DOSSIERS
Alle dossiers

Overige onderwerpen  

IT 2313

ICT-dienstverlener aansprakelijk: bruikbare back-up van huisartsenpraktijk voor installatie vereist

Rechtbank 21 jun 2017, IT 2313; ECLI:NL:RBLIM:2017:6454 (back up huisartsenpraktijk), https://itenrecht.nl/artikelen/ict-dienstverlener-aansprakelijk-bruikbare-back-up-van-huisartsenpraktijk-voor-installatie-vereist

Rechtbank Limburg 21 juni 2017, IT 2313; LS&R 1472; ECLI:NL:RBLIM:2017:6454 (back up huisartsenpraktijk) IT-dienstverlening. Vervolg na tussenvonnis (IT2205). Na niet-volledige installatie van een update en terugzetten back-up, zijn alle gegevens van de huisartsenpraktijk verloren gegaan. ICT-dienstverlener mocht er zonder controle niet op vertrouwen dat back-up in eigen systeem van huisartsenpraktijk bruikbaar was. Een back-up zou gemaakt moeten worden en gecontroleerd, of de bestaande back-up had op bruikbaarheid gecontroleerd moeten worden, alvorens tot installatie van de bestaande update over te gaan. Schade aan de kant van eiseres wordt bevestigd, maar nog niet begroot. Eiseres dient concrete gegevens te verstrekken. Zaak komt op rol.

IT 2311

Conclusie AG: Software is een medisch hulpmiddel aangezien deze de arts informatie biedt

HvJ EU 28 jun 2017, IT 2311; ECLI:EU:C:2017:501 (SNITEM tegen SNITEM et Philips France), https://itenrecht.nl/artikelen/conclusie-ag-software-is-een-medisch-hulpmiddel-aangezien-deze-de-arts-informatie-biedt

Conclusie AG HvJ EU 28 juni 2017, IT 2311; LS&R 1469; C‑329/16 (SNITEM tegen SNITEM et Philips France) Begrip medisch hulpmiddel. CE‑markering. Software dienende ter ondersteuning bij het voorschrijven van geneesmiddelen. Conclusie AG:

Onverminderd de uiteindelijk door de verwijzende rechter te verrichten beoordeling van de aanwezige functionaliteiten is software dienende ter ondersteuning bij het voorschrijven van geneesmiddelen als die welke aan de orde is in het hoofdgeding, aan te merken als medisch hulpmiddel in de zin van artikel 1, lid 2, onder a), van richtlijn 93/42/EEG van de Raad van 14 juni 1993 betreffende medische hulpmiddelen, aangezien deze software de arts informatie biedt die van belang is voor het opsporen van contra‑indicaties, wisselwerkingen tussen geneesmiddelen en te hoge voorgeschreven doses.

IT 2305

Prej. vragen over bedrijfsgeheimen van een geprivatiseerde bank en toegang tot overheidsinformatie

HvJ EU 11 apr 2017, IT 2305; (Nova KBM tegen Slovenië), https://itenrecht.nl/artikelen/prej-vragen-over-bedrijfsgeheimen-van-een-geprivatiseerde-bank-en-toegang-tot-overheidsinformatie

Prej. vragen aan HvJ EU 11 april 2017, IEF 16877; IEFbe 2213; IT 2305; C-215/17 (Nova KBM tegen Slovenië) Openbaarheid. Overheidsinformatie. Auteursrecht. Hergebruik. Verzoekster (bank) heeft verzocht om herziening van een uitspraak op een verzoek van een journaliste tot openbaarmaking van een lijst van de consultancyfirma’s, advocatenkantoren en vennootschappen die intellectuele prestaties leveren waarmee verzoekster in de periode van 01-10-2012 tot en met 17-04-2014 overeenkomsten heeft gesloten. De lijst zou ook inhoudelijke gegevens van de overeenkomsten moeten bevatten. Volgens de SLV wetgeving zijn deze gegevens absoluut openbaar waarbij aangetekend dat het belang van het publiek bij openbaarmaking niet zwaarder weegt dan het belang van de tot openbaarmaking verplichte persoon om de toegang tot de gevraagde informatie te beperken. Dit geldt met name voor (rechts)personen die onder de overheersende invloed staan dan wel de laatste vijf jaar hebben gestaan van publiekrechtelijke lichamen, zoals in casu verzoekster, waarin SLV een meerderheidsaandeel had en die door SLV in beduidende mate is geherkapitaliseerd. Met name dit laatste vergroot het openbaar belang van controle. Sinds 21-04-2016 is verzoekster een privaatrechtelijke vennootschap op aandelen. Zij staat niet meer onder de overheersende invloed van de Staat maar is nog wel verplicht vijf jaar lang gegevens te verstrekken op grond van de Wet op de toegang tot overheidsinformatie.

