4 nov 2022
Uitspraak ingezonden door Jurre Reus en Nina Scholten, Houthoff.
Klachten beoordelingensysteem Marktplaats afgewezen
Geschillencommissie Thuiswinkel 4 november 2022, IT 4150, RB 3721; 175488/181774 (eiser tegen Marktplaats) Marktplaats maakt gebruik van een systeem waarbij gebruikers op geautomatiseerde wijze kan worden gevraagd om elkaars ervaringen te delen en elkaar te beoordelen. Eiser klaagt dat Marktplaats zich schuldig maakt aan een oneerlijke handelspraktijk en tekortschiet in verplichtingen uit de met hem gesloten overeenkomsten. Dit omdat consumenten en aanbieders worden gevraagd om elkaar beoordelen zonder dat er iets gekocht is. Hierdoor wordt geen betrouwbaar beeld verkregen. Met betrekking tot de oneerlijke handelspraktijk oordeelt de Geschillencommissie dat zij op grond van haar reglement niet bevoegd is om hierover te oordelen. Ook een algemene principiële beslissing over het door Marktplaats gehanteerde systeem behoort niet tot de taak en bevoegdheid van de commissie. De eis met betrekking tot de gesloten overeenkomsten wordt afgewezen omdat op grond van de Algemene Bepalingen van Marktplaats niet is vereist dat daadwerkelijk een koop wordt gesloten.
Voor zover het verwijt van de consument een onrechtmatig handelen van de ondernemer inhoudt, is alleen de overheidsrechter bevoegd om daarover te beslissen. Ook voor zover de consument van de commissie een algemene principiële beslissing verwacht over het door de ondernemer gehanteerde (publiek zichtbare) systeem met beoordelingen en reviews, behoort dat niet tot de taak en bevoegdheid van de commissie. De commissie heeft volgens artikel 3 van haar Reglement immers slechts:
“(...) tot taak geschillen tussen consument en ondernemer te beslechten, voor zover deze betrekking hebben op de (...) uitvoering van overeenkomsten (...) met betrekking tot door de ondernemer te leveren of geleverde diensten en/of zaken (...)”Anders dan de consument veronderstelt, is voor het vragen van een beoordeling dus niet vereist dat daadwerkelijk een koop werd gesloten. Artikel 14 AB stelt die eis niet als voorwaarde, maar geeft aan dat een beoordeling kan worden gevraagd aan en over een gebruiker en adverteerder die onderling hebben gecommuniceerd en onderling veel interactie hebben gehad. Voor zover de consument moeite heeft met een beoordeling over hem zoals die publiek zichtbaar is, blijkt uit artikel 14 AB dat de ondernemer daarop in beginsel geen invloed heeft en zich daarvoor als zodanig niet verantwoordelijk acht.