gevaren van deze technologie. Zo bestaan risico’s op het gebied van privacy en kan ChatGPT gebruikt worden voor schadelijke doeleinden. Daarom is een nationaal onderwijslab (NOLAI) aan het werk om veilige en verantwoorde innovaties te ontwikkelen en evalueren. Zij houden daarbij privacy en autonomie van leraren en leerlingen in het oog.