Geen onvoorwaardelijke afgifte deliverables afgesproken, vorderingen afgewezen
Vzr. Rechtbank Overijssel 5 december 2018, IEF 18189; IT 2701; ECLI:NL:RBOVE:2018:4833 (Vita Motion tegen Sintecs) Contractrecht. Vita Motion heeft een zorgrobot ontwikkeld. Een deel van de software heeft Sintecs in opdracht van Vita Motion verder ontwikkeld. Na beëindiging van hun samenwerking is tussen partijen discussie ontstaan over de afgifte van intellectuele eigendomsrechten (deliverables). Vita vordert nakoming van de verplichting tot afgifte van de deliverables omdat volgens haar uitdrukkelijk is overeengekomen dat Sintex de deliverables gedurende het project oplevert. Echter blijkt uit de overeenkomst dat de deliverables eerst door Sintecs moeten worden afgegeven wanneer overeenstemming bestaat over de gewerkte en gefactureerde uren. Onvoorwaardelijke afgifte zijn partijen naar oordeel van de voorzieningenrechter niet overeengekomen. Vita heeft voor de afgifte geen zelfstandig belang aangevoerd. De huidige situatie brengt de voortgang van de ontwikkeling van de zorgrobot niet onmiddelijk in gevaar, zodanig dat de verlangde afgifte van de deliverables onmiddellijk is vereist. Vorderingen afgewezen.
Vorderingen toegewezen, weigeren opgeven ip-adres aan gedupeerde nepprofiel bdsm-site onrechtmatig
Rechtbank Overijssel 28 november 2018, IT 2700; ECLI:NL:RBOVE:2018:4752 (Eiseres tegen MaRan) Privacy. MaRan is eigenaar en beheerder van o.a. de website kinkytijd.nl die gericht is op mensen met belangstelling voor bdsm-seks. Eiseres heeft ontdekt dat er op deze website zonder haar toestemming een nepprofiel met foto's van haar was aangemaakt waarmee de indruk werd gewekt dat zij bereid was tot het maken van sexdates. Ze heeft Kinkytijd een email gestuurd met het verzoek het profiel offline te halen en het ip adres te versturen van de persoon die haar er heeft op gezet. Kinkytijd ging niet in op de verzoeken, ook niet op die van de advocaat die eiseres heeft ingeschakeld. Gelet op de inhoud van de brief van de advocaat van eiseres had MaRan het verzoek tot verwijdering van het nepprofiel en het blokkeren van de aanmaker ervan serieus moeten nemen. Daarmee heeft hij onrechtmatig gehandeld. Op grond van toepassing HR Lycos/Pressers is de weigering van het verstrekken van het ip-adres onrechtmatig. Vorderingen gedeeltelijk toegewezen.
Conclusie AG: Verbod toepassing regels die zoekmachines verbieden fragmenten persproducten aan te bieden zonder voorafgaande toestemming uitgever
Conclusie AG 13 december 2018, IEF 18187; IEFbe 2699; IT 2806; C-299/17; ECLI:EU:C:2018:1004 (VG Media tegen Google) Auteursrecht. Naburig recht. Via het persbericht. In 2013 heeft Duitsland een naburig recht van het auteursrecht ingevoerd voor uitgevers van perspublicaties, zonder de ontwerpwetgeving aan de Commissie mee te delen. In de nieuwe bepalingen wordt vastgesteld dat commerciële exploitanten van een internetzoekmachine (en commerciële dienstenaanbieders die content bewerken) – anders dan andere gebruikers, waaronder commerciële gebruikers – zonder passende toestemming geen fragmenten – behalve losse woorden of zeer korte tekstfragmenten – van bepaalde content in de vorm van tekst, afbeeldingen of video verstrekt door uitgevers van perspublicaties mogen aanbieden. VG Media is een Duitse organisatie voor collectief beheer die auteursrechten en naburige rechten in naam van, onder andere, uitgevers van perspublicaties beheert. VG Media heeft namens haar leden een schadevordering tegen Google ingesteld bij het Landgericht Berlin (rechter in eerste aanleg van Berlijn) met betrekking tot het gebruik dat Google sinds 1 augustus 2013 maakt van tekstfragmenten, afbeeldingen en video’s uit door leden van VG Media geproduceerde pers- en mediacontent, zonder daarvoor een vergoeding te betalen. Lees verder.
