Filter
  • Datum
  • Dossier
  • Instantie
zoeken

Dossiers

 
 
4.659 artikelen gevonden
IT 3588

Uitlatingen over satanisch-pedofiel netwerk moeten worden verwijderd

Rechtbank 2 jul 2021, IT 3588; ECLI:NL:RBDHA:2021:6769 (Gemeente Bodegraven tegen gedaagden), https://itenrecht.nl/artikelen/uitlatingen-over-satanisch-pedofiel-netwerk-moeten-worden-verwijderd

Vzr. Rechtbank Den Haag 2 juli 2021, IEF 20074, IT 3588; ECLI:NL:RBDHA:2021:6769 (Gemeente Bodegraven tegen gedaagden) Kort geding. Drie mannen verspreiden al geruime tijd online verhalen over een satanisch-pedofiel netwerk in Bodegraven. Zij noemen namen van mensen die daarbij volgens hen betrokken zijn (als dader of slachtoffer) en roepen medestanders op tot actie, waaronder het leggen van bloemen op een gemeentelijke begraafplaats. De rechter oordeelt dat de drie mannen direct moeten stoppen met hun acties en de al gepubliceerde verhalen van het internet moeten verwijderen. Er is geen enkel objectief bewijs voor de vergaande aantijgingen, die veel onrust onder burgers veroorzaken. De 'hervonden herinneringen' van een van de mannen vormen geen objectief bewijs. Het belang van de gemeente en haar inwoners om gevrijwaard te blijven van ongefundeerde verdachtmakingen weegt in dit geval zwaarder dan de vrijheid van meningsuiting van de drie mannen.

IT 3586

Kredietregistratie rechtvaardigt nog niet een BKR-registratie

Rechtbank 22 apr 2021, IT 3586; ECLI:NL:RBAMS:2021:3161 (Verzoeker tegen Rabobank), https://itenrecht.nl/artikelen/kredietregistratie-rechtvaardigt-nog-niet-een-bkr-registratie

Rechtbank Amsterdam 22 april 2021, IT 3586; ECLI:NL:RBAMS:2021:3161 (Verzoeker tegen Rabobank) Verzoeker wil zijn BKR-registratie verwijderd zien. Hij kan op dit moment geen aanspraak maken op een hypotheeklening en een zakelijke leaseauto. Verzoeker is van mening dat hij financieel draagkrachtig genoeg is en dat de BKR-registratie niet gerechtvaardigd is. Hij heeft op grond van de AVG bezwaar gemaakt tegen deze manier van het verwerken van zijn persoonsgegevens, maar dit bezwaar is afgewezen. De rechtbank oordeelt, dat een enkele verwijzing naar de verplichting van de Rabobank om mee te werken aan kredietregistratie, onvoldoende is. Daarnaast heeft verzoeker voldoende onderbouwd waarom hij zou kunnen voldoen aan toekomstige betalingsverplichtingen. Rabobank dient de registratie te verwijderen. 

IT 3584

Geen belang bij camerabeelden tramaanslag

Rechtbank 4 mei 2021, IT 3584; ECLI:NL:RBDHA:2021:5959 (Eiser tegen de Staat), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-belang-bij-camerabeelden-tramaanslag

Rechtbank Den Haag 4 mei 2021, IT 3584; ECLI:NL:RBDHA:2021:5959 (Eiser tegen de Staat) Eiser was ter plekke aanwezig tijdens een aanslag in de tram in Utrecht in maart 2019. Beelden van de aanslag, waarop eiser te zien is, zijn tijdens het strafproces in de rechtszaal getoond. Eiser vordert, dat het Ministerie van Veiligheid en Justitie hem de beelden verstrekt of dat hij inzage krijgt in de beelden. Volgens de rechtbank heeft eiser niet voldoende kunnen onderbouwen waarom inzage in de camerabeelden goed is voor zijn verwerkingsproces. Ook moeten de (overige) slachtoffers en nabestaanden beschermd worden. Zodoende heeft eiser niet voldoende belang bij zijn vordering. 

