Aansprakelijkheid Aircommerce wegens afbreken project
Rechtbank Rotterdam 17 februari 2021, IT 3417; ECLI:NL:RBROT:2021:1379 (blndr tegen Aircommerce) blndr is een specialist op het gebied van greenscreen fotomarketing. Aircommerce (AC) is een onderneming die zich bezighoudt met het bedenken van reclamecampagnes en zich met name richt op de luchtvaart. In 2017 heeft AC in opdracht van Schiphol een concept ontwikkeld. Het betreft, kort gezegd, een interactieve photo booth in de vorm van een kubus. De installatie van de twee kubussen op Schiphol verliep niet probleemloos. Een derde kubus is gebruikt voor een presentatie op een beurs in Cannes. Over het af te sluiten contract hebben partijen vanaf medio 2017 overleg gevoerd. Het overleg over het contract en de uitvoering van het project vielen deels samen. Begin april 2018 is de samenwerking tot een einde gekomen. De vraag is of er tussen partijen een overeenkomst tot stand is gekomen en zo ja, of AC die overeenkomst rechtsgeldig heeft beëindigd. Geoordeeld wordt dat partijen aan de schriftelijkheidseis zijn voorbijgegaan door uitvoering te geven aan het project, waardoor een overeenkomst tot stand is gekomen. AC had daarom de overeenkomst niet eenzijdig mogen ontbinden zonder alvorens blndr in gebreke te stellen.
Conclusie A-G in Dutch Filmworks tegen Ziggo
HR Conclusie A-G 29 januari 2021, IEF 19788, IT 3423; ECLI:NL:PHR:2021:83 (Dutch Filmworks tegen Ziggo) Deze kort geding-procedure draait om de vraag of internet service provider Ziggo kan worden verplicht om aan de rechthebbende op intellectuele eigendomsrechten de NAW-gegevens te verstrekken die horen bij IP-adressen van waaraf een film illegaal volgens die rechthebbende is gedownload. Het grondrecht op bescherming van intellectuele eigendom staat tegenover het grondrecht op bescherming van persoonsgegevens en privacy van de internetgebruikers. Net als de voorzieningenrechter [IEF 18224] heeft het hof geoordeeld dat het aanpakken van ‘illegale downloaders’ onder voorwaarden rechtmatig is, maar dat in dit geval de rechthebbende te weinig rekening heeft gehouden met de belangen van de betrokken internetgebruikers [IEF 18806]. Daarom zijn de vorderingen van de rechthebbende afgewezen. Die beslissing acht A-G Drijber te billijken, zijn conclusie strekt tot verwerping van het principale cassatieberoep.
Hoe temmen we big tech? Een gesprek met Egbert Dommering
Emeritus hoogleraar Informatierecht Egbert Dommering wordt door De Nieuwe Wereld TV geïnterviewd over de geschiedenis van het internet en zijn boek De Europese informatierechtsorde (2019). Dommering vertelt over de drie typen media: publieksmedia (zoals kranten en omroepen waar de overheid vanaf blijft), de openbare ruimte (waar iedereen alles kan doen en de overheid de orde waarborgt) en telecommunicatie (de post en later telefonie). Bij die laatste garandeerde de overheid de privacy van de gebruiker. Dommering: “Dat zijn geleidelijk aan ook sociale netwerken geworden. (...) De grote omslag is naar wat dan datacommunicatie heet.”
Bekijk hier de uitzending.
