IT 4575
4 juli 2024
Uitspraak

Logius heeft onvoldoende belang bij verregaande informatie inzake de door Visma geleverde ´Digipoort´

 
IT 4574
2 juli 2024
Uitspraak

Moderatie op forum AVROTROS valt onder journalistieke exceptie AVG

 
IT 4573
25 juni 2024
Uitspraak

Gedaagde dient broncode van verbeterde software over te dragen

 
IT 2689

Prejudicieel gestelde vragen: is het feit dat een licentiehouder van software zich niet houdt aan de voorwaarden van de overeenkomst een auteursrechtinbreuk of kan hiervoor een afzonderlijke regeling gelden?

HvJ EU 16 okt 2018, IT 2689; (Free Mobile tegen IT Development), https://itenrecht.nl/artikelen/prejudicieel-gestelde-vragen-is-het-feit-dat-een-licentiehouder-van-software-zich-niet-houdt-aan-de

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 16 oktober 2018, IEF 18145; IT 2689; IEFbe 2799; C-666/18 (Free Mobile tegen IT Development) Via Minbuza. Free Mobile is een aanbieder van mobiele telefonie op de Franse markt. Bij overeenkomst van 25.08.2010 heeft IT Development aan Free Mobile een licentie verleend en een onderhoudscontract met haar afgesloten voor het softwarepakket ClickOnSite. IT Development heeft aangevoerd dat er in strijd met de licentieovereenkomst wijzigingen zijn aangebracht in de software en heeft op 22.05.2015 inbeslagneming wegens inbreuk laten verrichten ten kantore van de onderneming Coraso, een subcontractant van Free Mobile. Volgens Free Mobile zijn de verzoeken op grond van inbreuk niet ontvankelijk. Daarnaast stelt Free Mobile dat de originaliteit van de software niet is bewezen en dat de handelingen voor beslag inzake inbreuk nietig zijn. Ook stelt Free Mobile dat de aangebrachte wijzigingen alleen betrekking hebben op de eigen database van de licentiehouders en dat de clausule waarin is bepaald dat het softwarepakket niet mag worden gewijzigd in strijd is met de bepalingen van het wetboek van intellectuele eigendom. Deze bepalingen moeten worden geacht niet te zijn geschreven. De rechter in eerste aanleg heeft de vorderingen van IT Development niet-ontvankelijk verklaard. IT Development heeft hiertegen hoger beroep ingesteld en de rechter in tweede aanleg verzocht om een prejudiciële vraag te stellen aan het Hof. In eerste aanleg waren de verzoeken van IT Development uitsluitend gebaseerd op inbreuk. In hoger beroep zijn zij subsidiair tevens gebaseerd op de contractuele aansprakelijkheid.

IT 2688

Geen verbod op MyTelio app, geheimhouding communicatie advocaat-client voldoende gewaarborgd

Rechtbank 5 dec 2018, IT 2688; ECLI:NL:RBDHA:2018:14327 (MyTelio), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-verbod-op-mytelio-app-geheimhouding-communicatie-advocaat-client-voldoende-gewaarborgd

Vzr. Rechtbank Den Haag 5 december 2018, IT 2688; ECLI:NL:RBDHA:2018:14327 (MyTelio) Privacy. Telecomrecht. Via Rechtspraak. Het wordt de Staat niet verboden de zogenoemde MyTelio app in te voeren. Dat heeft de voorzieningenrechter in Den Haag vandaag besloten. Advocaten moeten de MyTelio app gaan gebruiken om terugbel- en afspraakverzoeken met hun gedetineerde cliënt te maken door het inspreken van een voicemailbericht. Nu verloopt dat contact nog via de administraties van de Penitentiaire Inrichtingen. De Staat is van plan het gebruik van de app verplicht te stellen. Verenigingen van strafrechtadvocaten vinden dat door het verplichte gebruik van de app het vrije verkeer tussen advocaten en hun cliënten onrechtmatig wordt belemmerd en hebben daarom de rechter gevraagd de Staat te verbieden de app in te voeren. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de geheimhouding van de communicatie tussen advocaat en cliënt voldoende is gewaarborgd. Wel kan het gebruik van de app mogelijk tot praktische problemen leiden waardoor de communicatie wordt bemoeilijkt. De Staat moet echter de gelegenheid krijgen om het nieuwe systeem in te voeren en te laten zien dat het naar behoren functioneert. Van de advocatuur mag daarbij enige souplesse worden verwacht. Op dit moment is onvoldoende aannemelijk dat de verplichte invoering van de app tot onoplosbare structurele problemen zal leiden. Het is van belang dat de communicatie tussen advocaat en cliënt niet wezenlijk wordt belemmerd. Als in de toekomst blijkt dat dit wel het geval is, kunnen eisers alsnog aanspraak maken op maatregelen die het vrije verkeer tussen advocaten en gedetineerde cliënten beter waarborgen.

