26 sep 2024
Ordemaatregel om crypto-account te bevriezen
Rb. Amsterdam 26 september 2024, IT 4686; ECLI:NL:RBAMS:2024:6472 (eisers tegen gedaagde en Payward) Eisers zijn slachtoffer geworden van een beleggingsfraude die is gepleegd door gedaagde. Zij dachten obligaties te kopen via een account van een investment firma maar dit account bleek nep te zijn. Deze gelden zijn door gedaagde ondergebracht in een crypto-account bij Payward. Eisers hebben bij verstek hun kosten en de rente gevorderd, welke zijn toegewezen door de rechtbank Midden-Nederland en de rechtbank Amsterdam. Tegen deze vonnissen is geen verzet ingesteld door gedaagde, maar eisers hebben de betalingen niet ontvangen. Hierdoor stellen eisers dat zij recht hebben op en belang hebben bij een ordemaatregel die ertoe strekt het account van gedaagde bij Payward te bevriezen.
De voorzieningenrechter acht het voldoende aannemelijk dat eisers slachtoffer zijn geworden van fraude en dat er spoedeisend belang bestaat. Hierbij hebben zij gesteld dat de ordemaatregel ex parte moet worden gegeven. De voorzieningenrechter stelt dat doordat conservatoir beslag ex parte gegeven kan worden wanneer de vordering deugdelijk wordt geacht, ditzelfde gezegd kan worden voor een ex parte gegeven ordemaatregel. In dit geval stelt de voorzieningenrechter dat eisers voldoende aanleiding hebben gegeven de vorderingen te verlenen. Omdat een ordemaatregel niet te lang mag duren geeft de voorzieningenrechter verlof aan eisers om op verkorte termijn te dagvaarden. Payward wordt bevolen het account van gedaagde te bevriezen.
2.5. De voorzieningenrechter is van oordeel dat eisers aan de hand van de conceptdagvaarding en de daarbij behorende producties voorshands voldoende aannemelijk hebben gemaakt dat zij het slachtoffer zijn geworden van fraude. Eveneens hebben zij voldoende aannemelijk gemaakt dat zij een spoedeisend belang hebben bij de verzochte ordemaatregel en dat die ordemaatregel in dit geval ex parte moet worden gegeven, omdat die anders te gemakkelijk kan worden ontlopen. Een parallel kan worden getrokken met het leggen van conservatoir beslag waarvoor de voorzieningenrechter het verlof in de regel ook ex parte verleent, indien het bestaan van de vordering summierlijk deugdelijk wordt geacht. Dit alles maakt dat voldoende aanleiding bestaat de ordemaatregel te verlenen zoals verzocht.