Algemene mededeling op website niet automatisch een overeenkomst
Ktr. Rechtbank Midden-Nederland 25 februari 2015, IT 1749; ECLI:NL:RBMNE:2015:2292 (Fast Forward Freight tegen Sigmatex Holland)
Overeenkomstenrecht. Reclame. Sigmatex verkoopt serverkasten en computeronderdelen. Sigmatex importeert deze uit China en laat APL de verschepingen regelen. APL heeft de zeevracht van Sigmatex van 2012 tot eind 2013 uitbesteed aan FFF. Er is een geschil ontstaan over de hoogte van de factuur die FFF dientengevolge richt aan Sigmatex. FFF vordert nakoming van de betalingsverplichting. Sigmatex beroept zich op bedrog of dwaling nu op de websites van APL en FFF de mededeling stond dat tegen concurrerende prijzen werd vervoerd. De rechtbank wijst het verweer af omdat de uitlating op de website van FFF als aanprijzing in algemene bewoordingen moet worden aangemerkt en wijst de vordering van FFF toe.
De beoordeling:
4.4. Ten overvloede overweegt de kantonrechter nog dat, als er al zou worden aangenomen dat partijen zijn overeengekomen dat FFF alleen aanspraak zou kunnen maken op betaling van concurrerende tarieven, Sigmatex onvoldoende heeft onderbouwd dat de door FFF gehanteerde vrachttarieven niet concurrerend zijn geweest.
4.5. Gezien het bovenstaande komt de kantonrechter tot de conclusie dat er geen sprake is geweest van een tekortkoming in de nakoming van een verbintenis door FFF. In dit licht is het beroep van Sigmatex op opschorting van haar verplichting tot betaling van de factuur van 5 november 2013 ten onrechte geweest.
4.6. De kantonrechter is verder ook van oordeel dat er geen sprake is geweest van bedrog door FFF. De kantonrechter merkt de vermelding op de website van FFF inhoudende dat zij de meest aantrekkelijk geprijsde manier van vracht kan vinden, aan als een aanprijzing in algemene bewoordingen (zoals “de beste” en “de snelste”). In artikel 3:44, derde lid, BW staat dat aanprijzingen in algemene bewoordingen, ook al zijn ze onwaar, op zichzelf geen bedrog opleveren. Dat er meer concrete en specifieke toezeggingen vanuit Sigmatex zijn gedaan, heeft FFF niet gesteld. Overigens is daarnaast gesteld noch gebleken dat FFF opzettelijk Sigmatex willens en wetens heeft willen misleiden en opzettelijk onjuiste mededelingen heeft gedaan terwijl ze wist dat deze onwaar waren.
4.7. Omdat het hier gaat om algemene aanprijzingen, is er ook geen grond voor een beroep op dwaling (T.M., Parlementaire Geschiedenis Boek 6 BW, p. 903). Sigmatex had tot een juiste voorstelling van zaken kunnen komen door de tarieven van de concurrenten van FFF te onderzoeken alvorens het vervoer via FFF, en de daarbij behorende tarieven, overeen te komen.