IT 3585

Geen belang want geen uitlatingen op internet

Rechtbank 17 jun 2021, IT 3585; ECLI:NL:RBROT:2021:5655 (Eiser tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-belang-want-geen-uitlatingen-op-internet

Rechtbank Rotterdam 17 juni 2021, IEF 20069, IT 3585; ECLI:NL:RBROT:2021:5655 (Eiser tegen gedaagde) Eiser is de rechtsopvolger van een budgetbeheer bedrijf. Gedaagde was klant bij het bedrijf en heeft een aantal keer Google reviews geschreven die onwaarheden bevatten. Eiser vordert dat het gedaagde verboden wordt om nog langer zulke uitlatingen te doen. Op het moment dat deze zaak voor de rechter komt, staan er geen uitlatingen van gedaagde op internet. Mede om deze reden wordt geoordeeld dat eiser geen belang bij de vordering heeft. Ook staat gedaagde inmiddels weer onder professionele begeleiding, waardoor het aannemelijk wordt geacht dat gedaagde zich niet langer negatief zal uitlaten op internet over eiser. 

IT 3583

Geen aanmerkelijk belang bij bewaren dossier

Rechtbank 24 jun 2021, IT 3583; ECLI:NL:RBNHO:2021:5101 (Verzoekers tegen Veilig Thuis), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-aanmerkelijk-belang-bij-bewaren-dossier

Rechtbank Noord-Holland 24 juni 2021, IT 3583; ECLI:NL:RBNHO:2021:5101 (Verzoekers tegen Veilig Thuis) In deze zaak gaat het over de vraag of Veilig Thuis het dossier over de kinderen van verzoekers moet verwijderen. Het dossier kan volgens Veilig Thuis een bijdrage leveren aan het beëindigen van een mogelijke situatie van kindermishandeling of huiselijk geweld.  De rechtbank oordeelt dat Veilig Thuis onvoldoende gemotiveerd heeft onderbouwd waarom de bewaring van het dossier van aanmerkelijk belang is voor de kinderen van verzoekers. Daarom moet Veilig Thuis het dossier vernietigen.

IT 3582

Eiseres is draagkrachtig, BKR-registratie is onevenredig

Rechtbank 15 jun 2021, IT 3582; ECLI:NL:RBAMS:2021:3139 (Eiseres tegen ING), https://itenrecht.nl/artikelen/eiseres-is-draagkrachtig-bkr-registratie-is-onevenredig

Rechtbank Amsterdam 15 juni 2021, IT 3582; ECLI:NL:RBAMS:2021:3139 (Eiseres tegen ING) Eiseres wil graag een hypotheek voor de koop van een woning. De woning is van de overleden grootmoeder van eiseres en wordt relatief (gezien de huidige woningmarkt) goedkoop te koop aangeboden. Eiseres staat geregistreerd in het Centraal Krediet Informatiesysteem (CKI) van het BKR en komt daarom niet in aanmerking voor een hypotheek. Ze vordert dat haar persoonsgegevens uit het CKI worden verwijderd. De rechtbank weegt het belang van eiseres zwaarder af vanwege haar geringe schuld en de lange resterende looptijd van de registratie. De rechtbank vindt het spijtig dat hypotheekverstrekkers alleen oog lijken te hebben voor het feit dat er een BKR-registratie is, maar vervolgens niet toetsen in hoeverre de aanvrager de lasten kan dragen.

IT 3580

Gevangenisstraf voor phishing en verkoop van panels

Rechtbank 1 jul 2021, IT 3580; ECLI:NL:RBDHA:2021:6678 https://itenrecht.nl/artikelen/gevangenisstraf-voor-phishing-en-verkoop-van-panels

Rechtbank Den Haag 1 juli 2021, IT 3580; ECLI:NL:RBDHA:2021:6678  Verdachte wordt onder andere verdacht van oplichting, phishing en computervredebreuk. Hij heeft op internet zogenaamde panels verkocht. Met deze panels kunnen gemakkelijk webpagina's van banken worden nagemaakt. Ook heeft de verdachte zelf slachtoffers gemaakt door oplichting. Hij wordt veroordeeld voor een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 12 voorwaardelijk. Daarnaast wordt hij veroordeeld tot de gedragsinterventie Hack_Right, omdat gebleken is dat verdachte een talent voor programmeren heeft. 

