Filter
  • Datum
  • Dossier
  • Instantie
zoeken

Dossiers

 
 
4.664 artikelen gevonden
IT 2159

HvJ EU: Halfjaarlijkse abonnementsprijs voor decodeerkaart niet (duidelijk) vermelden is een oneerlijke handelspraktijk

HvJ EU 26 okt 2016, IT 2159; ECLI:EU:C:2016:800 (Canal Digital Danmark), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-halfjaarlijkse-abonnementsprijs-voor-decodeerkaart-niet-duidelijk-vermelden-is-een-oneerlijke

HvJ EU 26 oktober 2016, IEF 16338; IT 2159; ECLI:EU:C:2016:800 (Canal Digital Danmark A/S) Oneerlijke handelspraktijken. Reclame voor een satelliettelevisieabonnement – Abonnementsprijs die, naast de maandelijkse prijs, een halfjaarlijkse prijs omvat voor de kaart die nodig is om de uitzendingen te decoderen – Niet-vermelding van de halfjaarlijkse prijs of minder in het oog springende presentatie ervan dan van de maandelijkse prijs – Misleidende handeling – Misleidende omissie – Richtlijnbepaling die alleen is omgezet in de voorbereidende werkzaamheden voor de nationale uitvoeringswet en niet in die wet zelf. HvJ EU:

 

IT 2156

Software gebruik na het beëindigen van de samenwerking

Rechtbank 24 aug 2016, IT 2156; ECLI:NL:RBGEL:2016:5198 (DEVINE SOFTWARE DEVELOPMENT B.V. tegen gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/software-gebruik-na-het-be-indigen-van-de-samenwerking

Rechtbank Gelderland 24 augustus 2016, IEF 2156; ECLI:NL:RBGEL:2016:5198 (DEVINE SOFTWARE DEVELOPMENT B.V. tegen gedaagde) Het gaat in deze zaak onder andere om de vraag of het gebruik van software na het beëindiging de samenwerking in het kader van onderneming studie- en huiswerkbegeleiding onrechtmatig is. Daarnaast is de vraag aan de orde of het achterhouden van de boekhouding onrechtmatig is. Van onrechtmatig gebruik van de software door ondernemingen van gedaagde is sprake als het gebruik van de software is verkregen van een partij die daar niet toe gerechtigd is, in casu anderen dan DSD. De enkele ontkenning van gedaagde dat het pakket nog door zijn ondernemingen of door derden met zijn toestemming gebruikt wordt is niet voldoende om de vordering van DSD in zoverre af te wijzen. DSD zal in de gelegenheid gesteld worden haar vordering nader te onderbouwen en te specificeren en bij volgehouden betwisting bewijs bij te brengen.

IT 2155

HvJ: Website exploitant kan gerechtvaardigd belang hebben om persoonsgegevens te bewaren ter beschermen tegen cyberaanvallen

HvJ EU 19 okt 2016, IT 2155; C‑582/14 (Patrick Breyer Tegen Bundesrepublik Deutschland), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-website-exploitant-kan-gerechtvaardigd-belang-hebben-om-persoonsgegevens-te-bewaren-ter-bescherm

HvJ EU 18 oktober 2016, zaak C‑582/14; IT 2155; IEFBE 1968 (Patrick Breyer tegen Bundesrepublik Deutschland) Verwerking van persoonsgegeven. In deze zaak gaat het om de vraag of dynamische IP‑adressen een persoonsgegeven zijn in de zin van artikel 2, onder a), van richtlijn 95/46/EG. Voor het antwoord daarop moet eerst worden bepaald hoe relevant het daarvoor is dat de aanvullende gegevens die nodig zijn voor de identificatie van de gebruiker, niet in het bezit zijn van de eigenaar van de website, maar van een derde (concreet, de internetprovider).
HvJ EU: In het vandaag uitgesproken arrest antwoordt het Hof in de eerste plaats dat een dynamisch IP- adres dat door een „aanbieder van onlinemediadiensten” (dat wil zeggen door de exploitant van een website, in casu de Duitse federale instellingen) wordt geregistreerd telkens als zijn voor het publiek toegankelijke website wordt bezocht, ten aanzien van de exploitant een persoonsgegeven vormt wanneer deze over wettige middelen beschikt waarmee hij de bezoeker kan identificeren aan de hand van extra informatie die bij diens internetprovider berust.

