IT 4678
21 november 2024
Uitspraak

Kwijtschelding studieschuld bij identiteitsfraude DigiD

 
IT 4677
20 november 2024
Uitspraak

Toewijzing van identificerende gegevens en schorsing van Binance-account na beleggingsfraude

 
IT 4675
19 november 2024
Artikel

Laatste kans: Nationaal Mediarechtcongres 2024 aanstaande donderdag

 
IT 3722

Prejudiciële vragen over biometrische gegevens voor politionele doeleinden

HvJ EU 10 mei 2021, IT 3722; (Ministerstvo na vatreshnite raboti), https://itenrecht.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-biometrische-gegevens-voor-politionele-doeleinden

Spetsializiran nakazatelen sad (Bulgarije) 10 mei 2021, IT 3722, LS&R 1998, IEFbe 3328; C-205/21 (Ministerstvo na vatreshnite raboti) via Minbuza. Op 01-03-2021 is een akte van formele beschuldiging opgesteld ten aanzien van B.C. Onmiddellijk na de formele beschuldiging is zij verzocht om medewerking te verlenen aan de uitvoering van een politionele registratie: het nemen van vingerafdrukken en foto’s, en stalen voor het aanmaken van een DNA-profiel. B.C. wilde dit niet, zij heeft diezelfde dag nog in een formulier verklaard dat zij in kennis was gesteld van het bestaan van een wettelijke grondslag voor de uitvoering van haar politionele registratie overeenkomstig de ZMVR. Ook heeft zij in dat formulier de officiële verklaring afgelegd dat zij niet bereid is om vingerafdrukken te laten afnemen, zich te laten fotograferen en stalen af te staan voor het aanmaken van een DNA-profiel. Zij is vervolgens niet onderworpen aan de genoemde handelingen met het oog op politionele registratie. In plaats daarvan hebben de politiediensten zich gewend tot de verwijzende rechter. De verwijzende rechter wenst te vernemen of de bewoordingen van de nationale wettelijke regeling kunnen leiden tot een met de Unierechtelijke criteria verenigbare conclusie dat de verwerking van genetische en biometrische gegevens voor politionele doeleinden in beginsel is toegestaan door de nationale wet.

IT 3725

NS verwerkt persoonsgegevens rechtmatig

Overige instanties 10 nov 2021, IT 3725; ECLI:NL:RVS:2021:2509 (Appellant tegen AP), https://itenrecht.nl/artikelen/ns-verwerkt-persoonsgegevens-rechtmatig

Raad van State 10 november 2021, IEF 20354, IT 3725; ECLI:NL:RVS:2021:2509 (Appellant tegen AP) Appellant verzocht de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) om handhavend op te treden tegen de NS op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens. De AP deed vervolgens onderzoek naar de NS, maar oordeelde dat er geen overtreding plaatsvond en wees daarom het verzoek af. Appellant ging hiertegen in beroep en kwam uiteindelijk terecht bij de Raad van State. De Raad van State oordeelt dat op het moment dat de reiziger in het openbaar vervoer stapt er een vervoersovereenkomst tot stand komt. De verwerking van persoonsgegevens kan rechtmatig zijn als dat noodzakelijk is voor de uitvoering van een overeenkomst. De Raad van State oordeelt dat dit het geval is. De gegevensverwerking heeft als doel vaststellen dat de NS het contractuele vervoer op een traject heeft verzorgd en de verschuldigde tegenprestatie van de reiziger.

