Uitlatingen over omkoping niet aannemelijk gemaakt
Hof Arnhem-Leeuwarden 13 april 2021, IEF 19908, IT 3487; ECLI:NL:GHARL:2021:3358 (Appellant tegen geïntimeerde) Deze zaak betreft uitlatingen die in 2020 gedaan zijn over een voetbalwedstrijd tijdens het WK van 1994, waarbij Nigeria heeft verloren van Italië met 2-1. Geïntimeerde vervulde destijds een functie bij het Nigeriaanse elftal, appellant heeft hier ook ooit een functie bij vervuld. De rechtbank heeft in kort geding aannemelijk geacht dat appellant in een radio-uitzending van een Nigeriaanse zender heeft gezegd of gesuggereerd dat geïntimeerde deze wedstrijd heeft verkocht. Dit vond de kortgedingrechter onrechtmatig en daarom is appellant veroordeeld tot het plaatsen van een rectificatie in een landelijke krant in Nigeria. Het hof oordeelt nu echter dat geïntimeerde niet aannemelijk heeft gemaakt dat appellant deze uitlatingen heeft gedaan. De vordering van geïntimeerde wordt daarom alsnog afgewezen.
HvJ EU: mobiel satellietsysteem niet onverenigbaar met Unierecht
HvJ EU 15 april 2021, IT 3486, ECLI:EU:C:2021:273 (Eutelsat tegen ARCEP) Antwoord op verzoek om prejudiciële beslissing. Dit verzoek is ingediend in het kader van een geding tussen Eutelsat en ARCEP, de Franse regelgevende instantie voor elektronische communicatie en posterijen, inzake het besluit van laatstgenoemde om aan Inmarsat gebruiksrechten voor complementaire grondcomponenten van mobiele satellietsystemen te verlenen. Inmarsat wilde deze gaan inzetten voor hun systeem dat connectiviteitsdiensten aan de luchtvaart verleend. Eutelsat heeft hierop een beroep tot nietigverklaring ingesteld bij de hoogste Franse bestuursrechter op grond van met name schending van het Unierecht. Het Hof verklaart o.a. dat de datatransmissiecapaciteit van een „mobiel satellietsysteem” niet noodzakelijkerwijs hoofdzakelijk op de satellietcomponent van een dergelijk systeem als degene in kwestie hoeft te berusten.
Michiel van Ast treedt toe als partner bij Leeway Advocaten
Per 1 april is Leeway Advocaten versterkt met de komst van Michiel van Ast als partner.
Michiel van Ast is een ervaren technologie-advocaat met een focus op digitale transformatie en commercial contracting. Hij ondersteunt cliënten onder meer bij grote IT-projecten, waaronder outsourcing, het inkopen en implementeren van SaaS- en cloudoplossingen, het managen van software- en datalicenties en het ontwikkelen van op maat gemaakte IT-oplossingen. Michiel heeft ook veel ervaring op het gebied van regelgeving en compliance inclusief privacy en cyber security.
E-mail staat schriftelijkheidsvereiste niet in de weg
Rechtbank Rotterdam 14 april 2021, IT 3484, ECLI:NL:RBROT:2021:3429 (Mejoro tegen Aemstel) Aemstel heeft aan Mejoro een appartementsrecht verkocht. Al ten tijde van het sluiten van de koopovereenkomst rustten er op het verkochte meerdere beslagen. In de overeenkomst is daarom een ontbindingsbepaling opgenomen met als voorwaarde dat deze schriftelijk dient te geschieden. Aemstel heeft per e-mail laten weten aan Mejoro dat zij de koopovereenkomst wil ontbinden. Mejoro is echter van mening dat Aemstel hiermee niet aan het schriftelijkheidsvereiste heeft voldaan. De rechtbank oordeelt dat het voor deze kwestie doorslaggevend is dat vastgesteld moet kunnen worden of de mededeling de geadresseerde heeft bereikt. Of dit digitaal of fysiek gebeurt doet daar niets aan af. In casu is hieraan voldaan, de vorderingen worden dan ook afgewezen.
Uitspraak ingezonden door Marc de Boer, Hanna van Til en Savine Warmelink, Boekx Advocaten.
"Gestalkt" aflevering mag worden uitgezonden
Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 16 april 2021, IEF 19901, IT 3482; ECLI:NL:RBMNE:2021:1674 (Eisers tegen Skyhigh) Eisers claimen slachtoffer te zijn van stalking door de ex van een van hen. Zij hebben een redacteur benaderd van het programma "Gestalkt", geproduceerd door Skyhigh, over mogelijke deelname aan het programma als slachtoffer van stalking. Later bleek dat ook de ex eisers heeft beschuldigd van stalking. Eisers zijn vervolgens onaangekondigd opgenomen voor het programma, op het moment waarop zij achter deze beschuldiging kwamen. Tot hun verbazing bleek ineens dat Skyhigh in de aflevering juist de ex wilde gaan neerzetten als slachtoffer van stalking door eisers. Eisers hebben hier geen toestemming voor gegeven en vorderen van Skyhigh de aflevering niet openbaar te maken, dan wel hen onherkenbaar hierin te maken. De voorzieningenrechter oordeelt dat Skyhigh de aflevering gewoon mag uitzenden, mits zij eisers daarin onherkenbaar in beeld brengt.
