Gepubliceerd op donderdag 27 juli 2023
IT 4329
Rechtbank Midden-Nederland ||
17 mei 2023
Rechtbank Midden-Nederland 17 mei 2023, IT 4329; ECLI:NL:RBMNE:2023:2657 (Eiseres/Gedaagde), https://itenrecht.nl/artikelen/maatstaven-van-redelijkheid-en-billijkheid-temperen-eis-tot-betaling

Maatstaven van redelijkheid en billijkheid temperen eis tot betaling

Rechtbank Midden-Nederland 17 mei 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:2657, IT 4329 (Eiseres/Gedaagde) In deze zaak vordert eiseres een vergoeding wegens een tekortkoming aan zijde van de gedaagde. Gedaagde en eiseres waren overeengekomen dat eiseres voor de duur van 24 maanden enkele IT-diensten voor eiseres zou uitvoeren. Bij ontbinding van het contract zou eiseres aanspraak maken op het restant van het bedrag dat gedaagde had moeten betalen als het contract niet was ontbonden. De betalingen die gedaagde voor de IT-diensten verschuldigd was, zijn onbetaald gebleven. Gedaagde stelt namelijk dat eiseres haar gemaakte afspraken niet nakwam en hij het recht had om de overeenkomst daarom op te schorten. Eiseres ontbindt het contract en vordert betaling van het openstaande saldo (hierna: de eerste eis) en betaling van de contractueel bedongen 'verbrekingsvergoeding' (hierna: de tweede eis).

De kantonrechter geeft aan dat er, op verzoek van gedaagde, ruimte is om de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid toe te passen. Eiseres heeft namelijk erkend dat zij haar verplichtingen uit de overeenkomst niet deugdelijk is nagekomen. De eerste eis van eiseres wordt niet toegewezen, nu er geen diensten zijn geleverd waar gedaagde daadwerkelijk iets aan had. Ook ten aanzien van de tweede eis wijst de rechter op de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid. Het zou onredelijk zijn als het bedrag dat eigenlijk over zestien maanden verspreid was in eenmaal opeisbaar zou worden, zeker nu daar geen diensten tegenover staan. Eveneens wordt rekening gehouden met de verschillen in de machtspositie tussen partijen. Eiseres is een grote onderneming, gedaagde is een eenmanszaak met beperkte financiën. Het handhaven van de verbrekingsvergoeding zou daarmee tot een onbillijk resultaat leiden. De rechter wijst de vorderingen van eiseres af.

4.4 Hoewel hier de nodige terughoudendheid op zijn plaats is, ziet de kantonrechter in de gegeven omstandigheden aanleiding om aan deze rechtsregel toepassing te geven. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat [eiseres] in haar e-mail van 16 september 2021 heeft erkend dat zij haar verplichtingen uit de overeenkomst niet deugdelijk was nagekomen en gelet hierop ook heeft voorgesteld het openstaande saldo tot 26 september 2021 te crediteren en de overeenkomst per 26 september 2021 opnieuw te laten ingaan voor de duur van 24 maanden. [gedaagde] is niet op dit aanbod ingegaan. [eiseres] heeft niet onderbouwd dat zij de overeenkomst vanaf die datum tot 8 december 2021, het moment waarop zij haar vordering uit handen heeft gegeven en een beroep op artikel 8.3 van de overeenkomst heeft gedaan, wel deugdelijk is nagekomen. Zij heeft de stelling van [gedaagde] dat hij niets aan de landingspagina’s heeft gehad en dat zijn bedrijf totaal onvindbaar was, ook niet weersproken. Zij heeft weliswaar een productie met statistieken over de periode 29 april 2021 - 2 september 2021 in het geding gebracht, maar heeft niet toegelicht welke conclusies volgens haar uit deze producties kunnen worden getrokken. De kantonrechter gaat daarom aan deze productie voorbij. Gelet hierop is onvoldoende komen vast te staan dat [eiseres] voor de maandelijkse vergoedingen die zij bij [gedaagde] in rekening heeft gebracht een tegenprestatie heeft verricht waar [gedaagde] iets aan heeft gehad. De vordering tot betaling van de facturen tot 8 december 2021 wordt daarom afgewezen.

4.7 Het beroep van [gedaagde] op de zogenoemde beperkende werking van de redelijkheid en de billijkheid als bedoeld in artikel 6:248 lid 2 BW slaagt. Hierbij is van belang het verschil in positie tussen partijen (grote onderneming tegenover een eenmanszaak met beperkte financiële armslag) en het feit dat [gedaagde] bij betaling van de volledige vergoeding zal betalen voor iets wat nooit geleverd wordt. [eiseres] heeft weliswaar een toelichting gegeven op de reden waarom zij een verbrekingsvergoeding vordert, maar heeft niet met cijfers inzichtelijk gemaakt dat de aanvangsinvestering die zij heeft gedaan in redelijke verhouding staat tot de gevorderde vergoeding.