IT 3726

UBO-wetgeving hoeft niet buiten werking worden gesteld

Gerechtshof Den Haag 16 nov 2021, IT 3726; ECLI:NL:GHDHA:2021:2176 (Privacy First tegen de Staat), https://itenrecht.nl/artikelen/ubo-wetgeving-hoeft-niet-buiten-werking-worden-gesteld

Gerechtshof Den Haag 16 november 2021, IEF 20353, IT 3726; ECLI:NL:GHDHA:2021:2176 (Privacy First tegen de Staat) Kort geding. Naar aanleiding van de Europese anti-witwas richtlijn is in de Nederlandse wetgeving bepaald dat vennootschappen in het handelsregister moeten registreren wie hun ’ultimate beneficial owners’ (UBO’s) zijn. Met deze UBO’s zijn bedoeld de natuurlijke personen die de uiteindelijke eigenaren zijn. Daarbij moeten persoonsgegevens en de aard en omvang van het door hen gehouden economisch belang worden opgegeven. Het algemene publiek kan via het UBO-register economisch belang, geboortemaand- en jaar, en woonplaats en nationaliteit van de UBO te weten komen, maar het adres, burgerservicenummer, en geboorteland en -datum zijn alleen door instanties als de Belastingdienst in te zien.

IT 3723

Prejudiciële vragen over mededingingsrecht SEO-houder

HvJ EU 3 mei 2021, IT 3723; (Nokia Technologies), https://itenrecht.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-mededingingsrecht-seo-houder

Landgericht Düsseldorf (Duitsland) 3 mei 2021, IEF 20351, IT 3723, IEFbe 3326; C-182/21 (Nokia Technologies) Via Minbuza. Verzoekster (Nokia Technologies) heeft een Europees octrooi voor een verzendmethode van gegevens in een telecommunicatiesysteem. Nokia Corporation heeft ETSI in kennis gesteld van de aanmelding van het litigieuze octrooi. Zij heeft verklaard dat zij deze als essentieel voor de LTE-standaard beschouwt en een FRAND-verklaring afgegeven. In verweersters voertuigen zijn onder andere TCU’s (Telematics Control Units) ingebouwd waarmee de voertuigen (Connected Cars), met name via het LTE-netwerk, verbinding kunnen maken met het internet. Nokia vordert staking van de inbreuk op het litigieus octrooi. Volgens verweerster volgt uit artikel 102 VWEU en ook uit de afgegeven FRANDverklaring, dat een SEO-houder aan elke licentieverzoeker die bereid is een licentie te nemen een eigen onbeperkte licentie moet aanbieden voor alle octrooirechtelijk relevante vormen van gebruik van dit SEO. De verwijzende rechter overweegt dat artikel 102 VWEU ruimte laat voor verschillende uitleggingen die voor een ervaren jurist redelijkerwijs in gelijke mate mogelijk zijn, en dat de voor het oordeel relevante vragen nog niet door het Hof zijn uitgelegd, en vooral niet afdoend zijn beantwoord in het arrest Huawei/ZTE. 

IT 3721

Migratie naar glasvezelnetwerk kan zonder vertraging plaatsvinden

Rechtbank Rotterdam 11 nov 2021, IT 3721; ECLI:NL:GHDHA:2053 (T-Mobiele tegen KPN), https://itenrecht.nl/artikelen/migratie-naar-glasvezelnetwerk-kan-zonder-vertraging-plaatsvinden

Vrz. Rechtbank Rotterdam 11 november 2021, IT 3721; ECLI:NL:GHDHA:2053 (T-Mobiele tegen KPN) Kort geding. KPN heeft een landelijk dekkend kopernetwerk en is druk bezig met de uitrol van een glasvezelnetwerk. KPN bedient met haar netwerk zowel eigen retailklanten als wholesaleklanten (andere telecomaanbieders) vanuit de afdeling KPN Wholesale. In het kader van het wholesalegebruik door T-Mobile van het kopernetwerk van KPN hebben partijen verschillende toegangsovereenkomsten gesloten. T-Mobile vordert KPN te verplichten haar dienstverlening over koper aan T-Mobile op de gebruikelijke wijze voort te zetten tot minimaal 1 januari 2025. T-Mobile heeft dit kort geding ingesteld vanwege de functionele, tarief- en kostenmatige en operationele problemen die zij stelt te ondervinden als gevolg van de door KPN aangekondigde en deels al ingezette uitfasering van koperaansluitingen en de migratie naar glasvezelaansluitingen. Volgens KPN bevat de dagvaarding veel misvattingen en onjuiste suggesties. Zij stelt zich daarbij op het standpunt dat T-Mobile nalaat haar stellingen deugdelijk te onderbouwen. De rechtbank wijst de vorderingen van T-Mobile af omdat deze onvoldoende zijn onderbouwd.

