Proximedia moet echtheid handtekening onder internetdienstcontract bewijzen

Ktr. Rechtbank Midden-Nederland 4 mei 2016, IT 2112; ECLI:NL:RBMNE:2016:4194 (Proximedia tegen gedaagden)
Contractenrecht. De vordering van Proximedia is gebaseerd op de overeenkomst tot levering van internetdiensten. Gedaagden betwisten dat de handtekening door gedaagde is gezet. Proximedia wordt toegestaan om met andere middelen te bewijzen dat de handtekening door gedaagde is gezet, daarna kan er alsnog een handtekeningenonderzoek door een deskundige worden bevolen. Indien bewijs sluitend is, staat nog niet vast dat de vordering wordt toegewezen, nu - volgens gedaagde - Proximedia geen uitvoering heeft gegeven en dus geen schade heeft geleden. Het beding uit de overeenkomst dat 40% van de nog niet vervallen maandtermijn moet betalen, is voor gedaagde een onredelijk bezwarend beding als bedoeld in 6:233 aanhef en onder a BW. De kantonrechter stelt gedaagde in de gelegenheid om te bewijzen waarom de forfaitaire schadevergoeding onredelijk bezwarend is. Opgevolgd door IT 2113.