De EU herziet haar regels voor de governance van het .eu-TLD
Ontwerpverordening voor .eu-TLD naam, 2018/0110 (COD) De EU herziet haar regels voor de governance van het topniveaudomein .eu, de internetdomeinnaam voor de Europese Unie en haar burgers. De ambassadeurs van de lidstaten zijn het vandaag in het Comité van permanente vertegenwoordigers eens geworden over het standpunt van de Raad over de voorgestelde herziening, die rekening houdt met de aanzienlijke veranderingen in de internetomgeving sinds de aanneming van de eerste .eu-verordening 16 jaar geleden, zoals de hardere concurrentie voor domeinnamen en de grotere rol voor de multistakeholdergemeenschap bij internetgovernance. De overeengekomen tekst maakt de governance van het .eu-domein transparanter door een multistakeholdergroep in te stellen die de Commissie moet adviseren over de toepassing van de regels. Ook wordt het recht om een .eu-domein te registreren uitgebreid naar EU-burgers met een verblijfplaats buiten de EU. Daarnaast heeft de Raad de tekst afgestemd op de bepalingen van de algemene verordening gegevensbescherming.
Uitspraak ingezonden door Josine van den Berg en Daan Frowijn, KLOS c.s.
Hof bekrachtigt in turbo spoed appel dat Undercover in Nederland uitgezonden mag worden (uitgewerkt)
Hof Amsterdam 27 september 2018, IEF 17999 (X tegen Noordkaap) Eiser biedt diensten aan via sexjobs.nl, onder de schuilnaam Taliesha. De J heeft op verzoek van Taliesha twee telefoonabonnementen afgesloten en diverse keren geld uitgeleend. In totaal gaat het om ongeveer 13.000 euro. De J heeft Alberto Stegeman van Undercover in Nederland benaderd. (...) Het hof bekrachtigt het vonnis waarvan beroep en veroordeelt X in de kosten van het geding in hoger beroep (€726 aan verschotten en €3.222 voor salaris).
Tuchtrechter: Dreiging met aangifte van laster door advocaat niet onbegrijpelijk na "onnozele onzin"
Vz. Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 3 oktober 2018, IEF 18042; IT 2658; zaak 18-577 (Beloning juridisch medewerker) Tuchtrecht. Mediarecht. Na enkele weken werken als juridisch medewerker bij verweerder, heeft klager van hem te horen gekregen dat hij niet meer op het kantoor van verweerder hoefde te komen. Klager heeft voor de door hem verrichte werkzaamheden geen beloning ontvangen. Verweerder heeft in kort geding over een negatieve uitlating op social media door klager aangegeven bereid te zijn alsnog een vergoeding te geven aan klager. Dit staat niet in het dictum en dit is hij niet nagekomen. Klager heeft meerdere malen per e-mail verzocht dit alsnog te doen, maar verweerder heeft gedreigd aangifte te doen van laster indien klager hem alsnog met "deze onnozele onzin" benadert. De klacht houdt in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in art. 46 Advocatenwet door het niet nakomen van de rechterlijke uitspraak en het op onnodig grievende wijze dreigen met het doen van aangifte tot laster. Of er sprake is van een onvoorwaardelijke toezegging van de verweerder, is een vraag waarover de civiele rechter oordeelt. Het is niet onbegrijpelijk dat verweerder na het zoveelste verzoek op voornoemde wijze reageert. Het verwijt dat verweerder in zijn e-mail heeft gedreigd met het doen van aangifte is evenmin (onnodig) grievend. Klager heeft zich in de tussentijd kennelijk niet willen wenden tot de civiele rechter voor nakoming. De klachten zijn ongegrond.
Uitspraak ingezonden door Patty de Leeuwe en Jacqueline Schaap, Visser Schaap & Kreijger
Artikel Story over nieuwe partner bekende tv-presentatrice geen inbreuk privacy
Vzr. Rechtbank Amsterdam 12 oktober 2018, IEF 18038; IT 2702 (Eiser tegen Sanoma c.s.) Portretrecht. Mediarecht. De (nieuwe) partner van een bekende tv-presentatrice en nieuwslezeres vordert een verbod op het vastleggen van zijn portret en een verbod op (verdere) publicatie van zijn portret in weekblad "Story", uitgegeven door Sanoma. Hij is meerdere malen gevolgd en gefotografeerd. Sanoma c.s. hebben o.a. de toezeggingen gedaan hem niet meer te volgen voor foto's van hem alleen. Er is geen aanleiding te veronderstellen dat deze toezeggingen geen gestand zullen doen. Eiser heeft ook niet aannemelijk gemaakt dat de foto's en het artikel schadelijk zijn voor zijn reputatie. Het artikel bevat geen onjuistheden of grievende passages. De vorderingen zijn afgewezen.