Uitspraak ingezonden door Jurre Reus, Houthoff.
HR volgt conclusie AG: art. 35 Wbp strekt zich niet uit tot integrale versie documenten met persoonsgegevens
HR 21 december 2018, IT 2697; ECLI:NL:HR:2018:2378 (Wbp inzagerecht) Privacy. Art. 81 RO. Bekrachtiging/bevestiging arrest hof [IT 2587]. HR volgt conclusie AG: Inzagerecht art. 35 Wbp strekt zich niet uit tot de integrale versie van alle documenten of andere informatiedragers waarin persoonsgegevens zijn verwerkt. Aan de gronden die zijn genoemd in art. 43 Wbp wordt pas toegekomen als de verantwoordelijke van oordeel is dat de inzage in persoonsgegevens moet worden beperkt.
Sjors van der Hoeven naar Lawfox Advocaten
Per 1 januari versterkt Sjors van der Hoeven (voorheen Holla advocaten en Kompas advocatuur) als partner het team van Lawfox Advocaten. Sjors brengt zijn IE-praktijk mee naar Lawfox. Samen met Wouter Dammers, Nick Vrugt en Mathijs Stals is Lawfox daarmee inmiddels uitgegroeid tot een vierkoppig ICT/IP-nichekantoor dat landelijk opereert vanuit Tilburg.
Nieuwe benoemingen bij Hogan Lovells per 1 januari 2019
Persbericht Hogan Lovells. Hogan Lovells gaat het nieuwe jaar in met wereldwijd 30 promoties naar partner en 47 promoties naar counsel. Voor kantoor Amsterdam betekent dit één nieuwe partner en twee benoemingen tot counsel. Hogan Lovells heeft Joke Bodewits (37) benoemd tot partner Privacy & Cybersecurity. Joke houdt zich bezig met alle aspecten van het privacy- en cybersecurityrecht. Ze begeleidt nationale en internationale bedrijven bij het bepalen en implementeren van privacybeleid, en ondersteunt bij datalekken. Daarnaast heeft Joke onder andere ervaring met tracking, profiling, internationale doorgifte van data en het verwerken van patiëntgegevens. Naast privacy heeft Joke expertise op het gebied van commerciële contracten, vooral binnen het IT domein. De benoeming van Joke tot partner past binnen de sterke focus op en expertise in de Privacy & Cybersecurity praktijk die Hogan Lovells internationaal heeft. Hogan Lovells heeft Rik Zagers en Dylan Goedegebuure tot counsel benoemd. Lees verder.
Taylor Wessing benoemt Maarten Rijks tot partner
Taylor Wessing heeft Maarten Rijks benoemd tot partner per 1 januari 2019. Maarten Rijks is vanaf begin 2016 werkzaam bij Taylor Wessing en is verantwoordelijk voor het team dat zich met name bezig houdt met soft IP zaken. Met advocaten en gemachtigden in Amsterdam, Brussel en Eindhoven is het team onder zijn leiding zeer sterk gegroeid en maakt inmiddels een belangrijk deel uit van het internationale praktijk van Taylor Wessing. Maarten Rijks is geranked in de Legal500 en WTR1000, waarin onder meer over hem wordt gezegd: “Maarten Rijks has an acute business understanding and is very practical in his approach”.
Wim Maas, hoofd van de sectie IP/IT: “Wij zien de benoeming van Maarten als het bewijs van het succes van onze Benelux IP praktijk. Sinds zijn komst hebben we een exponentiële groei doorgemaakt, en worden we door onze cliënten steeds meer betrokken bij spraakmakende, internationale zaken. Met deze partnerbenoeming willen we het succes van de afgelopen jaren borgen en tegelijkertijd verder bouwen aan de toekomst.”
Uitspraak ingezonden door Christiaan Alberdingk Thijm en Sam van Velze, bureau Brandeis.
