DOSSIERS
Alle dossiers

Internet  

IT 2156

Software gebruik na het beëindigen van de samenwerking

Rechtbank 24 aug 2016, IT 2156; ECLI:NL:RBGEL:2016:5198 (DEVINE SOFTWARE DEVELOPMENT B.V. tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/software-gebruik-na-het-be-indigen-van-de-samenwerking

Rechtbank Gelderland 24 augustus 2016, IEF 2156; ECLI:NL:RBGEL:2016:5198 (DEVINE SOFTWARE DEVELOPMENT B.V. tegen gedaagde) Het gaat in deze zaak onder andere om de vraag of het gebruik van software na het beëindiging de samenwerking in het kader van onderneming studie- en huiswerkbegeleiding onrechtmatig is. Daarnaast is de vraag aan de orde of het achterhouden van de boekhouding onrechtmatig is. Van onrechtmatig gebruik van de software door ondernemingen van gedaagde is sprake als het gebruik van de software is verkregen van een partij die daar niet toe gerechtigd is, in casu anderen dan DSD. De enkele ontkenning van gedaagde dat het pakket nog door zijn ondernemingen of door derden met zijn toestemming gebruikt wordt is niet voldoende om de vordering van DSD in zoverre af te wijzen. DSD zal in de gelegenheid gesteld worden haar vordering nader te onderbouwen en te specificeren en bij volgehouden betwisting bewijs bij te brengen.

IT 2154

HvJ EU: Verkrijger van kopie computerprogramma mag kopie tweedehands doorverkopen aan nieuwe verkrijger

HvJ EU 12 okt 2016, IT 2154; C‑166/15 (Aleksandrs Ranks - Jurijs Vasiļevičs), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-verkrijger-van-kopie-computerprogramma-mag-kopie-tweedehands-doorverkopen-aan-nieuwe-verkrijg

HvJ EU 12 oktober 2016, IEF 16310; IEFBE 1959; Zaak C‑166/15 (Aleksandrs Ranks - Jurijs Vasiļevičs) Gebruikslicentie. Kopie computerprogramma. De eerste verkrijger van een kopie van een computerprogramma met een onbeperkte gebruikslicentie mag die kopie en de bijbehorende licentie tweedehands doorverkopen aan een nieuwe verkrijger. Als de originele fysieke drager van de oorspronkelijk geleverde kopie echter beschadigd raakt, wordt vernietigd of verloren gaat, mag die verkrijger zijn reservekopie van het programma niet aan de nieuwe verkrijger verschaffen zonder toestemming van de auteursrechthebbende. HvJ EU: In zijn arrest van heden oordeelt het Hof dat uit de regel inzake uitputting van het distributierecht volgt dat degene die het auteursrecht op een computerprogramma heeft (in dit geval Microsoft) en in de Unie een kopie van dat programma op een fysieke drager (zoals een cd-rom of dvd-rom) met een onbeperkte gebruikslicentie heeft verkocht, zich niet meer tegen de latere wederverkoop van die kopie door de eerste verkrijger of latere verkrijgers kan verzetten, ongeacht of contractuele bedingen latere overdracht verbieden. 

IT 2151

Verlenging publicatieverbod toegewezen: voldoende gronden voor verbod op het openbaar maken van vertrouwelijke informatie

Rechtbank 6 okt 2016, IT 2151; ECLI:NL:RBGEL:2016:5286 (OM tegen X), https://itenrecht.nl/artikelen/verlenging-publicatieverbod-toegewezen-voldoende-gronden-voor-verbod-op-het-openbaar-maken-van-vertr