HvJ EU: Houder van internetaansluiting kan zich niet aan filesharing auteursrechtinbreuk onttrekken door gewoon een gezinslid aan te wijzen dat toegang kon hebben
HvJ EU 18 oktober 2018, IEF 18043; IEFbe 2767; IT 2657; ECLI:EU:C:2018:841; C-149/17 (Audioboek Dan Brown; Lübbe tegen Strotzer)
Uit het persbericht: De houder van een internetaansluiting waarmee inbreuken op het auteursrecht zijn gemaakt door filesharing, kan zich niet onttrekken aan zijn aansprakelijkheid door gewoon een gezinslid aan te wijzen dat toegang kon hebben tot die aansluiting. De rechthebbenden moeten beschikken over een doeltreffende voorziening in rechte of over middelen op grond waarvan de bevoegde rechterlijke instanties kunnen gelasten dat de noodzakelijke informatie wordt verstrekt. HvJ EU:
Artikel 8, leden 1 en 2, [InfoSoc-Richtlijn], gelezen in samenhang met artikel 3, lid 1, van deze richtlijn, enerzijds, en artikel 3, lid 2,[Handhavingsrichtlijn], anderzijds, moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen een nationale wettelijke regeling als in het hoofdgeding, zoals uitgelegd door de bevoegde nationale rechterlijke instantie, krachtens welke de houder van een internetaansluiting waarmee inbreuken op het auteursrecht zijn gemaakt door filesharing, daarvoor niet aansprakelijk kan worden gesteld, wanneer hij minstens één gezinslid aanwijst dat toegang had tot deze aansluiting, zonder dat hij meer preciseringen verstrekt over het tijdstip waarop deze aansluiting is gebruikt door dat gezinslid en over de aard van het gebruik ervan door dat gezinslid.
Prejudicieel gestelde vragen over locatiegegevens in geval van oproepen toestellen zonder simkaart
Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 21 juni 2018, IT 2656; C-417/18 (Locatiegegevens toestellen zonder simkaart) Telecom. Via Minbuza. Verzoekers vorderen bij de verwijzende rechter de veroordeling van de Litouwse Staat tot betaling van o.a. €4.000.000,- aan de erfgenamen van slachtoffer ES. Toen het slachtoffer “112” belde vanuit haar mobiele telefoon, gaven de exploitanten geen precieze informatie over haar locatie door aan het BPC (centrum voor respons in noodsituaties), omdat het onmogelijk was het telefoonnummer van het slachtoffer te identificeren. Verzoekers voeren in hun vordering aan dat Litouwen, vertegenwoordigd door het Ministerie (Binnenlandse Zaken), het BPC en de RRT (controleautoriteit voor communicatie), niet heeft gezorgd voor de uitvoering van artikel 26(5) van de richtlijn op grond waarvan exploitanten van communicatiediensten locatiegegevens moeten doorgeven aan noodhulpdiensten met betrekking tot personen die “112” bellen en daarmee haar verplichtingen krachtens de richtlijn en tegelijkertijd krachtens artikel 288(3) VWEU schendt. De verwijzende rechter concludeert dat het Hof om richtsnoeren moet worden gevraagd over de uitlegging van verplichte verstrekking van locatiegegevens in het geval van oproepen vanuit toestellen zonder simkaart.
Handhaving BKR-registratie na ineens afbetalen schuld proportioneel door langdurige betalingsachterstand
Rechtbank Midden-Nederland 3 oktober 2018, IT 2655; ECLI:NL:RBMNE:2018:5020 (Eiser tegen de Volksbank) AVG. Eiser heeft een betaalrekening geopend met de mogelijkheid om rood te staan. De Volksbank heeft achterstand in de betaling van de vordering op eiser gemeld bij het CKI van het BKR. Achterstandcodering A en bijzonderheidscode 2 zijn opgenomen. Uiteindelijk heeft eiser de vordering in één keer voldaan. Bij het BKR is een herstelmelding gedaan. De Volksbank heeft bijzonderheidscode 2 verwijderd. Eiser vordert verwijdering van de achterstandsmelding en de herstelmelding uit het CKI. Hij stelt dat het belang bij het verwijderen van de meldingen zwaarder weegt dan het belang van de Volksbank bij instandhouding van de meldingen. Hij kan hierdoor geen hypotheek krijgen en tegelijkertijd is zijn financiele situatie stabiel. Omdat er gedurende een lange periode sprake is geweest van een betalingsachterstand en er wellicht toch mogelijkheden zijn voor eiser om financiering te krijgen, is niet voldoende aannemelijk dat handhaving van de BKR-registratie niet proportioneel is. De vordering is afgewezen.