Geuite beschuldigingen vinden geen steun in feitenmateriaal
Hof Den Bosch 23 februari 2021, IEF 19782, IT 3420; ECLI:NL:GHSHE:2021:511 (Appellanten tegen William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdzorg) [Vervolg op IEF 18994]. Het beroep spitst zich toe op de vordering van de Stichting zoals die bij het beroepen vonnis aan de Stichting zijn toegewezen en waartegen appellanten zich hebben kunnen verweren. Volgens de Stichting handelen appellanten onrechtmatig tegenover haar en haar medewerkers door de video en de brief op internet en Facebook te plaatsen. Appellanten verweren zich met een beroep op hun recht van vrijheid van meningsuiting. Vooropgesteld zij dat het bij misstanden in de jeugdzorg gaat om een kwestie van algemeen belang die bij uitstek op grond van de vrijheid van meningsuiting door uitingen aan de orde hoort te kunnen worden gesteld. De geuite beschuldigingen aan het adres van Stichting en haar medewerkers vinden echter geen steun in het beschikbare feitenmateriaal. Appellanten schaden daarmee de Stichting en haar medewerkers in hun eer en goede naam en zij maken ernstig inbreuk op hun privacy. Het vonnis wordt dan ook bekrachtigd.
Conclusie A-G in CV Online Latvia tegen Melons
HvJ EU Conclusie A-G 14 januari 2021, IT 3419, IEFbe 3190; ECLI:EU:C:2021:22 (CV-Online Latvia) Vervolg op [IT 3034]. Beslissingen op prejudiciële vragen van de regionale rechter in Riga. Deze stelde twee prejudiciële vragen over zowel de opvraging als het eventuele hergebruik van de databank van SIA 'CV-Online Latvia' door SIA 'Melons' en de kwalificatie onder richtlijn 96/9/EG.
Antwoorden van A-G Szpunar:
Hof stelt prejudiciële vragen over persoonsgegevensverwerking
Hof Amsterdam 16 februari 2021, IT 3416, ECLI:NL:GHAMS:2021:499 (Eiser tegen Coöperatieve Rabobank) De Rabobank heeft in 2006 een zakelijk krediet verstrekt aan een verzoeker. Deze is vervolgens na meerdere betalingsregelingen en sommeringen niet in staat gebleken dit krediet terug te betalen. In januari 2017 heeft de Rabobank hierom de financiering opgezegd en het openstaande bedrag als schuld laten registreren in het CKI van het BKR. De verzoeker is het hier niet mee eens en verzocht de Rabobank tot doorhaling van de BKR-registratie. Deze is namelijk van mening dat dit een onrechtmatige verwerking van persoonsgegevens betreft. Het hof Amsterdam vraagt zich af of de rechtbank in eerdere aanleg terecht heeft aangenomen dat de onderhavige persoonsgegevensverwerking er een is als bedoeld in artikel 6 lid 1 onder f AVG. Door middel van het stellen van een of meer prejudiciële vragen aan de Hoge Raad hoopt het hof hier antwoord op te krijgen. Tot die tijd houdt zij de beslissing van de rechtbank aan.
Conclusie P-G: deel klachten van voormalig GVB-bestuurder gegrond
HR Conclusie P-G 29 januari 2021, IEF 19780, IT 3414; ECLI:NL:PHR:2021:78 (Eiser tegen GVB) In deze zaak vordert een voormalig directeur van het Amsterdamse GVB een declaratoir dat een persbericht en vervolgens een publicatie in het jaarverslag 2012 over hem onrechtmatig zijn, alsmede rectificatie en schadevergoeding. Er was in het voorjaar van 2012 – eiser was toen al twee jaar geen directeur meer van het GVB – commotie ontstaan door publicaties in de Telegraaf over vermeende fraude bij het GVB. De raad van commissarissen (RvC) heeft die beschuldigingen laten onderzoeken door extern accountantsbureau BDO. Aan de uitkomsten heeft de RvC vervolgens conclusies verbonden, die middels een persbericht en later opnieuw in het jaarverslag over 2012 naar buiten zijn gebracht. De strekking van die conclusies was onder andere dat uit de feiten blijkt dat er structureel sprake is geweest van bestuurlijk gedrag dat niet voldoet aan de regels van good governance, dat ziet op regels van integriteit, rechtmatigheid, doelmatigheid en verantwoordelijkheid. Hieraan verbond de RvC als consequentie dat de nog in functie zijnde resterende twee directieleden niet konden worden gehandhaafd als bestuurders.
