DOSSIERS
Alle dossiers

Privacy  

IT 3419

Conclusie A-G in CV Online Latvia tegen Melons

HvJ EU 14 jan 2021, IT 3419; ECLI:EU:C:2021:22 (CV-Online Latvia), https://itenrecht.nl/artikelen/conclusie-a-g-in-cv-online-latvia-tegen-melons

HvJ EU Conclusie A-G 14 januari 2021, IT 3419, IEFbe 3190; ECLI:EU:C:2021:22 (CV-Online Latvia) Vervolg op [IT 3034]. Beslissingen op prejudiciële vragen van de regionale rechter in Riga. Deze stelde twee prejudiciële vragen over zowel de opvraging als het eventuele hergebruik van de databank van SIA 'CV-Online Latvia' door SIA 'Melons' en de kwalificatie onder richtlijn 96/9/EG.
Antwoorden van A-G Szpunar:

IT 3416

Hof stelt prejudiciële vragen over persoonsgegevensverwerking

Hof 16 feb 2021, IT 3416; ECLI:NL:GHAMS:2021:499 (Eiser tegen Coöperatieve Rabobank), https://itenrecht.nl/artikelen/hof-stelt-prejudici-le-vragen-over-persoonsgegevensverwerking

Hof Amsterdam 16 februari 2021, IT 3416, ECLI:NL:GHAMS:2021:499 (Eiser tegen Coöperatieve Rabobank) De Rabobank heeft in 2006 een zakelijk krediet verstrekt aan een verzoeker. Deze is vervolgens na meerdere betalingsregelingen en sommeringen niet in staat gebleken dit krediet terug te betalen. In januari 2017 heeft de Rabobank hierom de financiering opgezegd en het openstaande bedrag als schuld laten registreren in het CKI van het BKR. De verzoeker is het hier niet mee eens en verzocht de Rabobank tot doorhaling van de BKR-registratie. Deze is namelijk van mening dat dit een onrechtmatige verwerking van persoonsgegevens betreft. Het hof Amsterdam vraagt zich af of de rechtbank in eerdere aanleg terecht heeft aangenomen dat de onderhavige persoonsgegevensverwerking er een is als bedoeld in artikel 6 lid 1 onder f AVG. Door middel van het stellen van een of meer prejudiciële vragen aan de Hoge Raad hoopt het hof hier antwoord op te krijgen. Tot die tijd houdt zij de beslissing van de rechtbank aan.

IT 3414

Conclusie P-G: deel klachten van voormalig GVB-bestuurder gegrond

Hoge Raad 29 jan 2021, IT 3414; ECLI:NL:PHR:2021:78 (eiser tegen GVB), https://itenrecht.nl/artikelen/conclusie-p-g-deel-klachten-van-voormalig-gvb-bestuurder-gegrond

HR Conclusie P-G  29 januari 2021, IEF 19780, IT 3414; ECLI:NL:PHR:2021:78 (Eiser tegen GVB) In deze zaak vordert een voormalig directeur van het Amsterdamse GVB een declaratoir dat een persbericht en vervolgens een publicatie in het jaarverslag 2012 over hem onrechtmatig zijn, alsmede rectificatie en schadevergoeding. Er was in het voorjaar van 2012 –  eiser was toen al twee jaar geen directeur meer van het GVB – commotie ontstaan door publicaties in de Telegraaf over vermeende fraude bij het GVB. De raad van commissarissen (RvC) heeft die beschuldigingen laten onderzoeken door extern accountantsbureau BDO. Aan de uitkomsten heeft de RvC vervolgens conclusies verbonden, die middels een persbericht en later opnieuw in het jaarverslag over 2012 naar buiten zijn gebracht. De strekking van die conclusies was onder andere dat uit de feiten blijkt dat er structureel sprake is geweest van bestuurlijk gedrag dat niet voldoet aan de regels van good governance, dat ziet op regels van integriteit, rechtmatigheid, doelmatigheid en verantwoordelijkheid. Hieraan verbond de RvC als consequentie dat de nog in functie zijnde resterende twee directieleden niet konden worden gehandhaafd als bestuurders.

IT 3409

Gedwongen ontgrendelen van een smartphone toegestaan

Hoge Raad 9 feb 2021, IT 3409; ECLI:NL:HR:2021:202 (Vingerafdrukscanner), https://itenrecht.nl/artikelen/gedwongen-ontgrendelen-van-een-smartphone-toegestaan

HR 9 februari 2021, IT 3409; ECLI:NL:HR:2021:202 (vingerafdrukscanner)  Cassatie in belang der wet. In deze zaak gaat het om de biometrische ontgrendeling van een inbeslaggenomen smartphone van een verdachte om ten behoeve van het opsporingsonderzoek toegang te krijgen tot de inhoud daarvan. Dit gebeurde door verdachte te boeien en zijn duim op de vingerafdrukscanner van de smartphone te plaatsen. Eerder werd geoordeeld dat het op deze wijze toepassen van zeer geringe mate van fysieke dwang geen inbreuk op het door artikel 6 EVRM gewaarborgde nemo tenetur-beginsel oplevert. De vraag in cassatie is of het samenstel van de artikelen 94, 95 en 96 Sv voldoende wettelijke grondslag biedt voor het toegang verschaffen van het inbeslaggenomen voorwerp. De tweede vraag is of het onder dwang gebruikmaken van een vingerafdruk van verdachte een inbreuk oplevert met artikel 6 EVRM. Het beroep wordt verworpen. Het oordeel van de rechtbank getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting en is ook niet onbegrijpelijk.

