Gepubliceerd op donderdag 14 juli 2016
IT 2103
HvJ EU ||
4 mei 2016
HvJ EU 4 mei 2016, IT 2103; (http://curia.europa.eu/juris/liste.jsf?num=C-265/16), https://itenrecht.nl/artikelen/vragen-hvj-over-via-cloud-computing-aanbieden-van-tv-programma-s-uit-andere-lidstaten

Vragen HvJ over via cloud computing aanbieden van tv-programma’s uit andere lidstaten

Prejudiciële vraag HvJ EU 4 mei 2016; IEF 16101; IEFbe 1863; IT 2103; C-265/16 (VCAST)
Privékopie-exceptie. Richtlijn 2000/31/EG. Richtlijn 2001/29/EG. Verzoekster biedt via internet een systeem aan waarmee alle tv-programma’s van belangrijke Italiaanse zenders als video kunnen worden opgeslagen (‘cloud computing’). Gebruikers dienen daarvoor (bij een derde partij) een drager en ruimte aan te schaffen. Verzoekster heeft de belangrijkste Italiaanse zender RTI gedaagd om een verklaring voor recht te verkrijgen dat deze praktijk rechtmatig is. Tussen genoemde activiteiten en de verhuur van apparatuur voor het maken van video-opnamen (waarmee VCAST haar activiteiten gelijk wil stellen) bestaat er een onderscheidende factor, namelijk de tussenkomst en de operationele inbreng van de leverancier die op verzoek van de gebruiker de kopie maakt, ook al is dat in immateriële vorm. Verweerster RTI stelt onrechtmatigheid van verzoeksters activiteiten. Zij wijst op haar zowel Italiaans- als EU-wettelijk geregelde exclusieve recht op het economisch gebruik van de werken die zij via haar netwerken uitzendt (en de daaruit voortvloeiende rechten). Het maken van privékopieën is een uitzondering op de hoofdregel die strikt moet worden uitgelegd en verzoeksters uitleg is in strijd met de auteursrechtenrichtlijn. Daarnaast is het oneerlijke concurrentie en een inbreuk op de handelsmerken van RTI. Zij eist dan ook een verbod en schadevergoeding.

In het vervolg van de procedure stelt verzoekster dat haar activiteiten overeenkomen met het verhuren van een video-opnamesysteem op afstand. Dit is volgens de Italiaanse wet tegen billijke vergoeding toegestaan. Ook het Unierecht zou hieraan niet in de weg staan zolang sprake is van een forfaitaire vergoeding aan de rechthebbenden. Verweerster stelt dat lidstaten is toegestaan het maken van een privékopie mogelijk te maken onder de voorwaarde van een billijke compensatie en alleen in het geval dat de reproductie door een natuurlijk persoon voor eigen gebruik en zonder commercieel oogmerk wordt verricht. Het gaat om een uitzondering die dan ook strikt moet worden uitgelegd. Het toestaan van reproduceren met commercieel oogmerk zou dan ook in strijd zijn met EU-recht.

Vragen in het Engels:

1) Is a national law prohibiting an operator from providing users with a cloud-based remote video recording service, which enables the making of copies of protected works through an active intervention on the operator's part, without the rightholders' consent, compatible with EU law, in particular with article 5(2)(b) of the Information Society Directive (as well as with the E-Commerce Directive)?

2) Is a national law permitting an operator to provide users with a cloud-based remote video recording service, which enables the making of copies of protected works, without the rightholders' consent, but on the condition that they receive a fair compensation, compatible with EU law, in particular with article 5(2)(b) of the Information Society Directive (as well as with the E-Commerce Directive)?