IT 4838
18 april 2025
Uitspraak

Vorderingen in kort geding over RTL Nieuws-uitzending en artikel over bemiddelingsbureau in de zorg afgewezen wegens voldoende feitelijke basis en toegepast wederhoor

 
IT 4837
18 april 2025
Uitspraak

Beoordeling van contractuele verplichtingen en betalingsgeschillen tussen IT dienstverlener en afnemer binnen drie samenhangende overeenkomsten

 
IT 4836
15 april 2025
Uitspraak

Rechtsgeldige vernietiging van telecomcontract wegens dwaling door misleidende informatie Digihero

 
IT 4744

Digitale handtekening in kredietovereenkomst met borgstelling geldig

Rechtbank Midden-Nederland 1 mei 2024, IT 4744; ECLI:NL:RBMNE:2024:2647 (eiseres tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/digitale-handtekening-in-kredietovereenkomst-met-borgstelling-geldig

Rb. Midden-Nederland 1 mei 2024, IT 4744; ECLI:NL:RBMNE:2024:2647 (eiseres tegen gedaagde) Eiseres, een Belgische vennootschap, heeft een vordering ingesteld tegen de gedaagde, die zich als 20-jarige persoonlijk borg had gesteld voor een zakelijke kredietovereenkomst van een Nederlandse B.V. De B.V. bleef in gebreke met de betaling van de maandelijkse termijnen, waarna de kredietovereenkomst werd beëindigd en de resterende schuld werd opgeëist. Eiseres vordert betaling van een hoofdsom van € 4.467,57, contractuele rente van 10% per jaar vanaf de dagvaarding, en veroordeling van de gedaagde in de proceskosten. Gedaagde voert verweer en stelt dat hij slechts op papier als bestuurder en aandeelhouder fungeerde op verzoek van zijn vader, en betwist de geldigheid van de digitale handtekening. Hij betwist tevens de betrouwbaarheid van de door de eiseres gebruikte methode voor elektronische ondertekening. De kantonrechter oordeelt dat de door eiseres gebruikte methode voor elektronische ondertekening voldoende betrouwbaar is. De kantonrechter stelt vast dat de kredietovereenkomst met borgstelling rechtsgeldig tot stand is gekomen en dat de gedaagde aan de digitale handtekening kan worden gehouden. De vordering van eiseres wordt grotendeels toegewezen, inclusief de hoofdsom van € 4.467,57 en de contractuele rente van 10% per jaar vanaf de dagvaarding. De verweren van gedaagde, waaronder de betwisting van de digitale handtekening en de stelling dat hij slechts op papier als bestuurder fungeerde, worden verworpen.

IT 4551

BKR wint geschil van Odido over doorbelasting kosten inzageverzoeken

Rechtbank 1 mei 2024, IT 4551; ECLI:NL:RBGEL:2024:2708 (BKR tegen Odido), https://itenrecht.nl/artikelen/bkr-wint-geschil-van-odido-over-doorbelasting-kosten-inzageverzoeken

Rb Gelderland 1 mei 2024, IT 4551; ECLI:NL:RBGEL:2024:2708 (BKR tegen Odido). In onderhavige zaak tussen BKR en Odido draait het om de betaling van facturen voor inzageverzoeken in het register van Bureau Krediet Registratie (BKR). Odido meent dat BKR alleen de daadwerkelijke kosten mag doorberekenen en eist daarom volledige financiële verantwoording en inzage in de kostenstructuur. BKR stelt echter dat zij gerechtigd is om het tarief voor inzageverzoeken vast te stellen en dat de doorbelasting niet beperkt is tot de daadwerkelijke kosten. De rechtbank oordeelt dat de overeenkomst tussen BKR en Odido geen verplichting voor BKR bevat om alleen de werkelijke kosten door te belasten. Zij baseert dit oordeel op de tekst van de overeenkomst, het Algemeen Reglement CKI en de Algemene Handleiding CKI, evenals op de achtergrond van de overeenkomst en de feitelijke omstandigheden. De rechtbank concludeert dat het niet de bedoeling is geweest om alleen de daadwerkelijke kosten in rekening te brengen of achteraf te verrekenen op basis van de werkelijke kosten. Daarom wijst de rechtbank de vorderingen van Odido af en die van BKR toe. Odido mag de betaling van de facturen van BKR niet opschorten en wordt veroordeeld tot betaling van de openstaande facturen. Odido kan zich niet beroepen op de aanvullende werking van redelijkheid en billijkheid omdat er geen leemte is in de overeenkomst wat betreft financiële verantwoording. Anders dan Odido stelt, rust op BKR ook geen dergelijke transparantieverplichting. De rechtbank komt in een soortgelijke zaak tegen KPN tot een soortgelijk oordeel. 

