IT 4866
20 mei 2025
Artikel

Besluit van de Commissie om een journaliste geen toegang te geven tot tussen uitgewisselde tekstberichten wordt nietig verklaard

 
IT 4865
20 mei 2025
Uitspraak

Eiser vordert betaling van openstaande bedragen, wordt veroordeeld tot terugbetaling nadat rechter overeenkomst vernietigd

 
IT 4864
19 mei 2025
Uitspraak

Geen AVG-verzoek: minister mocht informatieverzoek over repatriëring als niet-bezwaarlijk afdoen

 
IT 4866

Besluit van de Commissie om een journaliste geen toegang te geven tot tussen uitgewisselde tekstberichten wordt nietig verklaard

Persbericht. Met een verzoek op basis van de verordening inzake de toegang tot documenten 1 heeft Matina Stevi, een journaliste die voor het dagblad The New York Times werkt, de Europese Commissie verzocht om toegang tot alle tekstberichten die tussen 1 januari 2021 en 11 mei 2022 zijn uitgewisseld tussen voorzitter Ursula von der Leyen en Albert Bourla, algemeen directeur van Pfizer. De Commissie heeft dit verzoek afgewezen omdat zij niet in het bezit zou zijn van de gevraagde documenten. Stevi en The New York Times hebben het Gerecht van de Europese Unie verzocht om het besluit van de Commissie nietig te verklaren. In zijn arrest heeft het Gerecht het beroep toegewezen en het besluit van de Commissie nietig verklaard.

IT 4865

Eiser vordert betaling van openstaande bedragen, wordt veroordeeld tot terugbetaling nadat rechter overeenkomst vernietigd

Rechtbank Amsterdam 29 apr 2025, IT 4865; ECLI:NL:RBAMS:2025:2705 (Eiser tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/eiser-vordert-betaling-van-openstaande-bedragen-wordt-veroordeeld-tot-terugbetaling-nadat-rechter-overeenkomst-vernietigd

Rb. Amsterdam 29 april 2025, IT 4865; ECLI:NL:RBAMS:2025:2705 (Eiser tegen gedaagde). Gedaagde is een consument die eiser, een IT-dienstverlener, heeft benaderd voor hulp met zijn laptop. Eiser heeft vervolgens ook twee desktops van gedaagde meegenomen en deze vervangen door andere computers, waarvoor gedaagde € 450 per stuk betaalde. Vanaf januari 2021 betaalde gedaagde maandelijks € 107,50 voor een onderhoudsabonnement. Na opzegging van het abonnement in maart 2024 weigerde eiser bepaalde inloggegevens terug te geven en bleek hij software te hebben geïnstalleerd waarmee hij op afstand toegang had tot de apparatuur van gedaagde. Tevens werd via een door eiser geïnstalleerde applicatie illegale toegang tot televisiekanalen verleend. Eiser vordert in deze procedure betaling van openstaande bedragen, rente, incassokosten en proceskosten wegens gestorneerde betalingen. Gedaagde vordert in reconventie vernietiging van de overeenkomst wegens schending van informatieverplichtingen en oneerlijke handelspraktijken, terugbetaling van onverschuldigd betaalde bedragen, teruggave van de desktops, schadevergoeding en opheffing van het gelegde conservatoir beslag.

IT 4864

Geen AVG-verzoek: minister mocht informatieverzoek over repatriëring als niet-bezwaarlijk afdoen

Rechtbank Den Haag 1 mei 2025, IT 4864; ECLI:NL:RBDHA:2025:7175 (Eiser tegen de minister van Buitenlandse Zaken), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-avg-verzoek-minister-mocht-informatieverzoek-over-repatriering-als-niet-bezwaarlijk-afdoen

