Gepubliceerd op donderdag 4 april 2024
IT 4517
Rechtbank ||
26 mrt 2024
Rechtbank 26 mrt 2024, IT 4517; ECLI:NL:RBNHO:2024:2836 (Verzoeker tegen Google), https://itenrecht.nl/artikelen/verzoek-verwijdering-google-zoekresultaten-afgewezen

Verzoek verwijdering Google-zoekresultaten afgewezen

Rb. Noord-Holland 26 maart 2024, IT 4517; ECLI:NL:RBNHO:2024:2836 (Verzoeker tegen Google). Verzoeker is de kleinzoon van de oprichter van een wereldwijd opererend vastgoedbedrijf. Verzoeker heeft in juni 2001 zijn drugsdealer doodgeschoten en is veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaar. Als de naam van verzoeker als zoekterm wordt opgegeven op Google verschijnt in de zoekresultaten onder andere een link naar een weblog over het schietincident. Verzoeker heeft Google verzocht de link te verwijderen, omdat deze onjuiste informatie zou bevatten en schade toebrengt aan zijn persoonlijke levenssfeer. Zijn recht op gegevenswissing baseert hij op artikel 17 AVG en het arrest van het Hof van Justitie EU van 8 december 2022 [zie IT 4174], waarin wordt uitgelegd dat het dan moet gaan om een publicatie waarvan een aanzienlijk deel van de informatie onjuist is. Google betwist dit.

In artikel 17, lid 3, onder a, AVG is het vereiste neergelegd dat er een afweging moet worden gemaakt tussen de grondrechten op eerbiediging van het privéleven en op bescherming van persoonsgegevens enerzijds en de vrijheid van informatie anderzijds. In het onderhavig geval is exploitant (Google) niet verantwoordelijk voor de inhoud van de website, maar voor het feit dat een link wordt getoond naar aanleiding van een zoekopdracht. Dit zorgt voor een specifieke belangenafweging waarbij rekening moet worden gehouden met verschillende criteria die in het arrest van 8 december 2022 worden uitgewerkt. De rechtbank erkent dat het lastig(er) is voor verzoeker om negatieve feiten te bewijzen, maar dat dit niet met zich meebrengt dat verzoeker helemaal niets aan onderbouwing hoeft aan te dragen. Er is naar het oordeel van de rechtbank niet gebleken dat een niet onbeduidend deel van de publicatie onjuist is; Google kan een beroep doen op het recht van vrijheid van informatie. De publicatie is niet achterhaald, irrelevant of bovenmatig, waardoor het verzoek wordt afgewezen.

5.7. De exploitant van een zoekmachines is niet verantwoordelijk voor het feit dat persoonsgegevens op een door een derde gepubliceerde website staan, maar voor het feit dat een link naar die site wordt getoond in de lijst met zoekresultaten die internetgebruikers te zien krijgen na een zoekopdracht op de naam van een natuurlijke persoon. Wanneer de betrokkene optreedt tegen de exploitant van de zoekmachine, komen de betrokken rechten, belangen en beperkingen dus niet noodzakelijkerwijs overeen met die bij een vordering tegen een aanbieder van inhoud. Dat betekent dat voor de toetsing van een verzoek tot verwijdering van links op grond van artikel 17 AVG een specifieke afweging van het recht op eerbiediging van het privéleven en het recht op vrijheid van meningsuiting en van informatie rekening noodzakelijk is. Daarbij moet rekening worden gehouden met een aantal relevante criteria, zoals de bijdrage aan een debat van algemeen belang, de bekendheid van de betrokkene, het onderwerp van het bericht, het eerdere gedrag van de betrokkene, de inhoud, de vorm en de gevolgen van de publicatie, de wijze waarop en de omstandigheden waarin de informatie is verkregen en de waarachtigheid ervan (HvJ EU 8 december 2022, ECLI:EU:C:2022:962).

5.17. De rechtbank neemt bij de belangenafweging de volgende omstandigheden in aanmerking. De publicatie, die dateert uit 2022, betreft een enigszins amateuristisch overkomend en in niet al te best Nederlands geschreven weblog van een anonieme publicist. De webpagina maakt melding van een recente strafrechtelijke veroordeling van [verzoeker] voor een ernstig delict en zijn familieband met de in Nederland bekende en vermogende familie [Familienaam]. Door die familieband en het schietincident is [verzoeker] een min of meer publiek figuur geworden over wie ook andere media - zij het niet onder zijn volledige naam - hebben geschreven. Ook in die artikelen, waar in de publicatie deels naar wordt verwezen, wordt melding gemaakt van de veroordeling voor het schietincident, de eerdere veroordeling voor het doodschieten van zijn drugsdealer, contacten met zware criminelen en bedreiging en mishandeling van zijn ex-partners. Tegen die artikelen heeft [verzoeker] geen bezwaar gemaakt, omdat hij zich naar eigen zeggen realiseert dat hij vanwege zijn familieband enige bekendheid heeft. De enige reden dat [verzoeker] wel bezwaar heeft tegen de publicatie waar de URL in de zoekresultaten verwijst, is dat daarin volgens hem veel onjuistheden staan. Hiervoor is echter al geoordeeld dat hij dat niet heeft aangetoond. Andere belangen bij verwijdering van de URL uit de zoekresultaten dan de onjuistheid van de publicatie heeft [verzoeker] niet aangevoerd.

5.18. Alles afwegende is de conclusie dan ook dat de publicatie niet achterhaald, irrelevant of bovenmatig is en dat er ook geen bijzondere omstandigheden zijn die met zich brengen dat in dit geval het belang van [verzoeker] bij verwijdering van de URL zwaarder weegt dan het publieke belang van internetgebruikers om de webpagina te vinden via de URL in de zoekresultaten dan. Google hoeft de URL daarom niet te verwijderen. Het verzoek van [verzoeker] zal dus worden afgewezen.