IT 2687

Uitspraak ingezonden door Marcoline van Dussen en Erik Jonkman, CMS Law.

Klacht wederom afgewezen, 'Tell-a-friend-functie' DeGoedeZaak niet i.s.m. Code e-mail

Overige instanties 27 sep 2018, IT 2687; (Appellant tegen DeGoedeZaak), https://itenrecht.nl/artikelen/klacht-wederom-afgewezen-tell-a-friend-functie-degoedezaak-niet-i-s-m-code-e-mail

CvB RCC 27 september 2018, RB 3262; IT 2687; dossiernr. 2018/00489 (Appellant tegen DeGoedeZaak) DeGoedeZaak biedt op haar website de mogelijkheid landelijke petities te steunen door deze te'ondertekenen' met onder meer een e-mailadres. Appellant heeft blijkens de overgelegde stukken twee petities getekend, te weten "Ons geld naar de Groningers, niet naar Shell" en "Red het zonnepaneel". DeGoedeZaak heeft dit telkens per e-mail aan appellant bevestigd en heeft hem daarbij de mogelijkheid geboden de desbetreffende campagnes via Facebook, Twitter of e-mail te delen. Appellant maakt bezwaar tegen het ontvangen van deze bevestigingsmail met de mogelijkheid om een campagne te delen. Bij het ondertekenen van de petities heeft hij door middel van het 'uitzetten van vinkjes' kenbaar gemaakt dat hij geen reclame via e-mail wenst te ontvangen. Appellant stelt dat de onderhavige e-mails door de mogelijkheid van het delen van campagnes 'spam' zijn, en dat zij in strijd met de Code reclame via e-mail 2O12 (Code e-mail) aan hem zijn verzonden.

IT 2686

Bedrijven mogen mensen alleen bij hoge uitzondering met wifitracking volgen

Via AP. Het volgen van mensen op straat, in winkelcentra of stations via hun mobiele apparatuur is voor bedrijven slechts in zeer weinig gevallen toegestaan. Wifitracking en ook andere digitale middelen om personen te volgen zijn slechts onder zeer strikte voorwaarden toegestaan. Het betreft vrijwel altijd een verwerking van persoonsgegevens, waardoor deze volgmethode onder de privacyregels valt. Bedrijven kunnen het digitaal volgen van mensen in de (semi-)openbare ruimte in theorie op drie wettelijke gronden baseren. Naast toestemming zijn dat gerechtvaardigd belang of het uitvoeren van een overeenkomst. Bedrijven moeten dan wel aan strikte voorwaarden voldoen. Ze kunnen echter ook op andere manieren zonder persoonsgegevens en digitale volgapparatuur hun doelen bereiken. De AP heeft na vragen een nadere uitleg over deze normen op haar website gepubliceerd. Lees verder.

IT 2685

SGOA/Hans Frankenprijs 2019

Via SGOA. De SGOA reikt eens per twee jaar een scriptieprijs uit. De scriptieprijs is vernoemd naar Prof. dr. mr. Hans Franken, mede-oprichter van de SGOA, voormalig bestuursvoorzitter van de SGOA, hoogleraar informatierecht aan de Universiteit Leiden en lid van de Eerste Kamer. De Hans Frankenprijs is bedoeld voor de HBO/WO student die in de afgelopen 2 jaar de meest innovatieve afstudeerscriptie op het gebied van ICT-recht heeft geschreven. Onder ICT-recht wordt in dit kader verstaan: ICT-recht inclusief Internetrecht, Telecommunicatierecht en specifieke toepassingsgebieden van het recht in algemene zin op de ICT-sector: zoals ICT-arbeidsrecht, ICT-belastingrecht en ICT-aanbestedingen enz. Maar ook geschilbeslechting, mediation, arbitrage of conflict management op het gebied van ICT.

De winnaar van de Hans Frankenprijs zal door de jury bekend worden gemaakt tijdens een feestelijke bijeenkomst in 2019, het zesde lustrumjaar van de SGOA. Naast een eervolle vermelding, ontvangt de prijswinnaar een bedrag van € 2.500,--. Ook zal de winnende scriptie worden uitgegeven in boekvorm.

Lees het persbericht en het SGOA Hans Frankenprijs reglement. Scriptie insturen kan t/m 30 december 2018.