IT 3405

(On)terechte melding van persoonsgegevens

Hof 2 feb 2021, IT 3405; ECLI:NL:GHAMS:2021:312 (Vivat Sschadeverzekeringen tegen X), https://itenrecht.nl/artikelen/on-terechte-melding-van-persoonsgegevens

Hof Amsterdam 2 februari 2021, IEF 19761, IT 3405; ECLI:NL:GHAMS:2021:312 (Vivat Schadeverzekeringen tegen X) Geïntimeerde had een verzekering bij Vivat Schadeverzekeringen voor zijn personenauto. Met deze auto heeft geïntimeerde tot tweemaal toe een ongeluk gehad. De verzekeraar heeft voor het eerste ongeluk het bedrag van € 1.187,75 uitgekeerd. Voor het tweede ongeluk heeft de verzekeraar een expert ingeschakeld om de schade te beoordelen. De expert heeft verklaard dat uit een vergelijking van het fotomateriaal de conclusie kan worden getrokken dat de eerdere schade niet is hersteld. Geïntimeerde zou deze schade dus niet hebben opgelopen bij het tweede ongeluk, maar de schade wel hebben gemeld bij de verzekeraar. Daarop heeft de verzekeraar het uitgekeerde schadebedrag en de persoonsgegevens van geïntimeerde laten opnemen in het Extern Verwijzingsregister van Stichting Centraal Informatie Systeem (CIS). Geïntimeerde betwist de juistheid van deze feiten en heeft de verzekeraar gesommeerd om de registratie ongedaan te maken. Geïntimeerde heeft voor deze vordering niet de geëigende route van artikel 35 UAVG gevolgd, maar de weg van het kort geding. Hiervoor dient eerst het spoedeisend belang van geïntimeerde bij de gevraagde voorziening aannemelijk worden gemaakt. Doordat partijen zich hier nog niet over hebben uitgelaten, worden zij hiertoe alsnog toe in gelegenheid gesteld. Een verdere beslissing wordt daarom vooralsnog aangehouden.

IT 3378

Google aanspraak op proceskostenveroordeling

Hof 12 jan 2021, IT 3378; ECLI:NL:GHARL:2021:243 (X tegen Google), https://itenrecht.nl/artikelen/google-aanspraak-op-proceskostenveroordeling

Hof Arnhem-Leeuwarden 12 januari 2021, IT 3378; ECLI:NL:GHARL:2021:243 (X tegen Google LLC) Verzoeker heeft het hoger beroep ingetrokken, waardoor het hoger beroep wordt afgewezen. Google maakt echter wel aanspraak op een proceskostenveroordeling van verzoeker, waartegen verzoeker zich verzet. Daarbij beroept hij zich op een eerdere uitspraak van het Europese Hof van Justitie (Puškár), waarin werd geoordeeld dat er geen buitensporig hoge kosten mogen worden verbonden aan een administratieve beroepsgang. Daarbij heeft het HvJ EU zich niet uitgesproken over een proceskostenveroordeling in een civiele procedure tussen een betrokkene en een particuliere verwerker, zoals een marktpartij als Google. Het is gebruikelijk om het bedrag van de proceskosten vast te stellen op basis van een liquidatietarief, ook in deze zaak moet hiervan worden uitgegaan. De proceskostenveroordeling wordt daarom niet ontoelaatbaar geacht.

IT 3356

Inzageverzoek was in overeenstemming met AVG

Overige instanties 9 dec 2020, IT 3356; ECLI:NL:RVS:2020:2927 (College van B&W van Zundert tegen wederpartij), https://itenrecht.nl/artikelen/inzageverzoek-was-in-overeenstemming-met-avg

RvS 9 december 2020, IT 3356; ECLI:NL:RVS:2020:2927 (College van B&W van Zundert tegen wederpartij) Hoger beroep. Bij besluit van 2 januari 2018 heeft het college van burgemeester en wethouders van Zundert het verzoek van 'wederpartij' om inzage in zijn persoonsgegevens buiten behandeling gesteld. Wederpartij heeft bij brief van 30 juli 2017, door het college ontvangen op 5 november 2017, verzocht om inzage in de verwerking van zijn persoonsgegevens. Volgens wederpartij zijn zijn persoonsgegevens onder meer verwerkt voor eerder ingediende verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. Hij heeft ook verzocht om, voor zover het college zijn persoonsgegevens heeft verwerkt door berichten te plaatsen op het forum van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), de inhoud van deze berichten op te nemen in het overzicht.