IT 4743

Onterechte ontbinding serviceovereenkomsten en onrechtmatige beslaglegging

Rechtbank Overijssel 8 mei 2024, IT 4743; ECLI:NL:RBOVE:2024:2468 (Insulcon c.s. tegen Limis), https://itenrecht.nl/artikelen/onterechte-ontbinding-serviceovereenkomsten-en-onrechtmatige-beslaglegging

Rb. Overijssel 15 mei 2024; ECLI:NL:RBOVE:2024:2468 (Insulcon c.s. tegen Limis) Insulcon c.s. hebben twee serviceovereenkomsten gesloten met Limis voor de implementatie en het gebruik van de planningssoftware Limis Planner. Insulcon c.s. stelden dat Limis toerekenbaar tekort was geschoten in de nakoming van deze overeenkomsten, omdat de software niet voldeed aan de basisdoelstellingen en functionaliteiten zoals vermeld in de offertes. Ondanks meerdere meldingen van problemen via het ticketsysteem en diverse e-mails, bleef de software volgens Insulcon c.s. gebreken vertonen, wat leidde tot inefficiënties in hun bedrijfsprocessen. Op 26 mei 2023 hebben Insulcon c.s. de serviceovereenkomsten buitengerechtelijk ontbonden en een beroep gedaan op dwaling, stellende dat Limis de gedane betalingen moest terugbetalen en dat Limis onrechtmatig had gehandeld. Zij vorderen onder meer terugbetaling van de betaalde bedragen en schadevergoeding. Limis betwist deze vorderingen en stelt dat Insulcon c.s. niet hebben voldaan aan de klachtplicht ex artikel 6:89 BW, omdat zij niet tijdig hebben geklaagd over de vermeende gebreken. Limis vordert in reconventie betaling van de openstaande facturen en stelt dat de door Insulcon c.s. gelegde conservatoire beslagen onrechtmatig zijn.

IT 4550

Gedaagde moet overgaan tot betaling van facturen voor softwareontwikkeling

Rechtbank 1 mei 2024, IT 4550; ECLI:NL:RBOVE:2024:2386 (Eiseres tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/gedaagde-moet-overgaan-tot-betaling-van-facturen-voor-softwareontwikkeling

Rb. Overijssel 1 mei 2024, IT 4550; ECLI:NL:RBOVE:2024:2386 (Eiseres tegen gedaagde). Eiseres, een advies- en ondersteuningsbedrijf in de informatietechnologie en gedaagde, een groothandel in computers, randapparatuur en software, sloten een 'Framework Agreement for Collaboration' en een 'Work order'. Op basis van deze overeenkomsten heeft eiseres software ontwikkeld en geleverd aan gedaagde, waarvoor eiseres in totaal vijf facturen heeft verstuurd. Deze heeft gedaagde onbetaald gelaten. Eiseres vordert veroordeling van gedaagde tot betaling van €53.530,40. De rechtbank oordeelt dat het verweer van gedaagde tegen de vijf facturen van eiseres onvoldoende is onderbouwd. Gedaagde heeft gesteld dat de facturen afwijken van wat in de werkorder is overeengekomen, maar heeft niet toegelicht wat er precies niet klopt aan de facturen in vergelijking met de werkorder. Ook heeft gedaagde onvoldoende onderbouwd waarom zij van mening is dat eiseres te veel uren heeft gefactureerd voor het werk. Bovendien blijkt uit de correspondentie tussen beide partijen niet dat gedaagde het niet eens is met de facturen, maar dat er geen geld is om ze te betalen. Daarom wordt de vordering van eiseres toegewezen.

IT 4549

Buren dienen beveiligingscamera's te verplaatsen wegen privacyinbreuk

Rechtbank 5 apr 2024, IT 4549; ECLI:NL:RBLIM:2024:1684 (Eisers tegen gedaagden), https://itenrecht.nl/artikelen/buren-dienen-beveiligingscamera-s-te-verplaatsen-wegen-privacyinbreuk