Sisvel veroordeeld tot betaling proceskosten
Rechtbank Den Haag 17 februari 2021, IEF 19778, IT 3413, ECLI:NL:RBDHA:2021:1266 (Sisvel tegen Oppo en Wiko) [Vervolg op IEF 19293]. Sisvel had verleden jaar een zaak aangespannen tegen Oppo c.s. en Wiko c.s. omdat deze van mening was dat de partijen inbreuk hadden gemaakt op haar octrooi. De rechtbank had haar hierbij in het ongelijk gesteld en verklaarde het octrooi van Sisvel nietig. Sisvel is daarnaast ook veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van haar tegenpartijen. In deze zaak maakt zij daartegen bezwaar. Zij is van mening dat de proceskosten op onjuiste wijze zijn vastgesteld, wegens het niet in lijn zijn met artikel 1019h Rv en jurisprudentie van de Hoge Raad. Sisvel betoogt evenzeer dat er voor de vaststelling ook in aanmerking moet worden genomen welke van de door de winnende partij aangevoerde argumenten succes hebben gehad en welke niet. De rechtbank gaat in geen van de argumenten van Sisvel mee en wijst haar vorderingen dan ook af, waardoor zij alsnog veroordeeld is tot de proceskosten in de hoofdzaak.
Nieuwe editie magazine Data, Cybersecurity & Privacy (DCSP) verschijnt binnenkort
Edition number 7! Once again, an edition where many of your data, cybersecurity and privacy related questions will be answered. What to expect:
Columns
-Rob v/d Hoven van Genderen about the corona vaccination passport;
-Peter van Schelven about Data Security and IT-inventory;
-Hans Schnitzler about the misleading metaphors of the information age;
-Bernold Nieuwesteeg about Secure Software. For this edition, he wrote this column with cyber security experts Petra Oldengam and Rutger Leukfeldt.
The Legal Look
From Victor de Pous where he pleads for legal liability caused by digital shortcomings.
Articles
-Eliëtte Vaal and Vonne Laan: The cookie has crumbled: custom audiences to the rescue?
-Willeke Kemkers and privacy expert Adriano Chaves from Brazil: Brazil’s new privacy initiative; national law with global implications. An overview.
Interviews
-Roel’s kitchen table interview with: Ton Wagemans - Partner at Considerati. He advises leading national and international organisations in the field of public affairs and stakeholder management.
-Interview with the Dutch DPA (Autoriteit Persoonsgegevens). We spoke with Cecile Schut, Director of System Supervision, Security and Technology, about data brokering. How to approach data brokering and trafficking and how does the Dutch DPA see its future?
Geen onrechtmatige concurrentie 'GPS-horloges' Avium
Vzr. Rechtbank Zeeland-West-Brabant 3 februari 2021, IT 3411; ECLI:NL:RBZWB:2021:446 (LCT en Lifewatcher tegen Avium Wearables) LCT, LifeWatcher en Avium zijn actief op de markt voor alarmeringsoplossingen en brengen met elkaar concurrerende GPS-horloges op de markt. Deze horloges stellen gebruikers in staat om in geval van nood snel in contact te treden met andere personen. De horloges zijn voorzien van software en een app. De gegevens hiervan worden verwerkt en opgeslagen op een centrale server. LCT koopt de componenten voor de horloges bij de firma ILOGS Healthcare gevestigd in Oostenrijk en maakt gebruik van een door ILOGS Healthcare ontwikkeld softwareplatform. LifeWatcher koopt de horloges bij One2Track en maakt gebruik van een door One2Track ontwikkeld softwareplatform. Avium maakt gebruik van een door 3G Electronics ontwikkeld softwareplatform, gevestigd in China.