Filter
  • Datum
  • Dossier
  • Instantie
zoeken

Dossiers

 
 
4.664 artikelen gevonden
IT 2194

Schoonheidssalon vordert verwijdering persoonsgegevens in incidentenregister verzekeringsfraude

Rechtbank 19 okt 2016, IT 2194; ECLI:NL:RBGEL:2016:6690 (schoonheidssalon tegen VGZ), https://itenrecht.nl/artikelen/schoonheidssalon-vordert-verwijdering-persoonsgegevens-in-incidentenregister-verzekeringsfraude

Rechtbank Gelderland 19 oktober 2016, IT 2194; LS&R 1405; ECLI:NL:RBGEL:2016:6690 (schoonheidssalon tegen VGZ) Onrechtmatige daad. VGZ aan de schoonheidssalon ter attentie van [eiseres] dat zij zich op het standpunt stelt dat de schoonheidssalon nota’s valselijk achteraf heeft opgesteld over de jaren 2010, 2011 en 2012, teneinde verzekerden bij VGZ vergoedingen te laten ontvangen waarop geen recht bestaat. De schoonheidssalon vordert ongedaanmaken an registratie van persoonsgegevens in het incidentenregister Centrum Bestrijding Verzekeringscriminaliteit en ANBOS wegens verdenking betrokkenheid bij fraude. Protocol Incidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen (PIFI); 8Wbp; 16Wbp. Zaak komt weer op de rol voor akte over hetgeen in 4.12 vermeld.

IT 2198

Bijdrage ingezonden door Sylvia Huydecoper, Nederland ICT.

Wetsvoorstel bewaarplicht telecommunicatiegegevens op losse schroeven door uitspraak Hof van Justitie?

Overheden kunnen aanbieders van elektronische communicatiediensten geen algemene verplichting tot het bewaren van (verkeers)gegevens opleggen. Deze uitspraak heeft het Europese Hof van Justitie [IT2194; IEFbe 2037, persbericht] op de kortste dag van het jaar gedaan. Het Europees recht verzet zich tegen een algemene en ongedifferentieerde bewaring van verkeersgegevens en locatiegegevens. Preventief gegevens van iedereen opslaan mag dus niet. Lidstaten mogen wel wetgeving maken waarbij preventief voorzien wordt in gerichte bewaring van gegevens ter bestrijding van criminaliteit. Gegevens verzamelen mag dus pas als er een vorm van verdenking is tegen een persoon. Als er gegevens bewaard worden, moet dat tot het strikt noodzakelijke minimum in een democratische rechtstaat beperkt worden.

IT 2197
IT 2195

HvJ EU: compensatie kosten radiodiensten voor veiligheidsdiensten

HvJ EU 21 dec 2016, IT 2195; ECLI:EU:C:2016:974 (TDC), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-compensatie-kosten-radiodiensten-voor-veiligheidsdiensten

HvJ EU 21 december 2016, IT 2195; LS&R 1406; ECLI:EU:C:2016:974; C-222/13 (TDC) Telecom. De zaak betreft de compensatie voor kosten van spoed- en veiligheidsdiensten (radiodiensten). De universeledienstrichtlijn staat een nationale regeling in de weg die voorziet in een compensatiemechanisme wanneer winst van die diensten hoger is dan verlies van aanvullende verplichte diensten. HvJ EU:

De bepalingen van [universeledienstrichtlijn], meer bepaald artikel 32 van deze laatste, moeten aldus worden uitgelegd dat zij in de weg staan aan een nationale wettelijke regeling die voorziet in een compensatiemechanisme voor het verrichten van aanvullende verplichte diensten op grond waarvan een onderneming geen aanspraak kan maken op vergoeding door de lidstaat van de nettokosten van het verrichten van een aanvullende verplichte dienst, wanneer de winst die die onderneming heeft behaald met het verrichten van andere onder haar universeledienstverplichtingen vallende diensten hoger is dan het aan het verrichten van die aanvullende verplichte dienst verbonden verlies.

Richtlijn 2002/22 moet aldus worden uitgelegd dat zij in de weg staat aan een nationale wettelijke regeling op grond waarvan een onderneming die als verrichter van aanvullende verplichte diensten is aangewezen, slechts aanspraak kan maken op vergoeding door de lidstaat van de nettokosten van het verrichten van die diensten indien die kosten voor die onderneming een onredelijke last vormen.

Richtlijn 2002/22 moet aldus worden uitgelegd dat zij in de weg staat aan een nationale wettelijke regeling op grond waarvan de nettokosten die voor een aangewezen onderneming aan een universeledienstverplichting verbonden zijn, moeten worden berekend als zijnde het verschil tussen alle inkomsten en alle kosten die verband houden met de verrichting van de betrokken dienst, daaronder begrepen de inkomsten en de kosten die de onderneming ook zonder universeledienstverrichter te zijn zou hebben gehad.

