Gepubliceerd op dinsdag 26 februari 2019
IT 2715
Rechtbank ||
31 jan 2019
Rechtbank 31 jan 2019, IT 2715; ECLI:NL:RBAMS:2019:645 (Mega Media Producties), https://itenrecht.nl/artikelen/verbod-om-in-de-toekomst-persoonsgegevens-te-verwerken-en-schadevergoeding-voor-immateri-le-schade-m

Verbod om in de toekomst persoonsgegevens te verwerken en schadevergoeding voor immateriële schade moeten via dagvaarding

Rechtbank Amsterdam 31 januari 2019, IT 2715; ECLI:NL:RBAMS:2019:645 (Mega Media Producties) AVG. Via de domeinnaam [website] is een website kenbaar waarop onder meer de volledige naam en geboortedatum van [verzoeker] zijn genoemd. Verder zijn artikelen die (naar de rechtbank begrijpt:) eerder in een landelijk dagblad zijn gepubliceerd en een dossier van 28 pagina’s over [verzoeker] op de website geplaatst. Verwerking persoonsgegevens met een uitsluitend journalistiek doeleinde. Vordering verwijdering persoonsgegevens, toekomstig verbod en immateriele schadevergoeding niet door middel van verzoekschriftprocedure maar dagvaardingsprocedure. Wisselbepaling.

4.3. Artikel 43 lid 1 Uitvoeringswet AVG bepaalt dat deze wet, met uitzondering van enkele hier nu niet relevante artikelen, niet van toepassing is in het geval van verwerking van persoonsgegevens voor uitsluitend journalistieke doeleinden. Artikel 43 lid 2 Uitvoeringswet AVG bepaalt dat onder meer hoofdstuk III van de AVG eveneens niet van toepassing is op de verwerking van persoonsgegevens voor uitsluitend journalistieke doeleinden. De rechtbank leidt hieruit af dat de verzoekschriftprocedure niet open staat voor de belanghebbende die – kort gezegd – beklaagt over verwerking van zijn persoonsgegevens voor uitsluitend journalistieke doeleinden.

4.6. Dat een zaak als de onderhavige alleen bij dagvaarding bij de civiele rechter aangebracht kan worden is ook gepast. Deze zaak gaat immers in essentie om de vraag of sprake is van een onrechtmatige publicatie en of hierdoor immateriële schade is veroorzaakt. Dergelijke zaken dienen in beginsel door middel van een dagvaardingsprocedure aanhangig gemaakt te worden nu hierbij door de wetgever bepaalde waarborgen in het leven zijn geroepen, onder meer om er voor te zorgen dat de gedaagde partij ook inderdaad betrokken wordt in de procedure.

4.8. Artikel 69 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (hierna: Rv) bepaalt dat indien een procedure met een verzoekschrift is ingeleid in plaats van met een dagvaarding de rechter, zo nodig, de aanlegger beveelt binnen een bepaalde termijn op kosten van de aanlegger het stuk waarmee de procedure is ingeleid, te verbeteren of aan te vullen. Verder dient de rechter een dag te bepalen waarop de zaak op de rol zal komen. Heeft nog geen oproeping van de verweerder plaatsgevonden, dan beveelt de rechter eveneens dat deze dag door de aanlegger bij exploot aan de verweerder wordt aangezegd.