Rb. Den Haag 1 mei 2025, IT 4864; ECLI:NL:RBDHA:2025:7175 (Eiser tegen de minister van Buitenlandse Zaken). Eiser verbleef onvrijwillig in Gaza en kon niet terugkeren naar Nederland. Zijn gemachtigde heeft de minister van Buitenlandse Zaken per brief verzocht om informatie over de inspanningen die zijn verricht om eiser te repatriëren. De minister heeft hierop gereageerd met een informatieve brief. Eiser stelt dat zijn verzoek een inzageverzoek op grond van de AVG was en dat de minister had moeten voldoen aan de eisen van artikel 15 AVG. In bezwaar en beroep voert eiser aan dat de minister zijn verzoek ten onrechte niet als AVG-verzoek heeft behandeld en dat de reactie van de minister een besluit is waartegen bezwaar openstaat. De rechtbank overweegt dat de brief van eiser niet expliciet een verzoek om inzage in persoonsgegevens op grond van de AVG bevatte. Hoewel de AVG in de brief werd genoemd, was het verzoek gericht op informatie over de repatriëringsinspanningen en niet op inzage in de verwerking van persoonsgegevens. De rechtbank stelt dat het doel van artikel 15 AVG is dat betrokkene de verwerking van zijn persoonsgegevens kan controleren, wat uit het verzoek niet blijkt. Er is dus geen AVG-verzoek gedaan en de reactie van de minister is geen besluit in de zin van de Awb. Het bezwaar is daarom terecht niet-ontvankelijk verklaard en het beroep wordt ongegrond verklaard.

IT 4863

Vorderingen tot afgifte en inzage bewijsbeslag afgewezen wegens ontbreken spoedeisend en rechtmatig belang

Rechtbank Rotterdam 23 jan 2025, IT 4863; ECLI:NL:RBROT:2024:355 (Nemesys en Rosecure tegen Voorne ICT, E-Line en persoon 1), https://itenrecht.nl/artikelen/vorderingen-tot-afgifte-en-inzage-bewijsbeslag-afgewezen-wegens-ontbreken-spoedeisend-en-rechtmatig-belang

Vzr. Rb. Rotterdam 23 januari 2024, IT 4863; ECLI:NL:RBROT:2024:355 (Nemesys en Rosecure tegen Voorne ICT, E-Line en persoon 1). In deze zaak hebben Nemesys ICT Groep B.V. en Rosecure B.V. (eisers) bewijsbeslag laten leggen onder Voorne ICT B.V., E-Line B.V. en een natuurlijk persoon (gedaagden). Aanleiding was dat diverse klanten en werknemers van eisers waren overgestapt naar Voorne ICT, een recent opgerichte concurrent. Eisers vermoeden dat daarbij contractuele bedingen, zoals concurrentie-, relatie- en geheimhoudingsbedingen, zijn overtreden en dat gedaagden mogelijk onrechtmatig hebben geprofiteerd van deze overstap. Eisers vorderen in kort geding onder meer afgifte van de door de deurwaarder geselecteerde beslagobjecten (digitale en fysieke gegevens) en inzage daarin, op straffe van een dwangsom. Daarnaast vorderen zij dat de bewaarder gemachtigd wordt om een selectie te maken van de bescheiden die onder het beslag vallen. In reconventie vorderen gedaagden opheffing van het bewijsbeslag.

 

IT 4862

Afwijzing herhaald inzageverzoek FSV gegevens terecht, geen nieuwe feiten of omstandigheden vastgesteld

Rechtbank Den Haag 16 apr 2025, IT 4862; ECLI:NL:RBDHA:2025:6424 (Eiser tegen de minister van Financiën), https://itenrecht.nl/artikelen/afwijzing-herhaald-inzageverzoek-fsv-gegevens-terecht-geen-nieuwe-feiten-of-omstandigheden-vastgesteld

Rb. Den Haag 16 april 2025, IT 4862; ECLI:NL:RBDHA:2025:6424 (Eiser tegen de minister van Financiën). Eiser heeft op 30 augustus 2023 een verzoek ingediend bij de minister van Financiën om inzage te krijgen in zijn persoonsgegevens die in de Fraude Signalering Voorziening (FSV) zijn opgenomen. Dit verzoek volgde op eerdere inzageverzoeken uit 2021, die destijds ook waren afgewezen. De FSV is sinds 27 februari 2020 buiten gebruik gesteld en sindsdien zijn er geen wijzigingen meer geweest in de daarin opgenomen persoonsgegevens van eiser. Eiser vordert inzage in alle persoonsgegevens die over hem in de FSV zijn verwerkt, inclusief informatie over het ‘signaal’ dat tot zijn registratie leidde, de reden voor het ingestelde boekenonderzoek in 2019, en het behandelverslag van 3 april 2019. Hij stelt dat de tot nu toe verstrekte informatie onvoldoende is en dat hij recht heeft op volledige inzage op grond van de AVG.