IT 3342

Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam, Van Kaam.

Belang van RTL weegt zwaarder

Rechtbank 17 nov 2020, IT 3342; ECLI:NL:RBMNE:2020:6009 (RTL tegen X), https://itenrecht.nl/artikelen/belang-van-rtl-weegt-zwaarder

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 17 november 2020, IEF 19621, IT 3342; ECLI:NL:RBMNE:2020:6009 (RTL tegen X) Kort geding. X vordert een preventief uitzendverbod van het programma ''Zeeman confronteert: Stalkers''. Volgens RTL maakt X het leven van zijn ex-vriendin al drie jaar lang tot een nachtmerrie en zij wil in de uitzending aandacht besteden aan het stalkingsgedrag van X met beelden van een confrontatie met X. X wenst deze uitzending te voorkomen. De voorzieningenrechter wijst de vorderingen af, in dit geval weegt het belang van RTL zwaarder dan het belang van X. Daarvoor is redengevend dat hetgeen RTL ter zitting heeft gesteld over de inhoud van het programma voldoende steun vindt in de feiten. Het verwijt van X dat hem geen wederhoor is geboden is verder niet aannemelijk gemaakt. Ook is van belang dat de primaire doelstelling van het programma is om slachtoffers te helpen met het vergaren van bewijs tegen de stalker. Op grond van de door RTL genomen maatregelen is X niet herkenbaar in brede kring. Hoewel hij in zijn naaste kring mogelijk wel zal worden herkend is dit een beperkte inbreuk op zijn recht op privacy.

IT 3338

Invulling van het AVG toestemmingsvereiste

HvJ EU 11 nov 2020, IT 3338; ECLI:EU:C:2020:901 (Orange Romania tegen ANSPDCP), https://itenrecht.nl/artikelen/invulling-van-het-avg-toestemmingsvereiste

HvJ EU 11 november 2020, IT 3338, IEFbe 3153; ECLI:EU:C:2020:901 (Orange Romania tegen ANSPDCP) Privacyrecht. Telecomrecht. Orange Romania levert mobiele telecommunicatiediensten op de Roemeense Markt. De Roemeense toezichthoudende autoriteit voor de verwerking van persoonsgegevens heeft een geldboete opgelegd aan Orange Romania, wegens het verzamelen en bewaren van kopieën van identiteitsbewijzen van haar klanten, zonder geldige toestemming. De Roemeense rechter heeft naar aanleiding hiervan prejudiciële vragen gesteld aan het HvJ EU. Geoordeeld wordt dat op grond van art. 4 lid 11 en art. 6 lid 1 sub a AVG, het de verantwoordelijkheid van de verwerker is om aan te tonen dat de betrokkene met een actieve gedraging blijk heeft gegeven van zijn toestemming voor de verwerking van zijn persoonsgegevens en dat de betrokkene vooraf op de juiste wijze is geïnformeerd. Een overeenkomst waarin een beding is opgenomen dat de betrokkene in kennis is gesteld en toestemming heeft gegeven, kan niet aantonen dat de betrokkene op geldige wijze toestemming heeft gegeven wanneer 1) het vakje van het beding vooraf door de verwerkingsverantwoordelijke is ingevuld, 2) het beding de betrokkene kan misleiden omtrent de mogelijkheid om de overeenkomst te sluiten zonder toestemming te geven voor de verwerking van zijn gegevens of 3) de vrije keuze om zich te verzetten tegen het verzamelen van gegevens onnodig wordt aangetast, doordat geëist wordt dat de betrokkene een aanvullend formulier invult waaruit die weigering blijkt.

IT 3337

VoetbalTV hoeft boete AP niet te betalen

Rechtbank 23 nov 2020, IT 3337; ECLI:NL:RBMNE:2020:5111 (VoetbalTV tegen Autoriteit Persoonsgegevens), https://itenrecht.nl/artikelen/voetbaltv-hoeft-boete-ap-niet-te-betalen

Rechtbank Midden-Nederland 23 november 2020, IEF 19608, IT 3337; ECLI:NL:RBMNE:2020:5111 (VoetbalTV tegen Autoriteit Persoonsgegevens) Privacyrecht. VoetbalTV is een (inmiddels failliet) internetplatform waarop amateurvoetbalwedstrijden worden uitgezonden. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) vindt dat VoetbalTV voor het maken van opnames en het uitzenden van voetbalwedstrijden geen geldige grondslag heeft en zij verwerkt daarmee dus onrechtmatig persoonsgegevens. Volgens de AP maakt VoetbalTV door de opnames inbreuk op de privacy van een groot aantal betrokkenen, onder wie veel minderjarige voetballers en rechtvaardigt dit een boete van € 575.000,-.