Gepubliceerd op woensdag 6 januari 2016
IT 1952
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Vordering tot betaling e-ticket afgewezen op grond van verjaring

Rechtbank Noord-Holland 28 oktober 2015, IT 1952; ECLI:NL:RBNHO:2015:11678 (Tickets4U tegen [gedaagde])
Gedaagde heeft via internet een toegangskaartje voor een evenement bij Tickets4U gekocht. Hij heeft tot op heden het verschuldigde bedrag niet voldaan. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat er sprake is van verjaring. Sprake van een consumentenkoop. Korte verjaringstermijn van artikel 7:28 BW van toepassing. Vorderingen worden afgewezen.

5.1. De kantonrechter zal eerst het beroep van [gedaagde] op bevrijdende verjaring behandelen. Voor beantwoording van de vraag of de vordering van Tickets4U is verjaard, is van belang of de overeenkomst tussen partijen moet worden beschouwd als een overeenkomst van consumentenkoop, in welk geval op grond van artikel 7:28 BW een korte verjaringstermijn van twee jaar van toepassing is.

5.3. Naar het oordeel van de kantonrechter is sprake van consumentenkoop. De koop van het recht om toegang te verkrijgen tot een bepaald evenement moet worden beschouwd als de koop van een vermogensrecht. Op grond van artikel 7:48 BW zijn de bepalingen van titel 1 van boek 7 BW inzake koop ook van toepassing op de koop van vermogensrechten, tenzij de aard van het recht zich hiertegen verzet. Naar het oordeel van de kantonrechter verzet de aard van het recht zich bij het kopen van een toegangskaartje voor een evenement niet tegen toepasselijkheid van de bepalingen van consumentenkoop. Tussen partijen is voorts niet in geschil dat Tickets4U handelt in de uitoefening van een bedrijf en dat [gedaagde] een particulier is, die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf. De korte verjaringstermijn van artikel 7:28 BW is dan ook van toepassing op een dergelijke koopovereenkomst.