IT 2154

HvJ EU: Verkrijger van kopie computerprogramma mag kopie tweedehands doorverkopen aan nieuwe verkrijger

HvJ EU 12 okt 2016, IT 2154; C‑166/15 (Aleksandrs Ranks - Jurijs Vasiļevičs), https://itenrecht.nl/artikelen/hvj-eu-verkrijger-van-kopie-computerprogramma-mag-kopie-tweedehands-doorverkopen-aan-nieuwe-verkrijg

HvJ EU 12 oktober 2016, IEF 16310; IEFBE 1959; Zaak C‑166/15 (Aleksandrs Ranks - Jurijs Vasiļevičs) Gebruikslicentie. Kopie computerprogramma. De eerste verkrijger van een kopie van een computerprogramma met een onbeperkte gebruikslicentie mag die kopie en de bijbehorende licentie tweedehands doorverkopen aan een nieuwe verkrijger. Als de originele fysieke drager van de oorspronkelijk geleverde kopie echter beschadigd raakt, wordt vernietigd of verloren gaat, mag die verkrijger zijn reservekopie van het programma niet aan de nieuwe verkrijger verschaffen zonder toestemming van de auteursrechthebbende. HvJ EU: In zijn arrest van heden oordeelt het Hof dat uit de regel inzake uitputting van het distributierecht volgt dat degene die het auteursrecht op een computerprogramma heeft (in dit geval Microsoft) en in de Unie een kopie van dat programma op een fysieke drager (zoals een cd-rom of dvd-rom) met een onbeperkte gebruikslicentie heeft verkocht, zich niet meer tegen de latere wederverkoop van die kopie door de eerste verkrijger of latere verkrijgers kan verzetten, ongeacht of contractuele bedingen latere overdracht verbieden. 

IT 2152

Ontbinding overeenkomst omdat gemaakte afspraken niet nagekomen kunnen worden

Hof 6 sep 2016, IT 2152; ECLI:NL:GHDHA:2016:2509 (Proximedia tegen X), https://itenrecht.nl/artikelen/ontbinding-overeenkomst-omdat-gemaakte-afspraken-niet-nagekomen-kunnen-worden

Hof Den Haag 6 september 2016, IEF 16302; ECLI:NL:GHDHA:2016:2509 (Proximedia tegen X) Informatie. Contract. Tijdens een verkoopgesprek zijn door vertegenwoordiger aan cliënte diverse toezeggingen gedaan die niet nagekomen kunnen worden, zoals een gratis laptop, gratis website en een pinautomaat. Nadat cliënte de getekende overeenkomst had doorgelezen, is er enkele dagen ná ondertekening van de overeenkomst telefonisch contact met opgenomen, waarbij is medegedeeld dat ze deze overeenkomst niet wilde en dat ze de overeenkomst wilde beëindigen. Tijdens het telefoongesprek is door Proximedia medegedeeld dat de vertegenwoordiger die de overeenkomst met cliënte had gesloten inmiddels was ontslagen, omdat hij onjuiste informatie verstrekt aan klanten. Daarnaast werd medegedeeld dat tussentijdse beëindiging van de overeenkomst niet mogelijk was, maar dat het contract wel omgezet kon worden naar een contract met alleen een website, derhalve zonder laptop. Enkel en alleen vanwege het feit dat was medegedeeld dat tussentijdse beëindiging niet mogelijk was, is cliënte akkoord gegaan met omzetting van de overeenkomst. Naar oordeel van het hof kon cliënte de overeenkomst vernietigen op grond van dwaling, nu de toezeggingen die telefonisch aan cliënte waren gedaan niet konden worden nagekomen.

IT 2153

Nieuwe ARBIT, ARIV en ARVODI 2016

Staatscourant 2016-51478. De Algemene Rijksvoorwaarden bij IT-overeenkomsten 2016 (ARBIT‑2016), de Algemene Rijksinkoopvoorwaarden 2016 (ARIV-2016) en de Algemene Rijksvoorwaarden voor het verstrekken van opdrachten tot het verrichten van diensten 2016 (ARVODI-2016) zijn gepubliceerd en van kracht.