IT 2684

Schending zorgplicht Betty Blocks leidt door houding de Vastgoedbeschermer tot gedeeltelijke ontbinding

Rechtbank 29 nov 2018, IT 2684; ECLI:NL:RBNHO:2018:10021 (Betty Blocks tegen de Vastgoedbeschermer), https://itenrecht.nl/artikelen/schending-zorgplicht-betty-blocks-leidt-door-houding-de-vastgoedbeschermer-tot-gedeeltelijke-ontbind

Rechtbank Noord-Holland 14 november 2018, IT 2684; ECLI:NL:RBNHO:2018:10021 (Betty Blocks tegen de Vastgoedbeschermer) Aanbesteding. Partijen zijn met elkaar in contact gekomen voor de ontwikkeling door Betty Blocks van een softwarematig administratiesysteem voor VGB. Bij het project hebben partijen de Agile-methode toegepast: er wordt niet contractueel volledig vastgelegd wat er op detailniveau precies gebouwd gaat worden, maar er wordt gaandeweg aan de hand van de test-feedback van de opdrachtgever verder afgestemd wat er precies gebouwd gaat worden. Betty Blocks stelt dat VGB toerekenbaar is tekortgekomen omdat zij ten onrechte heeft geweigerd verdere medewerking te verlenen aan uitvoering van de overeenkomst en niet bevoegd was tot (algehele) ontbinding van de overeenkomst over te gaan. Betty Blocks is echter tekortgeschoten in haar zorgplicht jegens VGB. Hierdoor bestond voor VGB de bevoegdheid tot buitengerechtelijk ontbinden van de overeenkomst. Echter is algehele ontbinding niet gerechtvaardigd, vanwege de onder meer onwelwillende houding van VGB ten aanzien van het meerwerk-aanbod. Overeenkomst deels in stand gebleven. 

IT 2683

AP legt Uber boete op voor te laat melden datalek

Autoriteit Persoonsgegevens 6 nov 2018, IT 2683; (Uber datalek), https://itenrecht.nl/artikelen/ap-legt-uber-boete-op-voor-te-laat-melden-datalek

AP 6 november 2018, IT 2683; (Uber datalek) Via AP. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) legt Uber B.V. en Uber Technologies, Inc (UTI) een boete van 600.000 euro op voor het overtreden van de meldplicht datalekken. In 2016 vond een datalek bij het Uber-concern plaats waarbij onbevoegden toegang tot persoonsgegevens van klanten en chauffeurs kregen. Het Uber-concern krijgt de boete omdat zij de AP en betrokkenen niet binnen 72 uur na het ontdekken van het lek heeft geïnformeerd. Wereldwijd werden ruim 57 miljoen Uber-gebruikers getroffen door dit datalek onder wie ongeveer 174.000 Nederlanders. Het ging om persoonsgegevens zoals namen, e-mailadressen en telefoonnummers van klanten en chauffeurs.

IT 2682

Grieven falen, geen beroep op dwaling ICT-overeenkomst door ontbreken harde afspraken op schrift

Hof 13 nov 2018, IT 2682; ECLI:NL:GHSHE:2018:467 (ICT-overeenkomst), https://itenrecht.nl/artikelen/grieven-falen-geen-beroep-op-dwaling-ict-overeenkomst-door-ontbreken-harde-afspraken-op-schrift

Hof 's-Hertogenbosch 13 november 2018, IT 2682; ECLI:NL:GHSHE:2018:467 (ICT-overeenkomst) Contractrecht. Appellante is een accountacy- en adviesbureau en geïntimeerde een onderneming die diensten verricht op het gebied van IT. Partijen zijn overeengekomen dat appellante het computernetwerk van geïntimeerde gaat onderhouden en dat het netwerk overgezet wordt naar een online werkomgeving. Appellante heeft een door geïntimeerde uitgebrachte offerte voor akkoord ondertekend, evenals een offerte met nadere gepreciseerde prijsafspraken voor een contractsduur van drie jaar. Bestuurster van appellante heeft het voorgestelde systeem getest en heeft akkoord gegeven op het omzetten van haar netwerk naar een online werkomgeving. Vanaf het begin van de werkzaamheden door geïntimeerde zijn er klachten geweest van appellante over verschillende computerproblemen. In eerste aanleg heeft de rechtbank de vordering van appellante tot vernietiging van de overeenkomst op grond van dwaling afgewezen, maar haar vordering toegewezen dat zij voor recht verklaard dat de overeenkomst door buitengerechtelijke ontbinding tot een einde is gekomen. Appellante is veroordeeld aan geïntimeerde te betalen het bedrag uit hoofde van de betalingsverplichtingen voortvloeiend uit de overeenkosmt tot het moment dat deze overeenkomst buitengerechtelijk is ontbonden. Vonnis bekrachtigd, geen beroep op dwaling door ontbreken harde afspraken op schrift. 