IT 4858

Voorzieningenrechter fluit Booking terug na voortijdige beëindiging samenwerking met Zwitserse verhuurder SHA

Rechtbank Amsterdam 18 apr 2025, IT 4858; ECLI:NL:RBAMS:2025:3035 (SHA tegen Booking), https://itenrecht.nl/artikelen/voorzieningenrechter-fluit-booking-terug-na-voortijdige-beeindiging-samenwerking-met-zwitserse-verhuurder-sha

Rb. Amsterdam 18 april 2025, IT 4858; ECLI:NL:RBAMS:2025:3035 (SHA tegen Booking). SHA exploiteert meer dan 70 appartementen in Zwitserland via het platform van Booking. In de samenwerkingsovereenkomst is opgenomen dat Booking bevoegd is de overeenkomst te beëindigen en de accommodaties van het platform te halen bij verdenking van fraude, met een opzegtermijn van 30 dagen. In maart 2025 heeft Booking de overeenkomst met onmiddellijke ingang beëindigd wegens schending van deze overeenkomst. SHA heeft geprobeerd opheldering te krijgen maar Booking heeft slechts een algemene toelichting per mail gegeven. Booking heeft de reserveringen voor appartementen van SHA geannuleerd en SHA de toegang ontzegd tot het Extranet, het online betaalsysteem waarin haar partners onder meer informatie over de accommodaties en reserveringen kunnen invoeren. In dit kort geding vordert SHA Booking onder meer nakoming van de overeenkomst, inzage in de informatie waarop de opzegging is gebaseerd, herstel van de geannuleerde reserveringen en hernieuwde toegang tot het Extranet. SHA onderbouwt haar vorderingen met de stelling dat er geen grond is voor beëindiging van de relatie.

IT 4860

Hof oordeelt dat Topicus niet aansprakelijk is voor vertraging implementatie hypotheeksoftware, Aegon verliest hoger beroep

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 6 mei 2025, IT 4860; ECLI:NL:GHARL:2025:2754 (ASR tegen Topicus), https://itenrecht.nl/artikelen/hof-oordeelt-dat-topicus-niet-aansprakelijk-is-voor-vertraging-implementatie-hypotheeksoftware-aegon-verliest-hoger-beroep

Hof Arnhem-Leeuwarden 6 mei 2025, IT 4860; ECLI:NL:GHARL:2025:2754 (ASR tegen Topicus). Aegon, een grote Nederlandse verzekeraar met een omvangrijke hypotheekportefeuille, heeft met Topicus, een softwarebedrijf, een IT-dienstverleningsovereenkomst gesloten voor de implementatie van de FORCE Product Suite (FPS), een softwareoplossing voor hypotheekbeheer. De overeenkomst voorzag in gefaseerde oplevering en implementatie van FPS, waarbij de doorontwikkeling van de software niet alleen voor Aegon, maar ook voor andere klanten plaatsvond. Gedurende het project ontstonden vertragingen in de oplevering van functionaliteiten en processen, waarna Aegon de overeenkomst uiteindelijk beëindigde. Aegon vordert in rechte een verklaring voor recht dat Topicus tekortgeschoten is in haar contractuele verplichtingen en aansprakelijk is voor de daaruit voortvloeiende schade. Daarnaast vordert Aegon terugbetaling van reeds betaalde bedragen en vergoeding van verdere schade. Topicus vordert op haar beurt betaling van openstaande facturen.

IT 4859

Ook subjectieve persoonsgegevens vallen onder de AVG bij RIEC-verwerking

Rechtbank Overijssel 2 mei 2025, IT 4859; ECLI:NL:RBOVE:2025:2742 (Eiser tegen het college), https://itenrecht.nl/artikelen/ook-subjectieve-persoonsgegevens-vallen-onder-de-avg-bij-riec-verwerking

Rb. Overijssel 2 mei 2025, IT 4859; ECLI:NL:RBOVE:2025:2742 (eiser tegen het college). Eiser heeft op 13 januari 2023 op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) het college van burgemeester en wethouders van Enschede (hierna: het college) verzocht om inzage in de verwerking van zijn persoonsgegevens binnen het Regionale Informatie- en Expertisecentrum (hierna: RIEC). Eiser heeft gevraagd welke persoonsgegevens van hem zijn gebruikt, in welke context, wat de herkomst daarvan is, met wie deze zijn gedeeld en welke feiten eraan ten grondslag liggen om hem en/of zijn bedrijf Stichting Humaan Overijssel als RIEC-casus aan te merken. Op 12 mei 2023 heeft het college de persoonsgegevens verstrekt die in het kader van het RIEC zijn gedeeld. Eiser heeft vervolgens bezwaar gemaakt tegen dit besluit. Tijdens deze procedure heeft het college, naar aanleiding van een Woo-verzoek van eiser, 42 documenten openbaar gemaakt. Het college verklaarde het bezwaar ongegrond. Eiser heeft daarop 20 juni 2024 beroep ingesteld en dit aangevuld bij brieven van 9 en 13 maart 2025. Het college heeft op 17 maart 2025 een verweerschrift ingediend. De rechtbank heeft het beroep op 27 maart 2025 ter zitting behandeld.

