Gepubliceerd op maandag 14 juli 2025
IT 4909
Rechtbank Noord-Holland ||
26 jul 2025
Rechtbank Noord-Holland 26 jul 2025, IT 4909; C/15/366577 (Long Island Yachts B.V. tegen AoC en Talpa Network), https://itenrecht.nl/artikelen/voorzieningenrechter-wijst-vordering-tot-preventief-uitzendverbod-voor-programma-bureau-onterecht-af

Uitspraak ingezonden door Patty de Leeuwe, Visser Schaap & Kreijger.

Voorzieningenrechter wijst vordering tot preventief uitzendverbod voor programma 'Bureau Onterecht' af

Vzr. Rb. Noord-Holland 26 juni 2025 (kop-staart), 10 juli 2025 (uitwerking), IEF 22799, IT 4909; C/15/366577 (Long Island Yachts B.V. tegen AoC en Talpa Network). De voorzieningenrechter beslist in dit kort geding onder andere over de vordering van Long Island Yachts B.V. (hierna: LIY c.s.) tot het verbieden van de uitzending van een item over dit bedrijf in het tv-programma Bureau Onterecht op 26 juni 2025. Dit is een programma van Talpa, geproduceerd door Acts of Crime (hierna: AoC). LIY c.s. hebben hun vorderingen tegen AoC onder meer gebaseerd op de stelling dat AoC de uitzending heeft geproduceerd en dat LIY c.s. daarin ten onrechte worden beschuldigd van (onder meer) oplichting van schuldeisers van de failliete vennootschap Lobsterboats Holding B.V. (hierna: Lobsterboats). AoC heeft in reactie daarop aangevoerd dat in de uitzending aan de orde zal komen dat zij onderzoek heeft gedaan op basis van onder meer gesprekken met zeven schuldeisers van Lobsterboats. Vanwege het spoedeisende karakter van de vordering van LIY c.s. werd op 26 juni 2025 een kop-staartvonnis gepubliceerd, waarna de uitwerking hiervan volgde.Ā 

De voorzieningenrechter stelt voorop dat LIY c.s. geen belang hebben bij hun vorderingen tegen Talpa Network, aangezien de verkeerde Talpa-entiteit is gedagvaard. Alleen Talpa TV B.V beschikt over een uitzendlicentie. Dit is niet weersproken en dus worden de vorderingen tegen Talpa Network afgewezen. Inhoudelijk werd geoordeeld dat het onvoldoende aannemelijk is dat de uitzending onrechtmatig en schadelijk is. Een preventief uitzendverbod is daarom niet gerechtvaardigd. De dingen die besproken worden in de uitzending vinden voldoende feitelijke basis. De schuldeisers die AoC heeft gesproken hebben namelijk verklaard dat [eiser 3] (de bestuurder van Lobsterboats) hen door middel van het tonen van fotos over de voortgang van de bouw van die boten, ertoe heeft bewogen (aanvullende) aanbetalingen te doen voor hun boten, terwijl in werkelijkheid de bouw van die boten nog niet was begonnen. Het is hiermee voldoende aannemelijk dat AoC haar journalistieke onderzoek voldoende zorgvuldig heeft uitgevoerd. Dat in de uitzending andere mededelingen zullen worden gedaan dan wat tijdens de procedure is besproken, is niet gebleken. De hoge drempel voor een preventief uitzendverbod wordt daarom niet bereikt en de vorderingen van LIY c.s. afgewezen.

4.12. De voorzieningenrechter stelt bij de beoordeling hiervan voorop dat voldoende aannemelijk is dat AoC haar journalistiek onderzoek voldoende zorgvuldig heeft uitgevoerd. Anders dan LIY c.s. stellen, is AoC niet alleen afgegaan op de klachten van de zeven schuldeisers, maar heeft zij de verhalen ook geverifieerd, bijvoorbeeld door met zes van de schuldeisers gesprekken te voeren, van de schuldeisers onderbouwende stukken te vragen. Verder heeft AoC zelf informatie verzameld over de onderneming van LIY c.s. en Lobsterboats, het standpunt van de curator opgevraagd en ook een strafrechtadvocaat en een jurist verzocht de casus te beoordelen.