IT 2681

Vorderingen afgewezen, boek ondergeschikte rol in debat over sektarisme BTSW

Rechtbank 21 nov 2018, IT 2681; ECLI:NL:RBAMS:2018:8347 (Ik was gek van geluk), https://itenrecht.nl/artikelen/vorderingen-afgewezen-boek-ondergeschikte-rol-in-debat-over-sektarisme-btsw

Rechtbank Amsterdam 21 november 2018, IEF 18120; IT 2681; ECLI:NL:RBAMS:2018:8347 (Ik was gek van geluk) Mediarecht. Privacy. BTSW is een coaching/trainingsbureau dat zich bezighoudt met psychologische en zakelijke dienstverlening, met name gericht op topsport en entertainmentwereld. Gedaagde sub 1 heeft het boek "ik was gek van geluk. Verhalen van sektarische bewegingen" geschreven, uitgegeven door gedaagde sub 2. Geschreven is over ervaringen van personen met (vermeend) sekatarische organisaties, die zij heeft geïnterviewd. Het werd uit de handel gehaald, maar in beheer van gedaagde sub 1 in gewijzigde vorm op haar website gepubliceerd. Telegraaf publiceerde een artikel over de commerciële relatie tussen toenmalig technisch directeur van de KNVB (naam 2) en BTSW. Gedaagde sub 1 schreef hierna een tweet, inhoudende: "Al in Ik was gek van geluk beschreef ik hoe naam 2 gehersenspoeld werd door een sekte…." Er volgden diverse landelijke negatieve media-uitingen over sektarisme van BTSW, bij KNVB. Naar oordeel van de rechtbank heeft gedaagde sub 1 door de tweet derden in staat gebracht een verband te leggen tussen de berichtgeving over BTSW en de in het boek beschreven organisatie BSV. Dat ze in haar tweet BTSW of BSV niet heeft genoemd, doet daar niet aan af: uit haar tweet was voldoende af te leiden dat de in het boek beschreven organisatie BSV in werkelijkheid ziet op BTSW. Hierdoor is de gewaarborgde anonimiteit opgeheven. BTSW heeft echter onvoldoende gesteld dat de door haar gestelde schade is veroorzaakt door het handelen van gedaagden. Het boek heeft een ondergeschikte rol gehad in het debat over BTSW. Vorderingen afgewezen.

IT 2680

Vorderingen afgewezen, online melding van doorhaling GZ-psycholoog BIG-register niet onrechtmatig

Rechtbank 24 okt 2018, IT 2680; ECLI:NL:RBMNE:2018:5152 (Doorhaling GZ-psycholoog BIG-register), https://itenrecht.nl/artikelen/vorderingen-afgewezen-online-melding-van-doorhaling-gz-psycholoog-big-register-niet-onrechtmatig

Ktr. Rechtbank Midden-Nederland 24 oktober 2018, IT 2680; LS&R 1671; ECLI:NL:RBMNE:2018:5152 (Doorhaling GZ-psycholoog BIG-register) Privacy. Gezondheidszorg. De inschrijving van eiser als GZ-psycholoog is in het BIG-register doorgehaald, vanwege het onderhouden van een relatie met een cliënte. Het is hem niet meer toegestaan als GZ-psycholoog te afficheren of daaraan verbonden werkzaamheden te verrichten. Gedaagde heeft een door haar genoemde Zwarte Lijst gepubliceerd waarop namen van artsen en andere functionarissen uit de gezondheidszorg worden vermeld die volgens gedaagde kort gezegd hun wettelijke zorgplicht schenden, waaronder van artsen die uit het CTG en/of BIG-register zijn geschrapt. In navolging hiervan heeft zij eiser vermeld op haar website, inclusief de AGB-code van de praktijk en zorgverlener, en het KvK-nummer. Haar uitingen zijn van feitelijke aard en niet feitelijk onjuist. Dat de tijdelijke arbeidsovereenkomst van eiser niet is verlengd, brengt geen onaanvaardbare schending van de persoonlijke levenssfeer van hem mee. De doorhaling is te wijten aan zijn eigen gedrag en vermelding ervan is openbaar, en doorhaling heeft alleen gevolg voor zijn functie als GZ-psycholoog. Vorderingen afgewezen.