Rb. Limburg 5 april 2024, IT 4549; ECLI:NL:RBLIM:2024:1684 (Eisers tegen gedaagden). Partijen zijn buren van elkaar. Gedaagden hebben ter beveiliging van hun woning drie camera’s op hun perceel geplaatst. Eisers hebben herhaaldelijk verzocht en gesommeerd om de camera’s te verplaatsen dan wel te verwijderen wegens inbreuk op hun persoonlijke levenssfeer. Gedaagden hebben hier geen gehoor aan gegeven. Eisers vorderen primair een veroordeling tot verwijdering van de camera’s en subsidiair verplaatsing of verdraaiing van de camera’s. Ook willen eisers bewijs dat de camera’s niet meer beelden van hun perceel opneemt. De voorzieningenrechter oordeelt dat de camera's inbreuk maken op de privacy van de eisers, aangezien deze gericht is op hun woning en perceel. Omdat de bekabeling van de camera niet was aangesloten en de gedaagden weigerden inzage te geven in de beelden ervan, wordt geconcludeerd dat de inbreuk op de privacy zwaarder weegt dan het belang van de gedaagden om hun eigendom te beschermen. Daarom wordt de vordering van de eisers toegewezen, waarbij de gedaagden worden veroordeeld om de camera te verplaatsen of te vervangen. Daarnaast moeten de gedaagden bewijs leveren dat de camera geen beelden meer opneemt van de woning en het perceel van de eisers. Tenslotte worden dwangsommen opgelegd omdat de gedaagden niet uit zichzelf de vereiste medewerking en inzage hebben verleend.

IT 4548

Uitspraak ingezonden door Daan Breuking en Luuk Jonker, Holla legal & tax.

Geen sprake van tekortkoming in de nakoming ICT-overeenkomst

Rechtbank Amsterdam 1 mei 2024, IT 4548; (GAC tegen Medz), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-sprake-van-tekortkoming-in-de-nakoming-ict-overeenkomst

Rb. Amsterdam 1 mei 2024, IT 4549; C/13/736768 / HA ZA 23-656 (GAC tegen Med) GAC is een ICT-dienstverlener. Zij houdt zich bezig met advisering en ondersteuning op het gebied van bedrijfssoftware zoals Microsoft Dynamics. Medz is een groothandel voor medische producten. Medz en Broad Horizon doen sinds circa 2015 zaken met elkaar, Broad Horiron is later (deels) overgenomen door GAC. Er ontstaat een financieel geschil naar aanleiding van de implementatie van nieuwe software in opdracht van Medz. GAC verlangt betaling voor door haar verrichte werkzaamheden. Medz meent dat GAC geen vordering kan instellen. Voor zover GAC dat wel kan, betoogt Medz dat zij al meer heeft betaald dan waarop GAC recht heeft. Medz stelt ook dat het systeem niet naar behoren werkte en vordert van GAC vergoeding van door haar gestelde geleden schade. Ten aanzien van de werkzaamheden, oordeelt de rechtbank dat partijen redelijkerwijs hebben mogen begrijpen dat GAC haar werkzaamheden zou verrichten op basis van nacalculatie. Daarbij brengt een redelijke uitleg van de overeenkomst mee dat voor het verhelpen van issues die met betrekking tot de software rijzen, GAC voor daarmee verband houdende werkzaamheden kosten aan Medz in rekening mag brengen. Medz is gehouden om de gefactureerde bedragen voor de werkzaamheden te voldoen. Ten aanzien van het onderhoud, oordeelt de rechtbank dat Medz op basis van de ICT-overeenkomst is gehouden om ook het bedrag voor het derde jaar van het onderhoudscontract te voldoen.

IT 4740

Onvoldoende betrouwbare digitale handtekening

Rechtbank Amsterdam 19 apr 2024, IT 4740; ECLI:NL:RBAMS:2024:2252 (eisers tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/onvoldoende-betrouwbare-digitale-handtekening

Rb. Amsterdam 19 april 2024, IT 4740; ECLI:NL:RBAMS:2024:2252 (eisers tegen gedaagde) Eisers hebben gedaagde benaderd voor diverse ICT-diensten, waaronder het verbeteren van de wifi-ontvangst en het voorbereiden van een netwerk op glasvezel. Gedaagde beweert dat er een digitale overeenkomst is gesloten via SignRequest, maar eisers betwisten de geldigheid van deze handtekening. Zij stellen dat de overeengekomen diensten niet zijn uitgevoerd en dat gedaagde zonder hun toestemming wijzigingen heeft aangebracht, zoals het omzetten van abonnementen en het registreren van een domeinnaam op zijn naam. Eisers vorderen terugbetaling van € 5.392,52 aan onverschuldigd betaalde bedragen, vermeerderd met rente en kosten. Daarnaast eisen zij dat gedaagde de ongewenste wijzigingen ongedaan maakt en de gemaakte kosten vergoedt. De kantonrechter oordeelt dat de door gedaagde gebruikte digitale handtekening via SignRequest niet voldoet aan de vereisten voor een geavanceerde of gekwalificeerde elektronische handtekening. Hierdoor heeft de handtekening niet dezelfde bewijskracht als een handgeschreven handtekening. De kantonrechter stelt vast dat gedaagde essentiële informatie heeft achtergehouden, waardoor eisers geen geïnformeerde beslissing konden nemen. Daarnaast concludeert de kantonrechter dat de overeengekomen diensten niet zijn uitgevoerd en dat gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld door zonder toestemming wijzigingen aan te brengen. Gedaagde wordt veroordeeld tot terugbetaling van € 5.392,52, het ongedaan maken van de ongewenste wijzigingen, en het vergoeden van de gemaakte kosten.