In omstandigheden als in het hoofdgeding is het feit dat de met een aanvullende verplichte dienst in de zin van artikel 32 van de universeledienstrichtlijn belaste onderneming die dienst niet alleen op het grondgebied van Denemarken, maar ook op dat van Groenland verricht, niet van invloed op de uitlegging van de bepalingen van die richtlijn.

Artikel 32 van richtlijn 2002/22 moet aldus worden uitgelegd dat het rechtstreekse werking heeft voor zover het de lidstaten verbiedt, de onderneming die met het verrichten van een aanvullende verplichte dienst is belast de met die dienst verbonden kosten geheel of ten dele te laten dragen.Het loyaliteits-, het gelijkwaardigheids- en het doeltreffendheidsbeginsel moeten aldus worden uitgelegd dat zij niet in de weg staan aan een nationale wettelijke regeling als die in het hoofdgeding, op grond waarvan de met een universele dienst belaste onderneming aanvragen voor vergoeding voor het verlies over het voorgaande boekjaar moet indienen binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf het verstrijken van de termijn waarbinnen die onderneming bij de bevoegde nationale instantie een jaarverslag moet indienen, mits die termijn niet minder gunstig is dan de termijn die naar nationaal recht geldt voor een overeenkomstige aanvraag en hij de uitoefening van de aan de ondernemingen door de universeledienstrichtlijn verleende rechten niet in de praktijk onmogelijk of uiterst moeilijk maakt. Het is aan de verwijzende rechterlijke instantie, dat te verifiëren.

IT 2196

HvJ EU: Richtlijn verzet zich tegen nationale regeling die voorziet in algemene en ongedifferentieerde bewaring van alle verkeersgegevens, locatiegegevens van alle elektronischecommunicatiemiddelen

HvJ EU 21 dec 2016, IT 2196; ECLI:EU:C:2016:970 (Tele2 Sverige tegen Post- och telestyrelsen), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-richtlijn-verzet-zich-tegen-nationale-regeling-die-voorziet-in-algemene-en-ongedifferentieerd

HvJ EU 21 december 2016, IT 2194; IEFbe 2037 ; ECLI:EU:C:2016:970; C-203/15 (Tele2 Sverige tegen Post- och telestyrelsen) Verwerking van persoonsgegevens en bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie. Uit het persbericht: De lidstaten kunnen de aanbieders van elektronischecommunicatiediensten geen algemene verplichting tot bewaring van gegevens opleggen. Artikel 15, lid 1 EU-Handvest. Artikel 7, recht op eerbiediging van het privéleven en Artikel 8, recht op bescherming van persoonsgegevens. Ernstige inmenging. Rechtvaardiging ex artikel 52, lid 1: Legitieme doelstelling van bestrijding van ernstige criminaliteit, een wettelijke grondslag in het nationale recht, strikte noodzakelijkheid, en evenredigheid in een democratische samenleving. HvJ EU:

Artikel 15, lid 1, van [richtlijn betreffende privacy en elektronische communicatie], gelezen tegen de achtergrond van de artikelen 7, 8 en 11 en artikel 52, lid 1, EU-Handvest moet in die zin worden uitgelegd dat het zich verzet tegen een nationale regeling die, ter bestrijding van criminaliteit, voorziet in algemene en ongedifferentieerde bewaring van alle verkeersgegevens en locatiegegevens van alle abonnees en geregistreerde gebruikers betreffende alle elektronischecommunicatiemiddelen.
IT 2193

Beschikking ingezonden door Ady van Nieuwenhuizen, Kneppelhout Korthals.

Medewerkingsplicht binnen een uur voor beslag op mails met patiëntgegevens die naar privémail zijn gestuurd

Rechtbank 8 dec 2016, IT 2193; (Atos Medical tegen MDS), https://itenrecht.nl/artikelen/medewerkingsplicht-binnen-een-uur-voor-beslag-op-mails-met-pati-ntgegevens-die-naar-priv-mail-zijn-g

Vzr. Rechtbank Noord-Nederland 8 december 2016, IEF 16461 (Atos Medical tegen MDS) Ex parte. Beslag. Medewerkingsplicht binnen één uur. Conservatoir beslag tot afgifte op de vanaf zakelijk naar privémailadres gezonden patiëntgegevens. Verzoekster heeft verzocht tot afgifte op de gegevensdragers waarop patiëntgegevens zich bevinden. Op grond van de Wbp en de Wet meldplicht datalekken dient verzoekster te voorkomen dat de aan haar toevertrouwde medische gegevens in handen van derden komt. Gerekwestreerden zullen worden bevolen op eerste mondelinge verzoek van de deurwaarder binnen een uur haar medewerking verlenen, waaronder het beschikbaar stellen van logingegevens, wachtwoorden en andere (technische) informatie ten einde de deurwaarder en de automatiseringsdeskundigen onbelemmerde en algehele toegang te verschaffen tot gegevens en apparatuur. Op last van een dwangsom van €2.000 per uur met maximum van €200.000.