IT 3581

AVG en UAVG van toepassing in de zaak DPS tegen Facebook

Rechtbank 30 jun 2021, IT 3581; ECLI:NL:RBAMS:2021:3307 (Data Privacy Stichting (DPS) tegen Facebook), https://itenrecht.nl/artikelen/avg-en-uavg-van-toepassing-in-de-zaak-dps-tegen-facebook

Rechtbank Amsterdam 30 juni 2021, IT 3581; ECLI:NL:RBAMS:2021:3307 (DPS tegen Facebook) In dit vonnis in incident gaat het met name over de bevoegdheid, de ontvankelijkheid en het toepasselijke recht. Facebook heeft onder andere aangevoerd, dat DPS onvoldoende de belangen waarborgt van degenen voor wie zij zegt op te komen. Dit blijkt volgens Facebook met name uit het feit dat de stichting net is opgericht en haar eigen financiële belangen behartigt. Op dit punt overweegt de rechtbank, dat DPS weliswaar een ad hoc organisatie is, maar dat ze voldoet aan de Claimcode en dat er voldoende afstand is tussen de stichting en de financier. Verder merkt de rechtbank Facebook Nederland aan als een in Nederland gevestigde verwerkingsverantwoordelijke en verklaart de UAVG van toepassing. De incidentele vorderingen tot onbevoegdheid, aanhouding en niet-ontvankelijkheid worden afgewezen.

IT 3579

Conclusie P-G in de zaak WIKO tegen Philips

Hoge Raad 2 jul 2021, IT 3579; ECLI:NL:PHR:2021:670 (WIKO tegen Philips), https://itenrecht.nl/artikelen/conclusie-p-g-in-de-zaak-wiko-tegen-philips

HR Conclusie P-G 2 juli 2021, IEF 20065, IT 3579; ECLI:NL:PHR:2021:670 (WIKO tegen Philips) Deze zaak is onderdeel van een aantal in het geding zijnde octrooien. Philips is houder van een SEP octrooi, dat voorkomt dat data bij een slechte kanaalkwaliteit met een excessief hoog vermogen worden verzonden. Een SEP moet onder FRAND-voorwaarden in licentie worden gegeven. WIKO heeft de vernietiging van het octrooi gevorderd, wegens gebrek aan inventiviteit. Ook voldoet volgens WIKO het licentie-aanbod van Philips niet aan de FRAND-voorwaarden. De P-G concludeert, dat WIKO niet heeft kunnen aantonen dat en waarom Philips misbruik maakt van haar machtspositie en dat de door Philips verleende licentie onder FRAND-voorwaarden discriminatoir is. Volgens het hof - en de P-G Van Peursem onderschrijft dit - zijn vergelijkbare gevallen niet zonder meer gelijk en kunnen er met verschillende afnemers verschillende FRAND-voorwaarden worden afgesproken. WIKO heeft daarnaast niet voldaan aan haar stel- en bewijsplicht. De P-G concludeert tot verwerping van het cassatieberoep. 

IT 3577

HR: Alert tegen Tweesteden Ziekenhuis

Hoge Raad 2 jul 2021, IT 3577; ECLI:NL:HR:2021:1038 (Alert tegen Tweesteden Ziekenhuis), https://itenrecht.nl/artikelen/hr-alert-tegen-tweesteden-ziekenhuis

HR 2 juli 2021, IT 3577; ECLI:NL:HR:2021:1038 (Alert tegen Tweesteden ziekenhuis) Langlopende zaak. Zie [IT 1916]. Alert zou aan het Tweesteden ziekenhuis (Tsz) software leveren voor elektronische patiëntendossiers. Alert heeft vervolgens uitstel van levering gekregen en het Tsz heeft een deel van de betaling opgeschort. In 2011 heeft het Tsz de overeenkomst opgezegd, omdat niet aan hun eisen werd voldaan. In cassatie worden onder meer aan de orde gesteld de stelplicht en bewijslast ter zake van een tekortkoming, de verhouding tussen een contractuele ontbindingsgrond en artikel 6:265 BW, de al dan niet fatale aard van de contractuele termijnen, en de toepassing van de artikelen 6:80 en 6:263 BW. De conclusie van de A-G strekt tot verwerping van het beroep in cassatie  De HR is het hiermee eens en oordeelt dat hij op grond van artikel 81 RO niet hoeft te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. De klacht kan namelijk niet leiden tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid.