IT 4658
5 november 2024
Uitspraak

HvJ EU: Patērētāju tiesību aizsardzības centrs

 
IT 4655
5 november 2024
Uitspraak

Rechtbank komt terug op afwijzing litispendentieberoep

 
IT 4657
5 november 2024
Artikel

Vacature Universitair docent Privaatrecht en Intellectueel Eigendom

 
IT 2880

Geen inbreuk op octrooirecht ASSIA vastgesteld

Rechtbank 25 sep 2019, IT 2880; ECLI:NL:RBDHA:2019:10064 (ASSIA tegen KPN en Nokia), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-inbreuk-op-octrooirecht-assia-vastgesteld

Rechtbank Den Haag 25 september 2019, IEF 18709, IT 2880; ECLI:NL:RBDHA:2019:10064 (ASSIA tegen KPN en Nokia) ASSIA is rechthebbende van het octrooirecht op een digitaal communicatiesysteem. Het gaat met name om een DSL-technlogie die ertoe dient om overspraak tegen te gaan door middel van "vectoring" in combinatie met onafhankelike energielocatie. Overspraak houdt in dat niet alleen verzonden signalen aan het einde van een modem worden ontvangen, maar ook vervormde signalen die op naburige koperparen worden verzonden. Volgens ASSIA is het genoemde octrooirecht geschonden door KPN en Nokia. Nokia levert de Digital Subscriber Line Access Multiplexer (kort: "DSLAM") die onderdeel uitmaakt van het netwerk-systeem van KPN en tevens wordt gebruikt door Telfort en X4ALL (dochterondernemingen van KPN). KPN past hierbij de G.vector standaard toe en maakt dus eveneens gebruik van "vectoring". Is het octrooirecht van ASSIA geldig en maken KPN en Nokia daar inbreuk op? Het octrooirecht van ASSIA is ongeldig. Los daarvan is onvoldoende gesteld om een inbreuk op dit octrooirecht door KPN en Nokia te kunnen constateren. Het is niet gebleken of het genoemde model bij de DSLAM uitsluitend na de initialisatie werd gemaakt of ook tijdens initialisatie, waarbij het model nog kan worden aangepast. Op grond van het gemankeerde debat en omdat onduidelijk was of een aktewisseling nodig was geweest, zijn de vorderingen van ASSIA afgewezen.

IT 2879

HvJ EU: geen recht op verwijdering links op alle versies zoekmachine

HvJ EU 24 sep 2019, IT 2879; (Google tegen CNIL), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-geen-recht-op-verwijdering-links-op-alle-versies-zoekmachine

HvJ EU 24 september 2019, IEF 18705, IT 2879, IEFbe 2954; C-136/17 (Google tegen CNIL) Google werd door de CNIL aangemaand om over te gaan tot verwijdering van links naar webpagina’s uit de resultatenlijst die wordt weergegeven na een zoekopdracht op de naam van de betrokken persoon. Google was gelast tot verwijdering van die links naar aanleiding van een prejudiciële uitspraak [IEF 18704] (HvJ EU 24 september 2019, ECLI:EU:C:2019:773, Verzoekers tegen CNIL).
De exploitant van een zoekmachine is verplicht om de door derden gepubliceerde links naar websites, inhoudende informatie over een persoon, te verwijderen uit de resultatenlijst die wordt weergegeven na een op naam uitgevoerde zoekopdracht. Bij inwilliging tot verwijdering is hij niet verplicht de links op alle versies van zijn zoekmachine. Het recht op bescherming kent geen absolute gelding, maar moet altijd worden afgewogen tegen andere grondrechten. De exploitant van een zoekmachine krijgt op grond van unierecht wel de verplichting opgelegd om die links te verwijderen voor alle lidstaatspecifieke versies van zijn zoekmachine en maatregelen te treffen teneinde de effectieve bescherming van de grondrechten van de betrokkene te garanderen.

IT 2878

HvJ EU: verbod op verwerking persoonsgegevens eist belangenafweging door exploitanten van zoekmachines

HvJ EU 24 sep 2019, IT 2878; ECLI:EU:C:2019:773 (Verzoekers tegen CNIL), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-verbod-op-verwerking-persoonsgegevens-eist-belangenafweging-door-exploitanten-van-zoekmachine

HvJ EU 24 september 2019, IEF 18704, IT 2878, IEFbe 2953; ECLI:EU:C:2019:773 (Verzoekers tegen CNIL) Eisers hebben elk een verzoek bij Google ingediend tot verwijdering van links naar webpagina’s van derden. Die links worden in de resultatenlijst van de Google-zoekmachine weergegeven wanneer een zoekopdracht op de respectievelijke namen van eisers wordt verricht. Google heeft dit geweigerd en ook het CNIL heeft vervolgens de vorderingen om Google op grond hiervan aan te manen, afgewezen.
De exploitant is in beginsel verplicht tot inwilliging van verzoeken tot verwijdering van links naar webpagina’s die onder de genoemde categorieën vallende persoonsgegevens bevatten. In gevallen die zijn uitgezonderd in de richtlijn 95/46, kan de inwilliging van een dergelijk verzoek wel worden geweigerd, mits er is voldaan aan alle andere rechtmatigheidsvoorwaarden uit de richtlijn, behoudens bijzondere situaties waarin de betrokkene in verzet mag gaan. Er moet worden nagegaan of de opname van een link in de resultatenlijst, weergegeven na een zoekopdracht op de naam van deze betrokken, strikt noodzakelijk blijkt met het oog op de bescherming van het recht op vrijheid van informatie van de mogelijk geïnteresseerde internetgebruikers.
Wanneer informatie inzake gerechtelijke procedures niet langer overeenkomt met de actuele situatie, is de exploitant verplicht tot verwijdering van de links in kwestie. Mits vaststaat dat de gewaarborgde grondrechten van de betrokkene zwaarder wegen dan het recht op informatie van geïnteresseerde internetgebruikers.

IT 2877

Prejudiciële vragen over mededeling aan publiek door downloaden peer-to-peernetwerk

HvJ EU 29 jul 2019, IT 2877; (M.I.C.M tegen BVBA Telenet), https://itenrecht.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-mededeling-aan-publiek-door-downloaden-peer-to-peernetwerk

Ondernemingsrechtbank Antwerpen (afdeling Antwerpen) 29 juli 2019; IEF 18700, IEFbe 2949, IT&R 2877; C-597/19 (M.I.C.M tegen BVBA Telenet) Auteursrecht. Peer-to-peer. Via MinBuza: M.I.C.M is een vennootschap naar het Cypriotisch recht en is houder van bepaalde rechten op pornografische films. Via een bepaald systeem is zij in het bezit van duizenden IP-adressen die verwijzen naar klanten van de verwerende partij, de BVBA Telenet, als internetserviceprovider. Via de connecties waar deze IP-adressen naar verwijzen zouden films uit haar catalogus zijn geüpload, gebruikmakend van het BitTorrent-protocol. M.I.C.M maakt nu aanspraak op de identificatie van deze klanten door Telenet, die zich hier principieel tegen verzet. 

De BitTorrent-technologie bestaat erin dat een bestand in kleine onderdelen ('pieces') wordt gesegmenteerd, die door de gebruiker kunnen worden gedownload en weer tot het oorspronkelijke bestand worden samengesteld. Het uploadproces wordt 'seeding’ genoemd. Zo kan het door vele gebruikers tegelijk worden gedownload. De groep aan downloaders wordt 'swarm' genoemd. Er hoeft dus geen band meer te bestaan tussen de oorspronkelijke seeder en de downloaders. De downloaders worden zelf in de regel seeders: de software is er gewoonlijk standaard zo op ingesteld nu het systeem hiervan afhangt.

IT 2876

Student-symposium Digitale opsporingsbevoegdheden: op de vlucht in een digitale wereld?!

Op donderdag 21 november 2019 organiseert de IT-rechtelijke studievereniging LISA haar 14e symposium. Dit jaar is het thema ‘Digitale opsporingsbevoegdheden: op de vlucht in een digitale wereld?!’ Hierbij kan gedacht worden aan de rol en mogelijkheden die de komst van digitale middelen hebben op de opsporing, maar ook de invloed hiervan op het straf(proces)recht als het bijvoorbeeld gaat om digitaal bewijs. Daarnaast wordt besproken hoe de ‘klassieke’ criminaliteit steeds meer verplaatst naar digitale (computer)criminaliteit. Andere deelonderwerpen bij dit thema zijn digitale middelen die de politie kan gebruiken en de manieren waarop zij verdachten opsporen.

IT 2875

EUIPO-rapport: IPR enforcement case-law collection

Deze maand publiceerde EUIPO het rapport IPR Enforcement Case-Law Collection - The liability and obligations of intermediary service providers in the European Union. Het rapport gaat in op de aansprakelijkheid en verplichtingen van intermediaire dienstverleners in de Europese Unie en geeft een overzicht van relevante beslissingen van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU) en van nationale rechtbanken in 14 geselecteerde EU-lidstaten, waaronder Nederland.

Lees hier het rapport.

IT 2874

Onderzoek e-mailboxen van OR-leden is niet proportioneel

Rechtbank 17 sep 2019, IT 2874; ECLI:NL:RBLIM:2019:8373 (OR tegen gemeente Maastricht), https://itenrecht.nl/artikelen/onderzoek-e-mailboxen-van-or-leden-is-niet-proportioneel

Ktr. Rechtbank Limburg 17 september 2019, IT 2874; ECLI:NL:RBLIM:2019:8373 (OR tegen gemeente Maastricht) De gemeente en haar ondernemingsraad hebben vrijwillig en gezamenlijk om een oordeel verzocht over een viertal door partijen zelf opgestelde vragen. Centrale vraag: is onderzoek van e-mailboxen van OR-leden toegestaan? De directe aanleiding voor deze procedure vormt een door en in opdracht van de gemeente uitgevoerd onderzoek waarbij de (zakelijke) e-mailboxen van 41 ambtenaren van de gemeente, waaronder 12 leden van de OR, zijn doorzocht door een extern bureau. Geoordeeld wordt dat de opzet, omvang en wijze van onderzoek niet proportioneel is in relatie tot het nagestreefde doel. Het belang van vertrouwelijke informatie-uitwisseling dient in dit geval zwaarder te wegen dan het belang van de gemeente bij het onderzoeken van de inhoud van de mailboxen.

IT 2873

SGOA rijkt voor 3e keer Hans Frankenprijs uit

De Stichting Geschillenoplossing Automatisering (SGOA), het onafhankelijke geschilleninstituut dat sinds 1989 actief is in de behandeling van ICT-conflicten, heeft gisteren in een feestelijke en druk bezochte bijeenkomst op het strand in Zandvoort de prestigieuze Hans Frankenprijs uitgereikt aan Karlijn van den Heuvel. Met haar zeer fraaie scriptie getiteld ‘Securing the Smart Home - A study on cybersecurity problems in smart home devices: does European product liability law offer meaningful legal solutions for consumers?” is zij onlangs aan de Universiteit van Amsterdam als  rechtenstudente afgestudeerd.

IT 2872

Liander had voorwaarde niet mogen verbinden aan realiseren aansluiting

17 sep 2019, IT 2872; ECLI:NL:CBB:2019:440 (Liander tegen ACM), https://itenrecht.nl/artikelen/liander-had-voorwaarde-niet-mogen-verbinden-aan-realiseren-aansluiting

CBp 17 september 2019, IT 2872; ECLI:NL:CBB:2019:440 (Liander tegen ACM) Beroep tegen geschilbesluit in JWM Putten tegen Liander. ACM oordeelde dat Liander in strijd met de Elektriciteitswet en de Tarievencode een voorwaarde heeft gesteld aan het realiseren van de aansluiting van JWM Putten. Een netbeheerder moet op verzoek van een aangeslotene een aansluiting realiseren op het door hem gevraagde spanningsniveau, tenzij er technische belemmeringen zijn. Liander had als voorwaarde gesteld dat JWM Putten een geschil aanhangig maakt bij de ACM over de vraag wat de juridische kwalificatie is van het stelsel van verbindingen dat op het bedrijfsterrein van JWM Putten ligt (wel of geen net). Deze voorwaarde is niet gebaseerd op technische belemmeringen, zodat Liander deze voorwaarde niet mocht stellen. Het beroep van Liander is afgewezen. Liander had onder meer de genoemde voorwaarde niet mogen verbinden aan het realiseren van de aansluiting. Door te stellen dat JWM Putten een klacht moet indienen bij de ACM voordat zij overgaat tot het realiseren van de aansluiting, probeert Liander toegang te verkrijgen tot de geschilprocedure. Deze is alleen bedoeld voor JWM Putten en niet voor Liander.

IT 2871

Boete voor overnemen klanten zonder toestemming en leveren zonder vergunning

26 aug 2019, IT 2871; https://itenrecht.nl/artikelen/boete-voor-overnemen-klanten-zonder-toestemming-en-leveren-zonder-vergunning

ACM 26 augustus 2019, IT 2871; ACM/19/035088 (Energie I&V) Energieleverancier Allure diende een handhavingsverzoek in tegen Energie I&V. Dit handhavingsverzoek leidde tot dit onderzoek. Vastgesteld wordt dat Energie I&V energieaansluitingen van kleinverbruikers naar zichzelf heeft geswitcht, zonder dat deze kleinverbruikers Energie I&V hiertoe hadden gemachtigd. Daarnaast is Energie I&V als leverancier voor kleinverbruikers opgetreden terwijl zij daarvoor niet de vereiste leveringsvergunning had. Deze gedragingen zijn in strijd met de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet en leveren ernstige overtredingen op. Gelet op de beperkte draagkracht van Energie I&V, wordt een boete opgelegd van 50.000. De ACM stelt in dit besluit ook vast dat de heer X feitelijk leiding heeft gegeven aan voornoemde overtredingen. Gelet op zijn beperkte draagkracht, legt de ACM hiervoor aan hem een boete op van 20.000.