Actieve rol Facebook bij advertenties leidt tot verwachting waken inbreuk IE-rechten PHV
Vzr. Rechtbank Amsterdam 21 december 2018, IEF 18172; RB 3273; IT 2694; ECLI:NL:RBAMS:2018:9362 (PVH c.s. tegen Facebook) Merkenrecht. Auteursrecht. Tommy Hilfiger Europe (onderdeel PVH) heeft met Facebook een advertentieovereenkomst gesloten voor het merk Tommy Hilfiger op de platforms van Facebook. Tommy Hilfiger Licensing (onderdeel PVH) heeft o.a. het Benelux woordmerk TOMMY HILFIGER laten registreren. PVH heeft afbeeldingen in het geding gebracht van een aantal advertenties aangetroffen op Facebook en Instagram voor kleding en schoeisel met de naam "Tommy Hilfiger", die niet van haar afkomstig zijn. Facebook heeft deze verwijderd. PVH heeft Facebook verzocht om gegevens aan haar te verstrekken van de adverteerders die advertenties hebben geplaatst waarmee inbreuk werd gemaakt. Merkinbreuk Benelux-woordmerk Tommy Hilfiger door stelselmatig verschijnen advertenties die niet verwezen naar producten van PVH. Facebook kan geen beroep doen op vrijwaringsbepaling art. 6:196c BW: door controle van Facebook op advertenties, vastgelegd in het advertentiebeleid, bepaalt zij mede de inhoud en speelt zij dus een actieve rol. Van Facebook wordt verwacht dat zij passende maatregelen treft om stelselmatige inbreuken op IE-rechten van derden zoals PVH te voorkomen. Facebook niet zelf de inbreukmaker. Maatregelen Facebook onvoldoende effectief door telkens opduiken gewraakte advertenties. Privacybelangen staan niet in de weg van verstrekking gegevens: het gaat om adverteerders die bedrijfsmatig inbreukmakende artikelen aanbieden. Het beschikken over de gevraagde (persoons-)gegevens is voor PVH noodzakelijk om hiertegen te kunnen optreden. Vorderingen gedeeltelijk toegewezen.
Parker Advocaten: bekende gezichten met een nieuwe naam
Het Amsterdamse kantoor De Grave De Mönnink Spliet Advocaten is per 1 januari 2019 versterkt met Scope Advocaten. Samen gaan zij verder onder de naam Parker Advocaten (www.parkeradvocaten.nl), want ‘there is so much we share, so why not share the same name?’. Parker Advocaten is een multi-niche kantoor en bestaat uit negen zeer ervaren advocaten en mediators. Zij zijn gespecialiseerd op de volgende gebieden:
Arbeidsrecht | Medezeggenschap | Pensioen
Franchise | Commerciële Contracten | Distributie & Agentuur
Intellectueel Eigendom | Privacy | IT & Internet | Farma & Life Science
Mediation
Tessa de Mönnink: “Niet alleen de jarenlange ervaring en gespecialiseerde kennis van de betrokken advocaten maken deze nieuwe stap een logische keuze. Vanuit een ander perspectief kijken. Onconventioneel denken. Anders doen dan verwacht wordt. Parker kijkt verder dan de kaders van de geschreven wet. We delen overtuigingen, waarden en doelen: de ‘ongeschreven wetten van Parker’.”
Ingezonden door Lucien Ridderbroek, E-Legal Incasso Advocaten.
Kosten rechtszaak ruimer vergoed in gerechtelijke procedures bij kanton door indexatie salaris gemachtigde per 2019
Via e-Legal incasso advocaten. Procederen kost geld, maar per 1 januari 2019 kost procederen minder geld dan voorheen. Vanaf deze datum is het zogenaamde salaris gemachtigde voor gerechtelijke procedures bij de sector kanton van de rechtbank namelijk voor het eerst in 14 jaar opnieuw geïndexeerd met maar liefst 20,1%. Door deze indexatie worden de kosten in gerechtelijke procedures bij de kantonrechter ruimer vergoed dan voorheen het geval was. Dit is goed nieuws voor procespartijen die in rechte hun gelijk willen halen, want zij krijgen voortaan een groter deel van de proceskosten in hun rechtszaak vergoed. De recente indexatie bij de kantonrechter volgt hiermee de eerdere indexatie van de liquidatietarieven bij rechtbanken en gerechtshoven per 1 mei 2018. Deze eerdere indexatie van de liquidatietarieven kwam vooralsnog enkel ten goede aan procespartijen die met een advocaat procederen, aangezien deze indexatie uitsluitend toezag op de advocaatkosten en niet op het salaris gemachtigde bij de sector kanton van de rechtbank. Deze ongelijkheid in zaken waarin procespartijen met of zonder advocaat procederen is nu gladgetrokken. Dit laatste geldt ook voor kort geding. Voor een overzicht van alle kosten van een rechtszaak per 1 januari 2019 zie Dit kost een rechtszaak in 2019.