IT 4857

Merkinbreuk door gebruik van "ICE" voor cryptovaluta door Ice Labs

Rechtbank Den Haag 6 mei 2025, IT 4857; ECLI:NL:RBDHA:2025:7975 (IEH tegen Ice Labs), https://itenrecht.nl/artikelen/merkinbreuk-door-gebruik-van-ice-voor-cryptovaluta-door-ice-labs

Vrz. Rb. Den Haag 6 mei 2025, IEF 22693; IT 4857; ECLI:NL:RBDHA:2025:7975 (IEH tegen Ice Labs). Intercontinental Exchange Holdings (hierna: IEH), een in de VS gevestigd internationaal dienstverlener in de financiële sector en houder van het Uniewoordmerk ‘ICE’ voor cryptovaluta en aanverwante diensten, stelt dat Ice Labs merkinbreuk maakt op haar merkrechten. Ice Labs biedt onder de naam “Ice Open Network” een gedecentraliseerd blockchain-netwerk aan. Daarnaast gebruikt ze het teken “ICE” onder meer als naam van een cryptomunt, en ook in aanduidingen als “Ice Labs” en “ice blockchain”. Op 26 januari 2024 sommeerde IEH Ice Labs het gebruik van deze tekens te staken en de domeinnaam over te dragen. Ice Labs betwist de merkinbreuk, maar heeft wel enkele aanpassingen doorgevoerd, waaronder het opnemen van een disclaimer op haar website en het vermelden dat zij onderdeel is van de “LeftClick Group”. In reactie op de procedure zegde Ice Labs toe de naam “ICE-Wallet” te veranderen naar “ION-Wallet” en de ticker van de munt aan te passen van “ICE” naar “ION”, uiterlijk per 31 juli 2025. IEH baseert de vordering op artikel 9 lid 2 sub a en/of b UMVo wegens het zonder toestemming gebruiken van de tekens “ICE” voor soortgelijke waren en diensten. De voorzieningenrechter acht zich bevoegd, nu IEH via haar dochteronderneming ICE Clear NL daadwerkelijk bedrijfsactiviteiten verricht in Nederland, namelijk het aanbieden van clearingdiensten voor Europese aandelenderivatenproducten. De stelling van Ice Labs dat deze entiteit geen vestiging van IEH zou zijn vanwege het ontbreken van een eigen website of telefonische bereikbaarheid, overtuigt de voorzieningenrechter niet.

IT 4861

Beroep gegrond wegens motiveringsgebrek bij inzageverzoek, rechtsgevolgen blijven in stand na toelichting

Rechtbank Amsterdam 28 jan 2025, IT 4861; ECLI:NL:RBAMS:2025:494 (Eiser 1 tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam), https://itenrecht.nl/artikelen/beroep-gegrond-wegens-motiveringsgebrek-bij-inzageverzoek-rechtsgevolgen-blijven-in-stand-na-toelichting

Rb. Amsterdam 28 januari 2025, IT 4861; ECLI:NL:RBAMS:2025:494 (Eiser 1 tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam). Eiser heeft bij het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam een verzoek ingediend om inzage in alle persoonsgegevens die het Inlichtingenbureau over hem verwerkt op grond van de AVG. Na een aanvankelijk besluit en intrekking daarvan, heeft verweerder het verzoek op 7 september 2022 toegewezen en drie tabbladen met informatie verstrekt. In bezwaar is het verzoek van eiser gegrond verklaard en is aanvullende informatie verstrekt namens zowel het Inlichtingenbureau als het gemeentelijk loket persoonsgegevens. Eiser stelt in beroep dat het bestreden besluit onvoldoende is gemotiveerd, omdat niet is ingegaan op zijn gewijzigde bezwaargronden. Daarnaast voert hij aan dat ook na het verweerschrift en de overgelegde tabbladen niet duidelijk is welke persoonsgegevens precies zijn verwerkt en of dit alle gegevens betreft.