Uitspraak ingezonden door Charissa Koster, DayOne Advocaten
Privacy moeder in autobiografisch boek niet geschonden
Rechtbank Amsterdam 11 oktober 2018, IEF 18027; IT 2651 (Eiseres tegen Uitgeverij van Oorschot) Vrijheid van meningsuiting. Privacy. Eiseres is moeder van de schrijfster van De Porseleinenkast, Faxen aan Ger en is uitgegeven door Uitgeverij van Oorschot. Het boek bevat een bundeling van door schrijfster geschreven faxen. Uit de passages blijkt dat de moeder van schrijfster afkeer tegen haar heeft. Gevorderd is dat het boek uit de handel wordt gehaald, omdat er onjuiste en beschadigende beweringen zijn gedaan. Deze vinden geen steun in de feiten en doen ze dat wel, dan wordt de persoonlijke levenssfeer van eiseres geschonden. De rechtbank oordeelt dat het werk is aan te merken als autobiografisch dagboek, maar de gemiddelde lezer zal begrijpen dat het boek niet altijd een objectieve beschrijving van de werkelijkheid betreft. Om deze reden is de persoonlijke levenssfeer van eiseres ook niet geschonden. Bovendien is door het autobiografische karakter haar moeder moeilijk te fingeren of zijn daarin moeilijk wijzigingen aan te brengen. De passages zijn niet buiten proportie grievend, het gedrag van eiseres wordt in het boek ook wel eens goedgepraat, de moeder heeft een beperkte rol in het boek en de boek is maar 800 keer gedrukt. Hierdoor weegt de uitingsvrijheid van Uitgeverij van Oorschot zwaarder. De rechtbank wijst de vordering af.
Eerste Kamer heeft de Wet bescherming bedrijfsgeheimen aangenomen
Met dit wetsvoorstel wordt uitvoering gegeven aan de richtlijn (PbEU 2016, L157) inzake de harmonisatie in de lidstaten van de Europese Unie van de regels betreffende de bescherming van niet-openbaar gemaakte knowhow en bedrijfsinformatie. De richtlijn geeft verder aan wat onder een bedrijfsgeheim wordt verstaan, tegen welke vormen van inbreuk daarop (onrechtmatig verkrijgen, gebruiken of openbaar maken) kan worden opgetreden en welke maatregelen, procedures en rechtsmiddelen daarvoor kunnen worden ingezet. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 16 oktober 2018 als hamerstuk afgedaan. De fractie van de PVV is daarbij aantekening verleend.
Uitspraak ingezonden door Carmen Hermes en Roderick Chalmers Hoynck van Papendrecht, AKD en Godert van Rappard, Van Rappard Minneboo.
Kaartsysteem voor zorgconsument staken en lijst geanonimiseerde personen en instellingen verstrekken
Hof Amsterdam 16 oktober 2018, IEF 18030; IT 2653; LS&R 1649 (Hallo Dokter/Stichting Effectief Medicijngebruik tegen MediSecureCards) Geheimhoudingscontract. Medisecurecards ontwikkelt een systeem/werkwijze voor de persoonlijke veiligheid van de zorgconsument en medische gegevens toegankelijk en beschikbaar te maken voor derde zorgverleners. De voorzieningenrechter [IEF 17385] oordeelt dat er in strijd met de overeengekomen geheimhoudingsverplichting is gehandeld. Het hof vernietigt het vonnis voor zover afgifte van een lijst van geanonimiseerde personen en instellingen is geweigerd en beveelt SEM om gebruik van de kaart waarmee toegang tot de online Persoonlijke Gezondheidsomgeving kan worden verkregen te staken en veroordeelt SEM om een volledig leesbaar afschrift te verstrekken van een lijst van geanonimiseerde personen en van instellingen met wie SEM sinds 13 augustus 2016 een overeenkomst is aangegaan aangaande de kaart en de data waarop de overeenkomst is aangegaan en het aantal gebruikers. Dit op straffe van een dwangsom van €500 voor iedere dag, tot maximum van €50.000,00.