Besluit van de Minister-President, Minister van Algemene Zaken van 23 september 2016, nr. 3172110 houdende vaststelling van de Algemene Rijksvoorwaarden bij IT-overeenkomsten 2016 (ARBIT‑2016), de Algemene Rijksinkoopvoorwaarden 2016 (ARIV-2016) en de Algemene Rijksvoorwaarden voor het verstrekken van opdrachten tot het verrichten van diensten 2016 (ARVODI-2016)

IT 2151

Verlenging publicatieverbod toegewezen: voldoende gronden voor verbod op het openbaar maken van vertrouwelijke informatie

Rechtbank 6 okt 2016, IT 2151; ECLI:NL:RBGEL:2016:5286 (OM tegen X), https://itenrecht.nl/artikelen/verlenging-publicatieverbod-toegewezen-voldoende-gronden-voor-verbod-op-het-openbaar-maken-van-vertr

Rechtbank Gelderland 6 oktober 2016, IEF 16306; IT 2151; ECLI:NL:RBGEL:2016:5286 (OM tegen X) Privacy. Mediarecht. Het kort geding tussen partijen strekt tot het verkrijgen van een veroordeling van gedaagde om gedurende zes maanden de verklaringen van zijn website te verwijderen en verwijderd te houden. De Staat heeft in dit kort geding een verlenging van het op opgelegde verbod gevorderd. Gedaagde heeft benadrukt dat zijn vrijheid van meningsuiting in het geding is door het verbod en dat de vertrouwelijke documenten op dit moment niet op zijn website gepubliceerd staan. Daarom bestaat volgens hem geen aanleiding voor een verlenging van het verbod. Hij heeft zich er voorts op beroepen dat de Staat geen belang heeft bij een verlenging van het verbod, omdat de vertrouwelijke informatie ook op andere websites staat gepubliceerd. Dit argument wordt verworpen. Het staat vast dat de Staat een algemeen belang heeft om zoveel als mogelijk te proberen om vertrouwelijke informatie uit de beide strafzaken uit de openbaarheid te krijgen en te houden. Dit betekent dat voldoende gronden aanwezig zijn om een nader verbod op het openbaar maken van de vertrouwelijke informatie toe te wijzen. De Staat heeft ter zitting aangevoerd dat alle stukken die zich in een strafdossier bevinden naar hun aard vertrouwelijke stukken zijn. Ten aanzien van het verbod wordt gesteld dat zolang de verhoren nog niet zijn afgerond, een verbod op openbaarmaking van die vertrouwelijke informatie niet op zijn plaats is. Geen verstoring van de waarheidsvinding en de veiligheid van de betrokken getuigen wegen in dit geval zwaarder dan het grondrecht van vrijheid van meningsuiting.

 

IT 2150

Overeenkomst tussen gemeente en netwerkaanbieder over glasvezelnetwerk: geen ongerechtvaardigde verrijking

Hof 13 sep 2016, IT 2150; ECLI:NL:GHARL:2016:7335 (Unet B.V. tegen Gemeente Almere), https://itenrecht.nl/artikelen/overeenkomst-tussen-gemeente-en-netwerkaanbieder-over-glasvezelnetwerk-geen-ongerechtvaardigde-verri

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 13 september 2016, IT 2150; ECLI:NL:GHARL:2016:7335 (Unet B.V. tegen Gemeente Almere) In deze zaak gaat het over een overeenkomst tussen gemeente en netwerkaanbieder over aanleg van een glasvezelnetwerk. Daarnaast sluit de gemeente met een zustervennootschap een overeenkomst omtrent de uitbetaling van een te verlenen subsidie aan de eindafnemers. Kunnen vordering uit de ene overeenkomst ingebracht worden in de uitvoering van de andere overeenkomst? Wie heeft een vorderingsrecht? Het hof stelt dat Unet onterecht heeft aangevoerd dat de gemeente ongerechtvaardigd is verrijkt.

IT 2149

Oordeel van hof wordt gevolgd: kentekenparkeren niet in strijd is met Wbp of EVRM

Rechtbank 21 sep 2016, IT 2149; ECLI:NL:RBAMS:2016:5976 (X tegen gemeente Amsterdam), https://itenrecht.nl/artikelen/oordeel-van-hof-wordt-gevolgd-kentekenparkeren-niet-in-strijd-is-met-wbp-of-evrm

Rechtbank Amsterdam 21-09-2016, IT 2149; ECLI:NL:RBAMS:2016:5976 (X tegen gemeente Amsterdam) Privacy. De Gemeente is niet gehouden om het handhaven van parkeerbelasting door gebruikmaking van het systeem van kentekenparkeren aan te passen. Er is geen sprake van onrechtmatige inbreuk op het recht op privacy; met de door de Gemeente gehanteerde waarborgen kan het invoeren van het kenteken noodzakelijk worden beschouwd voor het gediende doel. Het oordeel van het Gerechtshof van 7 januari 2016 wordt gevolgd. Ook het elektronisch betalen maakt geen onrechtmatige inbreuk op het recht op privacy. Uit bestuursrechtuitspraken volgt niet dat kentekenparkeren in strijd is met artikel 20 Awr. Voorzieningen geweigerd.