Gepubliceerd op vrijdag 5 juli 2019
IT 2816
Rechtbank ||
15 feb 2019
Rechtbank 15 feb 2019, IT 2816; ECLI:NL:RBAMS:2019:3831 (Wedel Software tegen Bauer Media), https://itenrecht.nl/artikelen/niet-nakomen-licentieovereenkomst-software

Niet nakomen licentieovereenkomst software

Vzr. Rechtbank Amsterdam 15 februari 2019, IEF 18570, IT 2816; ECLI:NL:RBAMS:2019:3831 (Wedel Software tegen Bauer Media) Kort geding. Uitleg licentieovereenkomst software. Vordering staken inbreuk auteursrechten afgewezen. Wedel is een bedrijf in software voor radio- en televisiezenders. Zij heeft MediaSales Software ontwikkeld, waarmee radiostations op eenvoudige wijze radiocommercials kunnen inplannen en uitzenden. Bauer houdt zich bezig met de exploitatie van radiostations. Partijen zijn in 2014 een ‘Financial Agreement’ en een ‘License Agreement’ overeengekomen, voor het gebruik van de MediaSales software van Wedel door Bauer. Het geding gaat om de vraag of Bauer op grond van de License Agreement gerechtigd is tot toevoeging van extra radiozenders voor het gebruik van de software van Wedel, al dan niet tegen betaling, en zo nee, wat daarvan de gevolgen zijn. De License Agreement kan het gebruik van de software voor meer dan 72 zenders impliceren. Er is geen specifieke redelijke tegenprestatie gevraagd, maar slechts gedreigd met algehele beëindiging van de dienstverlening. Gevraagde voorzieningen worden afgewezen.

4.6.
Omdat de License Agreement het gebruik van de software voor meer dan 72 zenders kan impliceren, is inbreuk op een intellectueel eigendomsrecht van Wedel voorshands niet aan de orde.

4.7.
Bauer heeft verder aangevoerd dat toewijzing van de vordering onevenredig nadeel voor haar zou meebrengen en dat zij onmogelijk aan een eventuele veroordeling zou kunnen voldoen. Zoals nader toegelicht ter zitting komt dit verweer erop neer Wedel met het gevorderde misbruik van bevoegdheid maakt en/of dat eisen van redelijkheid en billijkheid zich verzetten tegen de toewijzing van de vordering. Daarover wordt het volgende overwogen.

4.8.
In beginsel mag de aanbieder wiens wederpartij zonder redelijke grond weigert een gedeelte van de verschuldigde tegenprestatie voor haar diensten te voldoen, haar daartegenover staande verplichtingen opschorten voor zover de tekortkoming dit rechtvaardigt (artikel 6:262 lid 2 Burgerlijk Wetboek (BW)). Zij mag ook - in beginsel na ingebrekestelling/verzuim - de overeenkomst ontbinden (artikel 6:265 lid 1 BW). Daarnaast is tussentijdse opzegging van de overeenkomst mogelijk, zelfs als deze voor bepaalde tijd is aangegaan, in dat laatste geval indien naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is van de aanbieder te verlangen dat zij haar dienstverlening (in zoverre kosteloos) voortzet.

4.9.
In dit geval heeft Wedel gedreigd, in ieder geval in de brief van 24 januari 2019 (zie bij 2.12), de gehele dienstverlening te staken, ook wat de gecontracteerde 72 stations betreft. Aannemelijk is dat daardoor een onevenredig grote schade dreigt voor de wederpartij, die stelt een advertentievolume van afgerond € 200.000 per dag te genereren, en dat het op korte termijn voor haar onmogelijk is van de diensten van een andere dienstverlener gebruik te maken. Onder deze omstandigheden is niet alleen een algehele, maar ook een gedeeltelijke beëindiging van de dienstverlening (dit laatste wat betreft de extra 26 stations) pas aanvaardbaar nadat Wedel tegenover Bauer uitdrukkelijk aanspraak heeft gemaakt op voldoening van een redelijke meerprijs (in verband met overschrijding van het aantal overeengekomen aantal radiostations) en Bauer ondubbelzinnig zou hebben geweigerd hieraan te voldoen. Ter zitting is echter gebleken dat tot dusver geen aanspraak is gemaakt op een specifieke redelijke tegenprestatie, maar slechts is gedreigd met algehele beëindiging van de dienstverlening. Onder deze omstandigheden kan de verlangde voorziening in geen van zijn onderdelen worden toegewezen.

4.10.
Tot slot wordt nog overwogen dat, afgezien van het geschil met betrekking tot de toegevoegde radiozenders, van enige – andere – inbreuk op intellectuele eigendomsrechten van Wedel geen sprake is.