IT 2192

Nieuw in de databank ICT Modelcontracten

De volgende overeenkomsten zijn recent opgenomen in de databank ictmodelcontracten.nl
- Bewerkersovereenkomst – vanuit bewerkersperspectief (Tara Bachoe – ICT Nederland)
- Overeenkomst van opdracht ICT-Professionals – (Sylvia Huydecoper – ICT Nederland)
- Bewerkersovereenkomst (Monique Hennekens – Hekkelman Advocaten)
- Aanbestedingsrechtelijke aandachtspunten voor de ICT-praktijk (Bram Braat – Brinkhof)
- Overeenkomst tot ontwikkeling app (Arnoud Engelfriet – ICT Recht)

Meer informatie? Alle overeenkomsten bevatten een uitgebreide toelichting (peer review). De contracten zijn te downloaden als Word-document en meteen te gebruiken. Ook het archief met oude modelcontracten is nu digitaal beschikbaar. Kijk hier voor het complete overzicht van de beschikbare contracten. Voor meer informatie over de databank ICTM, prijzen en abonnementen kijk hier of neem contact op via info@delex.nl of rechtstreeks met Martin van Hemert – 020-3452212. Ook toegankelijk via Legal Intelligence en Rechtsorde!

IT 2191

Bijdrage ingezonden door Jurgen van der Vlugt, Maverisk.

Boekrecensie Victor de Pous 'Digitaal recht voor IT professionals' door Jurgen van der Vlugt

Boek is te bestellen via managementboek.nl, bol.com of de boekhandel. ICT en juridische zaken, never the twain shall meet ..? Er schijnt een onzichtbare kloof te bestaan tussen ICT’ers en juristen als het aankomt op het begrijpen van elkaars vakgebieden en jargons. ICT’ers zijn van huis uit ingenieurs; er ligt een probleem voor je neus dus los je het op. Klaar, volgende. Juristen bediscussiëren dilemma’s, die gaan niet weg als er voor zolang ze gelden tijdelijke en allesbehalve universeel toepasbare compromissen zijn gesloten maar argumenten blijvend zullen moeten worden gewogen. Dat neemt niet weg dat het in beider belang is om te weten hoe de gedachten aan de ‘andere kant’ zijn. We hebben elkaar immers nodig, en voor je het weet maak je een stap (of niet) die de ander een misstap vindt, of onbegrijpelijk.

IT 2190

Vergoeding 40% van de termijnverplichting uit de voorwaarden Proximedia niet onredelijk bezwarend

15 nov 2016, IT 2190; ECLI:NL:GHARL:2016:9109 (Proximedia tegen X), https://itenrecht.nl/artikelen/vergoeding-40-van-de-termijnverplichting-uit-de-voorwaarden-proximedia-niet-onredelijk-bezwarend

Hof Arnhem-Leeuwarden 15 november 2016, IT 2190; ECLI:NL:GHARL:2016:9109 (Proximedia tegen X) Einduitspraak na ECLI:NL:GHARL:2016:4014.
Artikel 10 lid 1 van de Algemene Voorwaarden van Proximedia, waarin de vergoeding van 40% van de termijnverplichtingen is bedongen, is niet onredelijk bezwarend. Het hof merkt op dat het thans gaat om de beoordeling van de vraag of sprake is van een onredelijk bezwarend beding dan wel om de vraag of het boetebeding moet worden gematigd. Daarbij gaat het niet om een rekenkundig sluitende afweging, maar om de vraag of uit de overgelegde stukken in voldoende mate te herleiden valt welk percentage van de verkoopprijs als kostprijs van de contracten moet worden beschouwd. Gelet op de percentages is er evenmin sprake van dat de billijkheid klaarblijkelijk eist dat de bedongen boete moet worden gematigd, nog daargelaten of de totale schade (inclusief winstderving) niet meer dan 40% bedraagt.

IT 2189

Terugbetaling van 3 miljoen voor ontbinding KPN-contract inzake collocatieruimten

Hof 30 aug 2016, IT 2189; ECLI:NL:GHDHA:2016:3363 (curator Innovara tegen KPN), https://itenrecht.nl/artikelen/terugbetaling-van-3-miljoen-voor-ontbinding-kpn-contract-inzake-collocatieruimten

Hof Den Haag 30 augustus 2016, IT 2189; ECLI:NL:GHDHA:2016:3363 (curator Innovara tegen KPN) Telecom-/contractenrecht; Raamovereenkomst. Novaxess heeft 25 van 105 collocaties met toestemming van KPN overgenomen. Voor de resterende 80 collocaties heeft Inovara bij aanvang aan KPN een eenmalige vergoeding van € 3.009.173,62 betaald. Curator vordert terugbetaling van door gefailleerde aan KPN betaalde vergoeding op grond van contract met betrekking tot collocatieruimten. Nu KPN's beroep op ontbinding is aanvaard, is deze vordering, gezien art. 25 Rv, toewijsbaar op grond van art. 6:271 BW.