IT 4547

Artikel ingezonden door Jan Brölmann, HabrakenRutten.

HabrakenRutten publiceert TMT-hoofdstuk in de Chambers Global Practice Guide 2024

Ontdek de meest recente ontwikkelingen en juridische inzichten in de sectoren technologie, media en telecommunicatie met de publicatie van HabrakenRutten in de Chambers Global Practice Guide 2024. Dit uitgebreide hoofdstuk, vakkundig samengesteld door Jan Brölmann, Anna Kapteijn, Jesse Faber en Wytske van Haga, behandelt een scala aan actuele onderwerpen, waaronder kunstmatige intelligentie, de metaverse, digitale handtekeningen en cloud computing. De bijdrage van HabrakenRutten biedt diepgaande analyses van de laatste juridische trends en de uitdagingen waarvoor professionals in de TMT-sector staan. Lees hier de bijdrage.

IT 4543

Geen schadevergoeding op grond van de AVG vanwege heimelijke geluidsopname

Rechtbank 23 apr 2024, IT 4543; ECLI:NL:RBOVE:2024:2260 (Partij A tegen partij B), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-schadevergoeding-op-grond-van-de-avg-vanwege-heimelijke-geluidsopname

Rb. Overijssel 23 april 2023, IT 4543; ECLI:NL:RBOVE:2024:2260 (Eiser tegen gedaagde). Eiser heeft een aannemingsovereenkomst met gedaagde gesloten die ertoe strekt dat eiser de badkamer van gedaagde zal renoveren. De laatste factuur die eiser hiervoor heeft gestuurd, is niet betaald. Eiser vordert een veroordeling tot betaling van €3.956,98. De rechter is van oordeel dat gedaagde zich verplicht heeft om te betalen voor de werkzaamheden, ongeacht hoe die zijn uitgevoerd. Dat gedaagde vindt dat de werkzaamheden van eiser niet af zijn, en op bepaalde punten niet goed zijn verricht, maakt dat niet anders. De vordering van eiser wordt toegewezen, gedaagde moet het geldbedrag betalen. Gedaagde heeft in reconventie betaling van herstelkosten voor het herstellen van de schade gevorderd. Deze vordering wordt deels toegewezen. Ook vraagt gedaagde om betaling van een immateriële schadevergoeding vanwege het door eiser in de procedure brengen van een geluidsopname van gedaagde, waarin een gesprek te horen is tussen de door eiser ingehuurde schilder, gedaagde en de partner van gedaagde. Eiser zou de AVG geschonden hebben, omdat gedaagde zich hierdoor enorm voelt aangetast in zijn persoonlijke levenssfeer. Gedaagde heeft dit echter niet voldoende onderbouwd. Bovendien was de opname maar slechts voor een zeer beperkte kring toegankelijk gemaakt. Deze vordering wordt derhalve afgewezen.

IT 4545

Uitspraak ingezonden door Fulco Blokhuis en Niek Weessies, Boekx.

Uitlatingen in tv-programma Radar waren niet onrechtmatig

Rechtbank 24 apr 2024, IT 4545; C/16/5610158 / HA ZA 23-508 (Eiser tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/uitlatingen-in-tv-programma-radar-waren-niet-onrechtmatig

Rb. Midden-Nederland 24 april 2024, IEF 22030, IT 4545; C/16/5610158 / HA ZA 23-508 (Eiser tegen gedaagde). Eiser is een schildersbedrijf. Het televisieprogramma ‘Radar’ van AVROTROS heeft een reportage gewijd aan eiser. Gedaagde heeft meegewerkt aan de reportage. De strekking van deze reportage is dat eiser bij gedaagde (en anderen) met opzet te weinig zou offreren om vervolgens meerwerk in rekening te brengen. De opmerkingen die gedaagde heeft gemaakt in de uitzending zijn volgens eiser onrechtmatig. Ook zou gedaagde onrechtmatig gehandeld hebben door de journalisten van Radar niet volledig geïnformeerd te hebben. Eiser stelt schade te hebben geleden en klanten te hebben verloren door het handelen van gedaagde. Zij vordert schadevergoeding.