IT 3720

Vacature: advocaat-stagiair(e) IE-recht bij Dirkzwager

Dirkzwager is voor haar sectie Intellectuele Eigendom, IT-recht en Privacy op zoek naar een gedreven advocaat-stagiair(e) met een commerciële instelling.
Wat ga je doen? We vinden het belangrijk dat je gedurende je advocaat-stage kennismaakt met alle pijlers van de sectie IE/IT/Privacy en in brede zin ervaring opdoet. Je gaat dus werken met veel verschillende collega’s. Jouw patroon wordt Christel Jeunink, die veel ervaring heeft op IE-recht.
Lees verder >>

IT 3719

Regionale netbeheerder mag uitbreiding aansluiting weigeren

Gerechtshof Den Haag 28 sep 2021, IT 3719; ECLI:NL:GHDHA:2021:1826 (O-I tegen Stedin), https://itenrecht.nl/artikelen/regionale-netbeheerder-mag-uitbreiding-aansluiting-weigeren

Hof Den Haag 28 september 2021, IT 3719; ECLI:NL:GHDHA:2021:1826 (O-I tegen Stedin) O-I exploiteert een glasfabriek op de Lingedijk te Leerdam, waar zij een aansluiting op het elektriciteitsnetwerk van regionale netbeheerder Stedin heeft. Zij heeft Stedin verzocht om verzwaring van haar aansluiting. O-I wil dat Stedin die verzwaring op een bepaalde wijze uitvoert. Stedin stelt dat dit om technische redenen niet van haar kan worden verlangt. O-I vordert nu onder andere een verklaring voor recht dat Stedin onrechtmatig handelt door te weigeren de door O-I verzochte verzwaring van de aansluiting op de door haar gewenste wijze tot stand te brengen. De rechtbank heeft haar vorderingen afgewezen. O-I is het niet eens met het oordeel van de rechtbank en eist dat het hof het vonnis van de rechtbank vernietigt en haar vorderingen alsnog toewijst. Het hof stelt Stedin in het gelijk en wijst de vorderingen af.

IT 3718

Persoonsgericht onderzoek voldoet niet aan Gedragscode

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 5 okt 2021, IT 3718; ECLI:NL:GHSHE:2021:3009 (Appellant tegen Reaal), https://itenrecht.nl/artikelen/persoonsgericht-onderzoek-voldoet-niet-aan-gedragscode

Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 28 september 2021, IT 3718; ECLI:NL:GHSHE:2021:9009 (Appellant tegen Reaal) Appellant wordt door Reaal verdacht van verzekeringsfraude. In het kader van onderzoek naar de vermoede fraude heeft Reaal een persoonsgericht onderzoek naar appellant gehouden. In het tussenarrest van 28 april is geoordeeld dat het nog onduidelijk is of het onderzoek als in het tussenarrest bedoeld voldoet aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit zoals in de bepalingen van de Gedragscode Persoonlijk Onderzoek is omschreven. Reaal onderbouwt haar keuze voor een persoonsgericht onderzoek aan de hand van een gesprek in december 2014, medisch advies, melding door de schadetoebrenger, telefoongesprek met de melder, tweede gesprek met appellant en deskresearch. Het hof oordeelt dat haar keuze voor een persoonsgericht onderzoek met deze genomen stappen niet voldoet aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit, zoals omschreven in de Gedragscode. Het lag op de weg van Reaal om voor de beslissing tot persoonsgericht onderzoek, aanvullende inspanningen te verrichten om de vereiste gegevens te verkrijgen door medewerking van appellant zelf. Dit leidt ertoe dat Reaal onrechtmatig heeft gehandeld en daarom geen beroep kan doen op de resultaten van de observatie. Het hof verwijst de zaak naar de rol.