Rechtbank Gelderland 6 oktober 2016, IEF 16306; IT 2151; ECLI:NL:RBGEL:2016:5286 (OM tegen X) Privacy. Mediarecht. Het kort geding tussen partijen strekt tot het verkrijgen van een veroordeling van gedaagde om gedurende zes maanden de verklaringen van zijn website te verwijderen en verwijderd te houden. De Staat heeft in dit kort geding een verlenging van het op opgelegde verbod gevorderd. Gedaagde heeft benadrukt dat zijn vrijheid van meningsuiting in het geding is door het verbod en dat de vertrouwelijke documenten op dit moment niet op zijn website gepubliceerd staan. Daarom bestaat volgens hem geen aanleiding voor een verlenging van het verbod. Hij heeft zich er voorts op beroepen dat de Staat geen belang heeft bij een verlenging van het verbod, omdat de vertrouwelijke informatie ook op andere websites staat gepubliceerd. Dit argument wordt verworpen. Het staat vast dat de Staat een algemeen belang heeft om zoveel als mogelijk te proberen om vertrouwelijke informatie uit de beide strafzaken uit de openbaarheid te krijgen en te houden. Dit betekent dat voldoende gronden aanwezig zijn om een nader verbod op het openbaar maken van de vertrouwelijke informatie toe te wijzen. De Staat heeft ter zitting aangevoerd dat alle stukken die zich in een strafdossier bevinden naar hun aard vertrouwelijke stukken zijn. Ten aanzien van het verbod wordt gesteld dat zolang de verhoren nog niet zijn afgerond, een verbod op openbaarmaking van die vertrouwelijke informatie niet op zijn plaats is. Geen verstoring van de waarheidsvinding en de veiligheid van de betrokken getuigen wegen in dit geval zwaarder dan het grondrecht van vrijheid van meningsuiting.

 

IT 2150

Overeenkomst tussen gemeente en netwerkaanbieder over glasvezelnetwerk: geen ongerechtvaardigde verrijking

Hof 13 sep 2016, IT 2150; ECLI:NL:GHARL:2016:7335 (Unet B.V. tegen Gemeente Almere), https://itenrecht.nl/artikelen/overeenkomst-tussen-gemeente-en-netwerkaanbieder-over-glasvezelnetwerk-geen-ongerechtvaardigde-verri

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 13 september 2016, IT 2150; ECLI:NL:GHARL:2016:7335 (Unet B.V. tegen Gemeente Almere) In deze zaak gaat het over een overeenkomst tussen gemeente en netwerkaanbieder over aanleg van een glasvezelnetwerk. Daarnaast sluit de gemeente met een zustervennootschap een overeenkomst omtrent de uitbetaling van een te verlenen subsidie aan de eindafnemers. Kunnen vordering uit de ene overeenkomst ingebracht worden in de uitvoering van de andere overeenkomst? Wie heeft een vorderingsrecht? Het hof stelt dat Unet onterecht heeft aangevoerd dat de gemeente ongerechtvaardigd is verrijkt.

IT 2146

Uitspraak ingezonden door Jens van den Brink, Kennedy Van der Laan.

Facebook moet gegevens van mede-facebookgebruiker die dreigt intieme beelden te verspreiden afgeven

Rechtbank 3 okt 2016, IT 2146; ECLI:NL:RBGEL:2016:5230 (Eiseres tegen Facebook), https://itenrecht.nl/artikelen/facebook-moet-gegevens-van-mede-facebookgebruiker-die-dreigt-intieme-beelden-te-verspreiden-afgeven

Vzr. Rechtbank Gelderland 3 oktober 2016, IEF 16297; IT 2146; ECLI:NL:RBGEL:2016:5230 (eiseres tegen Facebook) Geen dwangsom. Proceskosten gecompenseerd. Eiseres is via Facebook in contact gekomen met X en een steeds intiemere relatie opgebouwd en ontstonden gevoelens van verliefdheid. In die setting heeft eiseres enkele intieme beelden aan de facebookgebruiker verstuurd. Eiseres vordert van Facebook gegevensverstrekking van X. Nu aannemelijk is dat een mede-facebookgebruiker onrechtmatig handelt, handelt ook Facebook onrechtmatig door de gegevens die benodigd zijn om de medegebruiker te kunnen opsporen niet prijs te geven. Voor zover Facebook over de gegevens beschikt moeten contactgegevens worden verstrekt. De dwangsom zal worden afgewezen nu Facebook heeft verklaard zonder meer mee te werken aan een veroordelend vonnis. Proceskosten gecompenseerd: terecht uitspraak van de rechter afgewacht.

IT 2147

Geen schuld bij verlies back-up door ongelukkige samenloop van omstandigheden

Hof 27 sep 2016, IT 2147; ECLI:NL:GHDHA:2016:2690 (Alhra tegen IT Creation B.V.), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-schuld-bij-verlies-back-up-door-ongelukkige-samenloop-van-omstandigheden

Gerechtshof Den Haag 27 september 2016, IT 2147; ECLI:NL:GHDHA:2016:2690 (Alhra tegen IT Creation B.V.) Overeenkomst computersysteembeheer. Gegevens gaan verloren en er is geen (bruikbare) back-up. Alhra heeft ITC gevorderd dat de rechtbank voor recht verklaart dat ITC aansprakelijk is voor alle schade die zij heeft geleden en nog zal lijden ten gevolge van het verlies van haar database en het wegvallen van haar softwaresysteem. Zij heeft aan haar vordering ten grondslag gelegd dat ITC te kort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst van opdracht om alle voorkomende werkzaamheden aan het computersysteem van Alhra te verrichten, waardoor bij de werkzaamheden van ITC dataverlies (en dus schade voor Alhra) is opgetreden. Dit gaat volgens het hof echter niet op, aangezien er zich een ongelukkige samenloop van omstandigheden voor deed en dat is onvoldoende om te kunnen concluderen dat sprake was van opzet of grove schuld. In dat verband overweegt het hof in het bijzonder dat niet gesteld is dat degene die de werkzaamheden bij Alhra uitvoerde opzettelijk een onjuist commando heeft gegeven. Het geven van een onjuist commando is niet een tekortkoming die grove schuld oplevert.

IT 2137

Wraakpornozaak: ROC hoeft niet mee te werken aan onderzoek

Rechtbank 21 sep 2016, IT 2137; ECLI:NL:RBZWB:2016:5832 (Chantal - ROC West-Brabant), https://itenrecht.nl/artikelen/wraakpornozaak-roc-hoeft-niet-mee-te-werken-aan-onderzoek

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 21 september 2016, IT 2137; ECLI:NL:RBZWB:2016:5832 (Chantal - ROC West-Brabant) In 2015 is een filmpje van Chantal op Facebook verschenen waarin zij seksuele handelingen verricht met haar toenmalige vriend. Omdat onbekend is wie het filmpje heeft geplaatst heeft zij procedures tegen Facebook gevoerd om erachter te komen welk IP-adres achter het uploaden van het filmpje zit. Uiteindelijk bleek dit te herleiden naar het ROC in West-Brabant. Chantal heeft aangestuurd op medewerking van het ROC bij een onderzoek. Het ROC gaf aan mee te willen werken met een technisch onderzoek, maar partijen bereiken geen overeenstemming over de ‘geheimhoudings- en bewerkingsovereenkomst.’ Chantal vordert in kort geding dat ROC medewerking moet verlenen aan dit technische onderzoek, omdat haar belang prevaleert boven de privacy van degene die het filmpje online heeft gezet. Naar oordeel van de voorzieningenrechter stelt het ROC terecht dat zij voldoende hebben gedaan om te achterhalen wie er achter het uploaden van het filmpje zit en alleen mee wil werken aan het onderzoek, indien er geen persoonsgegevens worden verwerkt en er binnen de grenzen van het Wbp wordt gehandeld.

IT 2135

HvJ EU: Exploitant die gratis toegang verschaft is niet aansprakelijk voor auteursrechtinbreuken die door gebruiker worden gepleegd

HvJ EU 15 sep 2016, IT 2135; ECLI:EU:C:2016:689 (Tobias Mc Fadden tegen Sony Music Entertainment), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-exploitant-die-gratis-toegang-verschaft-is-niet-aansprakelijk-voor-auteursrechtinbreuken-die

HvJ EU 15 september 2016 IEF 16249; IEFBE 1928; IT 2135; ECLI:EU:C:2016:689 (Tobias Mc Fadden tegen Sony Music Entertainment) Netwerk beveiliging. Vrij verkeer van diensten. Tobias Mc Fadden is de bedrijfsleider van een bedrijf in licht- en geluidstechniek, waar hij het publiek gratis toegang verschaft tot een wifinetwerk om de aandacht van potentiële klanten op zijn waren en diensten te vestigen. In 2010 is een muziekwerk waar Sony de auteursrechten van bezit via dit netwerk illegaal voor het downloaden aan het publiek aangeboden. Het Landgericht München I, waarbij het geding tussen Sony en Mc Fadden aanhangig is, is van oordeel dat de laatstgenoemde niet zelf inbreuk op de betrokken auteursrechten heeft gepleegd. Het verklaart echter te overwegen Mc Fadden voor die inbreuk indirect aansprakelijk te houden omdat zijn wifinetwerk niet beveiligd was. Het Landgericht twijfelt echter over de vraag of de richtlijn inzake elektronische handel zich tegen een dergelijke indirecte aansprakelijkheid verzet en heeft het Hof een aantal vragen voorgelegd.