IT 2268

Dat publicatieplicht op veilingnotaris.nl stopt, hoeft niet te worden gerectificeerd

Rechtbank 7 apr 2017, IT 2268; ECLI:NL:RBGEL:2017:2434 (internetnotarissen tegen de stichtingen), https://itenrecht.nl/artikelen/dat-publicatieplicht-op-veilingnotaris-nl-stopt-hoeft-niet-te-worden-gerectificeerd

Vzr. Rechtbank Gelderland 7 april 2017, IEF 16752; IT 2268; ECLI:NL:RBGEL:2017:2434 (Platform BBB en Internetnotarissen tegen de Stichtingen) Geen onjuiste en misleidende mededelingen, geen onrechtmatig handelen. Geen strijd met 516 Rv. Internetnotarissen vordert rectificatie van de mededeling dat de publicatieplicht voor notarissen op www.veilingnotaris.nl stopt en van de onjuiste mededeling dat door de overheid oproep is gedaan om te streven naar één landelijke veilingwebsite. Ten aanzien van de eerste mededeling geldt het volgende. Vaststaat dat de Stichtingen ieder in hun eigen regio de regioveiling organiseren en dat notarissen bij het veilen van objecten gebruik kunnen maken van de diensten van de Stichtingen. In dat kader zijn de Stichtingen ertoe overgegaan om voor publicatie van de veilingen gebruik te maken van de website www.openbareverkoop.nl.

IT 2241

Uitspraak ingezonden door Sikke Kingma, Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn.

Hof: Handelen van vergelijkingssite Skyscanner is eveneens een oneerlijke handelspraktijk

Hof 7 mrt 2017, IT 2241; (Skyscanner tegen Stichting Reclame Code), https://itenrecht.nl/artikelen/hof-handelen-van-vergelijkingssite-skyscanner-is-eveneens-een-oneerlijke-handelspraktijk

Hof Amsterdam 7 maart 2017, RB 2827; IT 2241 (Skyscanner tegen Stichting Reclame Code) Reclamerecht. Skyscanner exploiteert een vergelijkingswebsite voor vliegtickets. Er werden vliegtickets aangeboden zonder dat daarbij werd vermeld dat behalve de prijs ook onder meer een bedrag aan boekingskosten in rekening wordt gebracht. Skyscanner bestrijdt niet dat de wijze waarop Govolo het onderhavige aanbod presenteert op zichzelf genomen een oneerlijke handelspraktijk oplevert. In geschil is slechts of het handelen van Skyscanner eveneens een oneerlijke handelspraktijk oplevert.  De rechtbank [RB 2544] oordeelt dat ingeval van een onjuiste beslissing door de SRC en bijkomende omstandigheden, sprake kan zijn van onrechtmatigheid. Dat is het geval als ten tijde van de uitspraak bekend was of had moeten zijn dat de beslissing in rechte als onjuist zou worden bestempeld.

Het CvB overweegt ter zake dat Skyscanner een zelfstandige handelspraktijk uitoefent en dat de consument die haar website raadpleegt in de onjuiste veronderstelling wordt gebracht dat Govolo de goedkoopste aanbieder is. Skyscanner onderscheidt zich van een 'hosting provider' doordat zij zelfstandig onderzoek doet naar de juistheid van de door derden aangeleverde gegevens. Het hof bekrachtigd het vonnis waarvan beroep.

IT 2210

Gevangenisstraf voor beheerder Kino.to: auteursrechtinbreuk en IT-sabotage

Overige instanties 11 jan 2017, IT 2210; ECLI:DE:BGH:2017:110117B5STR164.16.0 (strafsenat - kino.to, kinox.to), https://itenrecht.nl/artikelen/gevangenisstraf-voor-beheerder-kino-to-auteursrechtinbreuk-en-it-sabotage

BGH 11 januari 2017, IEF 16532; IEFbe 2065; IT 2210; ECLI:DE:BGH:2017:110117B5STR164.16.0 (strafsenat - kino.to, kinox.to) Uit het buitenland: Het Landgericht Leipzig heeft de 29-jarige verdachte veroordeeld met een gevangenisstraf van 3 jaar en 4 maanden. De man beheerde op ongeoorloofde, commerciële wijze de websites kino.to en kinox.to [eerder bij HvJ EU, IEF 13690] waarop links naar illegale kopieën van bioscoopfilms en tv-series stonden, deze werden ook als streaming aangeboden. Met zijn IT-kennis en ervaring als computerhacker werden twee, eveneens illegale en concurrende, videostreamingplatformen gesaboteerd.

IT 2160

Uitspraak ingezonden door Lars Bakers en Josine Smits, BINGH Advocaten

Werkgever aansprakelijk voor schade door illegale download van werknemer

Rechtbank 26 okt 2016, IT 2160; ECLI:NL:RBOVE:2016:4111 (Siemens tegen X), https://itenrecht.nl/artikelen/werkgever-aansprakelijk-voor-schade-door-illegale-download-van-werknemer

