Taakstraf voor computervredebreuk
Rechtbank Amsterdam 25 maart 2020, IT 3091; ECLI:NL:RBAMS:2020:1961 (OM tegen X) Internetfraude. Dit verkort vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 11 maart 2020. X heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan oplichting door middel van computercriminaliteit. Er is computervredebreuk gepleegd door in te loggen op webportals en er zijn van een creditcardhouder gegevens gewijzigd. Voor het verkrijgen van persoonlijke gegevens heeft X phishing-software voorhanden gehad. Zeker eenmaal is op rekening van een ander een dure bestelling gedaan bij een webwinkel. Door zo te handelen heeft X het vertrouwen van klanten in het handels- en betalingsverkeer geschaad en ICS financieel benadeeld. Daarnaast wordt X aangerekend geen openheid van zaken te geven.
Lisette den Butter en Tessa van den Ende over het Besluit kansspelen op afstand
Recently, the Remote Gambling Decree was submitted to the Dutch parliament, accompanied by two letters answering questions raised in the previous parliamentary debates relating to the plans to extend the cooling-off period by six months and to ban advertisements for (online) gambling. Lisette den Butter and Tessa van den Ende (Bird & Bird) elaborate on the regulations set out in the Remote Gambling Decree and discuss the confirmation of the extended cooling-off period and the decision not to ban advertising for online gambling.
On 3 March 2020, the Dutch Minister of Justice responsible for online gambling policy, submitted the Remote Gambling Decree (Besluit Kansspelen op afstand) (the “Decree”) to the Dutch Parliament’s lower chamber, the House of Representatives. The Decree is part of secondary legislation in which the Remote Gambling Bill (Wet Kansspelen op afstand) is further developed and completed. The Decree contains the conditions applicable to online gambling licences and lays out vital secondary regulation that applies to online gambling in the Netherlands. In addition to the Decree, the Dutch minister also published two letters answering questions which were raised in previous parliamentary debates, including relating to the cooling-off period and the decision not to ban advertising for online gambling.
Lees verder op Mediawrites.law.
EU-verlies is verrekenbaar met pokerwinsten in derde landen
Rechtbank Noord-Holland 19 februari 2020, IT 3088 ;ECLI:NL:RBNHO:2020:1321 (Eiser tegen Belastingdienst) Eiser woont sinds juni 2016 in Nederland. Eiser doet aangifte kansspelbelasting over juni en juli 2016 in verband met zijn pokerwinsten op internet. Volgens Eiser is de verschuldigde belasting nihil. In geschil is of terecht een naheffingsaanslag is opgelegd van € 5892. Een deel van de betreffende websites is onderdeel van de A-groep, waarvan het hoofdkantoor - buiten de EU - op het eiland Man is gevestigd. Volgens eiser zijn de houders van het spel twee - binnen de EU - op Malta gevestigde dochtervennootschappen. De rechtbank oordeelt dat eiser niet aannemelijk maakt dat de Maltese tak houder is van de internetpokerspelen, maar hij mag zijn negatieve saldo bij EU-aanbieders wel verrekenen met het positieve saldo bij in derde landen gevestigde aanbieders. Eiser mag binnen één tijdvak niet de voor hem gunstige elementen van beide regelingen - art. 56 VWEU en de Wet KSB – combineren. Eiser kan aldus in juni 2016 een verlies van € 537 verrekenen. Het beroep van X is deels gegrond.
Voorwaardelijke celstraf voor hacken computersysteem ROC
Rechtbank Gelderland 23 maart 2020, IT 3089; ECLI:NL:RBGEL:2020:1964 (OM tegen stagebegeleider) Computervredebreuk en vernieling. Strafrecht. X krijgt als stagebegeleider de beschikking over inloggegevens van het schoolcomputersysteem. Hij ontdekt een lek in dit computersysteem en meldt dit aan de school. Na deze melding gaat hij door met inloggen in het systeem. Hij maakt meerdere accounts aan en verandert wachtwoorden en andere gegevens. Hij maakt zich hiermee schuldig aan computervredebreuk en vernieling van het computersysteem van de school. Door zijn handelen maakt hij niet alleen een inbreuk op het recht van de school op het ongestoorde gebruik van het eigen digitale systeem, maar ook op het recht van studenten en schoolmedewerkers op bescherming van gevoelige gegevens. Daarnaast lijdt de school veel schade. Zo is het systeem een tijd onbereikbaar voor veel studenten. X wist wat hij deed, want hij was in het verleden al een keer gewaarschuwd. Het wordt hem kwalijk genomen dat hij zich onvoldoende bewust was van de ernst van zijn handelen.
Verzoek tot verwijdering URL uit Google Search afgewezen
Rechtbank Amsterdam 23 december 2019, IEF 19191, IT 3084 ; ECLI:NL:RBAMS:2019:9887 (Tandarts tegen Google) Eiser is tandarts met een praktijk in Duitsland en Nederland. Hij heeft opgetreden in twee televisieprogramma’s. In het verleden zijn aan eiser tuchtmaatregelen opgelegd. Eiser verzocht Google een aantal URL’s inzake 'tuchtrechtelijke veroordeling tandarts' te verwijderen uit haar zoekresultaten. Google heeft dit verzoek voor een paar resultaten ingewilligd. Voor de overige URL’s verzoekt eiser nu verwijdering in deze verzoekschriftprocedure. Het standpunt van Google dat enkel sprake is van verwerking persoonsgegevens bij een zoekopdracht 'die uitsluitend de volledige naam bevat' en niet bij een zoekopdracht 'met een volledige naam in combinatie met een bepaalde zoekterm' vindt geen steun in het Costeja-arrest.