Domeinnaamhouder niet aansprakelijk voor beelden huwelijk Grapperhaus
Rechtbank Amsterdam 9 april 2021, IEF 19900, IT 3481, ECLI:NL:RBAMS:2021:1807 (Eiser tegen Hostnet) Eiser is fotograaf. Op 22 augustus 2020 heeft hij foto- en filmopnames gemaakt van het huwelijk van Ferdinand Grapperhaus. Op 2 september 2020 is er op de website commonsensetv.nl een post geplaatst onder de titel “Nieuwe foto’s handenschuddende en knuffelende Grapperhaus” waarin o.a. beelden, gemaakt door eiser, zijn opgenomen. Daarnaast is ook het logo van CommonSenseTV op de beelden te zien. De domeinnaam commonsensetv.nl is door Hostnet als registrar bij SIDN geregistreerd. Eiser is van mening dat Hostnet hierdoor inbreuk maakt op de auteursrechten die hij over zijn beelden beschikt. De rechtbank oordeelt dat als iemand een foto of filmpje dat inbreuk maakt op een auteursrecht op een website post, de domeinnaamhouder daarmee niet automatisch inbreuk maakt op dat auteursrecht. Daarmee wijst zij de vorderingen van eiser af, omdat Hostnet geen maatregelen kon nemen tegen de door eiser aangekaarte inbreuk.
Uitlatingen over ING zijn onrechtmatig
Vzr. Rechtbank Amsterdam 12 april 2021, IT 3480, ECLI:NL:RBAMS:2021:1808 (ING tegen de Stichting) De Stichting Vrouwe Justitia in Verval heeft op haar website een aantal uitlatingen gedaan over medewerkers van ING, een advocaat en notarissen. De voorzitter van de stichting heeft al jarenlang een conflict met ING, waarover vele juridische procedures zijn gevoerd. De voorzitter is in bijna alle procedures in het ongelijk gesteld. Zij is het daar niet mee eens en noemt op haar website de bankmedewerkers, advocaat en notarissen ‘misdrijfplegers’, ‘bedriegers’ en ‘machtsmisbruikers’ en beschuldigt hen van ‘intimidatie’ en ‘corruptie’. Deze kwalificaties vinden onvoldoende steun in de feiten. Volgens de voorzieningenrechter handelt de stichting hierom onrechtmatig en moet deze de uitingen en foto’s verwijderen op straffe van dwangsommen.
Afwezigheid persoonsgegevens niet ongeloofwaardig
Rechtbank Den Haag 30 maart 2021, IT 3479, ECLI:NL:RBDHA:2021:3038 (Eiser tegen college van B&W Delft) Eiser heeft het college van B&W van Delft verzocht om inzage in zijn persoonsgegevens die door het college worden verwerkt op grond van de AVG. Bij het primaire besluit heeft het college een overzicht verstrekt waarin staat welke persoonsgegevens van eiser zijn verwerkt. Daarbij heeft het college vermeld dat geen dossier van eiser is aangetroffen. Eiser voert aan dat verstrekte gegevens door het college onvolledig zijn en vindt het ongeloofwaardig dat het dossier is vernietigd. De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond omdat deze het niet aannemelijk heeft gemaakt dat er meer persoonsgegevens dienen te zijn.
Vacature: advocaat-stagiaire cybersecurity, privacy en IT-recht bij CMS
Advocatenkantoor CMS zoekt voor haar sectie IP/TMC een enthousiaste en ambitieuze advocaat-stagiaire cybersecurity, privacy en IT-recht.
De sectie IP/TMC (Technology, Media & Communications) richt zich met een team van advocaten op nationale en internationale ondernemingen en levert zeer gespecialiseerd werk in een hoogwaardige advies- en procespraktijk.
Lees verder.
Psycholoog moet uit zwarte lijst worden gehaald
Hof Arnhem-Leeuwarden 6 april 2021, IT 3476, ECLI:NL:GHARL:2021:3206 (Appellant tegen Stichting SIN) Appellant is werkzaam geweest als gezondheidszorgpsycholoog en wenst dat zijn gegevens weggehaald worden van de websites van Stichting Slachtoffers Iatrogene Nalatigheid-Nederland (Stichting SIN), onder meer van de zwartelijstartsen. Anders dan de rechtbank wijst het hof de vordering toe. De door Stichting SIN omschreven doelen, namelijk verbetering van de positie van slachtoffers van medische fouten en de verbetering van de kwaliteit van de gezondheidszorg, wordt niet gerechtvaardigd door het blijven vermelden van de naam van appellant op de zwartelijstartsen van haar websites en de daaraan gekoppelde hyperlink naar de uitspraken van het CTG uit 2010. Stichting SIN handelt hier jegens appellant onrechtmatig. De vermelding is tevens disproportioneel nu appellant ook niet meer is terug te vinden in het BIG-register omdat hij meer dan 10 jaar geleden is doorgehaald.