Rechtbank Overijssel 26 oktober 2016, IEF 16340; IT 2160; ECLI:NL:RBOVE:2016:4111 (Siemens tegen X) Auteursrechtinbreuk software. Werkgeversaansprakelijkheid voor het downloaden van (illegale) software in privétijd. Werknemer van X gebruikt privélaptop (ook) voor zijn werk. Hij heeft een nieuwere versie van de software van Siemens gedownload en geïnstalleerd op zijn privélaptop; een auteursrechtinbreuk. Voor het aannemen van een 'functioneel verband' staat een fout buiten werktijd, of het op een andere plaats dan waar de ondergeschikte normaal werkzaam is, niet in de weg. Evenmin is het doorslaggevend of een fout is gemaakt met gebruikmaking middelen door de werkgever ter beschikking gesteld. Binnen X wordt (een oudere versie van) de software gebruikt voor de taken van de werknemer, wat de kans vergroot dat de werknemer een illegale versie nodig heeft. Het schriftelijk verbieden om software en apps te downloaden, leidt er niet toe dat X niet aansprakelijk is. Er kan een functioneel verband worden aangenomen, omdat binnen X (oudere) software wordt gebruikt voor de taken die werknemer heeft. Op grond van artikel 6:170 BW is X aansprakelijk voor alle schade die Siemens als gevolg van het onrechtmatig handelen van werknemer heeft geleden. Siemens zal akte nemen over de wijze van schadebegroting ex a-grond uit artikel 13 Handhavingsrichtlijn. De rechtbank staat tussentijds beroep toe.

IT 2159

HvJ EU: Halfjaarlijkse abonnementsprijs voor decodeerkaart niet (duidelijk) vermelden is een oneerlijke handelspraktijk

HvJ EU 26 okt 2016, IT 2159; ECLI:EU:C:2016:800 (Canal Digital Danmark), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-halfjaarlijkse-abonnementsprijs-voor-decodeerkaart-niet-duidelijk-vermelden-is-een-oneerlijke

HvJ EU 26 oktober 2016, IEF 16338; IT 2159; ECLI:EU:C:2016:800 (Canal Digital Danmark A/S) Oneerlijke handelspraktijken. Reclame voor een satelliettelevisieabonnement – Abonnementsprijs die, naast de maandelijkse prijs, een halfjaarlijkse prijs omvat voor de kaart die nodig is om de uitzendingen te decoderen – Niet-vermelding van de halfjaarlijkse prijs of minder in het oog springende presentatie ervan dan van de maandelijkse prijs – Misleidende handeling – Misleidende omissie – Richtlijnbepaling die alleen is omgezet in de voorbereidende werkzaamheden voor de nationale uitvoeringswet en niet in die wet zelf. HvJ EU:

 

IT 2139

Conclusie AG: Geldigheid van btw-richtlijn die verschillende tarieven e-books en fysieke dragers bepaalt

HvJ EU 8 sep 2016, IT 2139; ECLI:EU:C:2016:664 (Rzecznik Praw Obywatelskich (RPO)), https://itenrecht.nl/artikelen/conclusie-ag-geldigheid-van-btw-richtlijn-die-verschillende-tarieven-e-books-en-fysieke-dragers-bepa

Conclusie AG HvJ EU 8 september 2016, IEF 16268; IEFbe 1937; IT 2139; C-390/15; ECLI:EU:C:2016:664 (Rzecznika Praw Obywatelskich RPO) BTW. Verschillende behandeling van publicaties op papier en andere fysieke dragers die tegen verlaagd btw-tarief kunnen worden verkocht ten opzichte van elektronische publicaties, zoals e-Books. Conclusie AG: Bij het onderzoek van de prejudiciële vragen is niet gebleken van feiten of omstandigheden die afbreuk zouden kunnen doen aan de geldigheid van punt 6 van bijlage III bij [BTW-richtlijn].

IT 2080

Uitspraak mede ingezonden door Frank Eijsvogels, HOYNG ROKH MONEGIER.

HR creërt rechterlijk overgangsrecht voor de aanhangigheid en proceskosten na intrekken kort geding

Hoge Raad 3 jun 2016, IT 2080; ECLI:NL:HR:2016:1087 (Wieland tegen Gia Systems), https://itenrecht.nl/artikelen/hr-cre-rt-rechterlijk-overgangsrecht-voor-de-aanhangigheid-en-proceskosten-na-intrekken-kort-geding

HR 3 juni 2016, IEF 15988; IT 2080; RB 2730; ECLI:NL:HR:2016:1087 (Wieland tegen Gia Systems)
Procesrecht. Rechterlijk overgangsrecht. Wieland sommeert GIA tot staken merkgebruik en als nevenvordering rectificatie van merkgebruik en misleidende mededelingen. Nadat het kort geding wordt ingetrokken, wordt een bodemprocedure met nagenoeg identieke vorderingen ingesteld. GIA verzoekt de redelijke en evenredige proceskosten te vergoeden ex 249 jo. 250 jo. 1019h Rv ad € 32.978,00. Hoge Raad beantwoord prejudicieel gesteld vragen [IEF 15098]. dat art. 9.1 van het Procesreglement onverbindend is en stelt eigen regels op, geënt op wettelijke regeling van bodemprocedure. Mogelijkheid tot behandeling van vordering tot proceskostenveroordeling, dat vonnis is vatbaar voor hoger beroep en uitvoerbaarverklaring bij voorraad [deels anders: Conclusie AG].