Artikel ingezonden door Ruud van der Velden, Hogan Lovells.
Ruud van der Velden: High Point/KPN - venijn in de staart?
Op 14 februari 2020 heeft de Hoge Raad eindarrest gewezen in de zaak High Point/KPN, [IEF 19018]. De Hoge Raad bekrachtigde het arrest van het hof van 5 juni 2018, waarin het hof het vonnis van de rechtbank Den Haag van 15 september 2010 bekrachtigde. In dat vonnis had de rechtbank het Nederlandse deel van het Europees octrooi van High Point vernietigd en de inbreukvorderingen van High Point afgewezen. Met het Hoge Raad-arrest lijkt op het eerste gezicht een einde te zijn gekomen aan een tien jaar durende inbreukprocedure. Het Hoge Raad-arrest heeft echter een verrassende, en volgens de auteur onjuiste, slotoverweging.
Publicatie foto zonder toestemming
Ktr. Rechtbank Amsterdam 12 maart 2020, IEF 19104, IT 3086; ECLI:NL:RBAMS:2020:1721 (Onrechtmatige publicatie foto) Gedaagde heeft op een website een recept geplaatst met een foto. Studio Lipov heeft de foto gemaakt en is de auteursrechthebbende. Eiseres heeft voor Nederland de exclusieve rechten op de foto gekregen.Gedaagde heeft de foto geopenbaard en bijgesneden zonder naamsvermelding en toestemming. Eiseres heeft aan gedaagde voor de foto een licentienota gestuurd, deze is onbetaald gebleven. De foto is inmiddels verwijderd. Gedaagde heeft hierdoor inbreuk gemaakt op de auteursrechten van eiseres en door deze inbreuk heeft eiseres schade geleden die zij vergoed wil hebben. Vastgesteld wordt dat de foto auteursrechtelijk beschermd is en dat eiseres het recht heeft om op te komen tegen het gebruik van de foto. Doordat de foto op de website van gedaagde heeft gestaan, heeft zij de foto geopenbaard en dat is zonder toestemming van eiseres niet toegestaan, zo volgt uit artikel 25 en 27A van de Aw. Dit maakt gedaagde schadeplichtig, ook als de foto in het verleden, zoals gedaagde aanvoert, vrij op internet verkrijgbaar is geweest. Feit blijft immers dat gedaagde geen toestemming heeft gekregen om de foto op haar website te plaatsen.
Werkwijze van de Rechtspraak na 6 april
In verband met de uitbraak van het coronavirus heeft de Rechtspraak besloten vanaf dinsdag 17 maart alle rechtbanken, gerechtshoven en bijzondere colleges te sluiten. Deze situatie zal ook na 6 april worden voortgezet. Urgente zaken gaan wel door. De Rechtspraak heeft een overzicht gepubliceerd van urgente zaken.
Voorwaarden HvJ EU aan cameratoezicht
HvJ EU 11 december 2019, IT 3083, IEFbe 3058; ECLI:EU:C:2019:1064 (Asociatia de Proprietari) TK, eiser in de zaak, woont in een appartement, waarvan hij eigenaar is, in gebouw M5A. Op verzoek van bepaalde mede-eigenaren van dat gebouw heeft de vereniging van eigenaren tijdens een algemene vergadering op 7 april 2016 besloten om bewakingscamera’s in het gebouw te installeren. Ter uitvoering van dit besluit zijn er drie bewakingscamera’s geïnstalleerd in de gemeenschappelijke ruimten van gebouw M5A. TK heeft zich tegen de installatie van dit videobewakingssysteem verzet, omdat dit een schending van het recht op eerbiediging van het privéleven zou vormen. De verwijzende rechter verzoekt naar aanleiding hiervan om een prejudiciële beslissing wat betreft de uitlegging van artikel 6, lid 1, onder e), en artikel 7, onder f), van richtlijn 95/46/EG en artikelen 8 en 52 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna: Handvest).
Belangenafweging bij verzoek tot verwijdering BKR-registratie
Rechtbank Den Haag 29 mei 2019, IT 3091; ECLI:NL:RBDHA:2019:14670 (Eiser tegen Volkswagen Bank) Eiser heeft met het oog op de aanschaf onder eigendomsvoorbehoud van een Audi, een financial leaseovereenkomst gesloten met Volkswagen Bank. De Audi is door brandstichting teniet gegaan. Eiser is vervolgens op eigen initiatief en zonder instemming van Volkswagen Bank gestopt met de betaling van de maandelijks verschuldigde termijnen. Nadat drie achtereenvolgende maandelijkse termijnen niet waren voldaan is Volkswagen Bank gerechtvaardigd overgegaan tot het verwerken van een A-code. Eiser verzoekt Volkswagen Bank de BKR-registratie te verwijderen, op grond van artikel 79 van de AVG en op artikel 35 lid 1 van de Uitvoeringswet AVG. Besloten dient te worden of de BKR-registratie terecht heeft plaatsgevonden en zo ja, of deze registratie al dan niet dient te worden gehandhaafd. Er is sprake van een terechte (negatieve) BKR-registratie. Tevens wordt gesteld dat ook indien een registratie terecht is gedaan, er steeds een belangenafweging dient plaats te vinden bij een verzoek tot verwijdering of wijziging van een BKR-registratie. Het belang van eiser bij de doorhaling van de BKR-registratie weegt in dit geval zwaarder dan het belang van handhaving van de BKR-registratie. Volkswagen Bank moet de BKR-registratie verwijderen.