Gepubliceerd op woensdag 31 augustus 2022
IT 4040
Rechtbank Rotterdam ||
25 jul 2022
Rechtbank Rotterdam 25 jul 2022, IT 4040; ECLI:NL:RBROT:2022:7256 (Eiseres tegen het College), https://itenrecht.nl/artikelen/medische-gegevens-mochten-niet-gevorderd-worden

Medische gegevens mochten niet gevorderd worden

Rb. Rotterdam 25 juli 2022, IT 4040; ECLI:NL:RBROT:2022:7256 (eiseres tegen het College) Het College van B&W van Rotterdam heeft eiseres een boete opgelegd wegens het nalaten om geschriften over te leggen. Vervolgens heeft het College het bezwaar van eiseres tegen dit besluit ongegrond verklaard. Eiseres heeft vervolgens tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Eiseres voert aan dat het College in strijd heeft gehandeld met de AVG doordat zij zonder deugdelijke grondslag medische persoonsgegevens heeft gevorderd en verwerkt. Uit de door het College gevorderde bewijzen kan specifieke informatie over de gezondheidstoestand van eiseres worden afgeleid. De rechtbank meent dat niet gebleken is dat het College dergelijke gegevens mocht vorderen. De rechtbank oordeelt dan ook dat het College in strijd heeft gehandeld met de AVG. Het beroep van eiseres wordt door de rechtbank gegrond verklaard en het bestreden besluit wordt vernietigd. Eiseres hoeft geen boete te betalen

4.4. Volgens verweerder is geen sprake van verwerking van persoonsgegevens over de gezondheid van eiseres. De rechtbank volgt verweerder hierin niet. Verweerder heeft van eiseres bewijzen omtrent doktersafspraken, tandartsbezoeken en ziekenhuisbezoeken gevorderd. Naar het oordeel van de rechtbank gaat het hierbij om gegevens over de gezondheidstoestand van eiseres. Uit de gevorderde bewijzen kan namelijk bepaalde informatie over de lichamelijke of geestelijke gezondheidstoestand van eiseres worden afgeleid. Zo zou uit deze bewijzen afgeleid kunnen worden hoe vaak eiseres een arts bezoekt en welke polikliniek in het ziekenhuis zij bezoekt. Het vorderen van deze gegevens, en daarmee de beoogde verwerking ervan, is op grond van artikel 9, eerste lid, van de AVG verboden, tenzij aan een van de voorwaarden uit het tweede lid van dit artikel wordt voldaan. Verweerder heeft echter niet toegelicht dat hiervan sprake is. Dit is de rechtbank ook niet gebleken. De rechtbank gaat er daarom van uit dat deze handelwijze van verweerder in strijd is met de AVG.