IT 2136

Ingezonden door: Jens van den Brink, Kennedy Van der Laan

Facebook NL ten onrechte aangesproken voor afgifte gegevens Instagram account

Rechtbank 31 aug 2016, IT 2136; (Facebook tegen X), https://itenrecht.nl/artikelen/facebook-nl-ten-onrechte-aangesproken-voor-afgifte-gegevens-instagram-account

Rechtbank Noord-Holland 31 augustus 2016, IEF 16251; IT 2136; (Facebook tegen X) Privacy. Media. X heeft als wettelijk vertegenwoordiger van haar dochter op 16 december 2015 gevorderd dat Facebook alle bekende gegevens van het Instagram account ‘Jaatogg’ zal verstrekken, ten aanzien van het aanmaken, gebruik en het verwijderen van het account. Dochter van X is namelijk slachtoffer geworden van digitaal pesten: onder het account ‘Jaatogg’ werden door een onbekende pornografisch/seksueel getinte foto’s geplaatst die suggereerde dat dit om de dochter van X ging.
De rechtbank stelt voorop dat een een rechtsplicht tot het verstrekken van gegevens over de naam en het adres van de websitehouder, zoals in deze zaak bij dagvaarding van 16 december 2015 gevorderd, voor een provider kan bestaan als aannemelijk is dat anoniem, althans door een door benadeelde niet te traceren persoon, onrechtmatige uitingen via deze provider openbaar zijn gemaakt en de benadeelde alleen door tussenkomst van de provider, door middel van het verstrekken van deze gegevens, dergelijk onrechtmatige handelen zou kunnen bestrijden. Echter, Facebook stelt geen toegang te hebben en niet te beschikken over de gevorderde gegevens, waarna de rechtbank oordeelt dat Facebook onterecht is aangesproken op de afgifte hiervan.

IT 2125

HvJ EU: Koppelverkoop van een computer met voorgeïnstalleerde software is geen oneerlijke handelspraktijk

HvJ EU 7 sep 2016, IT 2125; ECLI:EU:C:2016:633 (Deroo-Blanquart tegen Sony), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-koppelverkoop-van-een-computer-met-voorge-nstalleerde-software-is-geen-oneerlijke-handelsprak

HvJ EU 7 september 2016, IEFbe 1916; IT 2125; RB 2773; ECLI:EU:C:2016:633; C-310/15 (Deroo-Blanquart tegen Sony) Koppelverkoop. Oneerlijke handelspraktijk. Verzoeker Vincent Deroo-Blanquart koopt in december 2008 een computer met voorgeïnstalleerde software bij verweerster Sony France (nu Sony Europe). Hij vraagt verweerster tevergeefs terugbetaling van de kosten van de meegeleverde software en begint een procedure. Hij stelt dat dit verboden koppelverkoop is, een oneerlijke handelspraktijk. HvJ EU: Een handelspraktijk bestaande in de verkoop van een computer met voorgeïnstalleerde software zonder de mogelijkheid voor de consument om hetzelfde model computer zonder voorgeïnstalleerde software te kopen, vormt als zodanig geen oneerlijke handelspraktijk:

1) Een handelspraktijk bestaande in de verkoop van een computer met voorgeïnstalleerde software zonder de mogelijkheid voor de consument om hetzelfde model computer zonder voorgeïnstalleerde software te kopen, vormt als zodanig geen oneerlijke handelspraktijk in de zin van artikel 5, lid 2, van richtlijn 2005/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2005 betreffende oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten op de interne markt en tot wijziging van richtlijn 84/450/EEG van de Raad, richtlijnen 97/7/EG, 98/27/EG en 2002/65/EG van het Europees Parlement en de Raad en van verordening (EG) nr. 2006/2004 van het Europees Parlement en de Raad („richtlijn oneerlijke handelspraktijken”), tenzij een dergelijke praktijk in strijd zou zijn met de vereisten van professionele toewijding en het economische gedrag van de gemiddelde consument met betrekking tot dat product wezenlijk verstoort of kan verstoren, wat aan de nationale rechter toekomt om te beoordelen rekening houdend met de bijzondere omstandigheden van het hoofdgeding.

2) In het kader van een gezamenlijk aanbod bestaande in de verkoop van een computer met voorgeïnstalleerde software, vormt het ontbreken van een prijsaanduiding voor elk van de voorgeïnstalleerde softwareprogramma’s geen misleidende handelspraktijk in de zin van artikel 5, lid 4, onder a), en artikel 7 van richtlijn 2005/29.