12 nov 2023
Inschrijving aanbesteding terecht ongeldig verklaard
Rb. Den Haag 12 november 2023, IT 4723; ECLI:NL:RBDHA:2023:18134 (Konica Minolta tegen Aeres) SURF, is namens diverse onderwijsinstellingen waaronder Aeres, een aanbestedingsprocedure gestart voor de levering van multifunctionals. Konica Minolta diende een inschrijving in en werd geselecteerd voor de raamovereenkomst. In de daaropvolgende minicompetitie vulde Konica Minolta voor bepaalde onderdelen, zoals implementatie en migratiekosten, een prijs van nul euro in. Aeres vroeg om een nadere onderbouwing van deze nulprijzen, waarop Konica Minolta verklaarde dat deze kosten al waren opgenomen in andere tarieven. Aeres verklaarde de inschrijving van Konica Minolta ongeldig, waarna Konica Minolta in kort geding vorderde dat Aeres de gunningsbeslissing zou intrekken en de inschrijving opnieuw zou beoordelen. De rechtbank oordeelt dat Aeres terecht de inschrijving van Konica Minolta ongeldig heeft verklaard. De rechtbank stelt vast dat de aanbestedingsstukken duidelijk voorschreven dat de kosten voor migratie, implementatie en compensatie van CO2-uitstoot in de NOK-fase moesten worden opgegeven en niet in de ROK-fase. Konica Minolta had deze kosten verdisconteerd in andere tarieven, wat volgens de rechtbank in strijd is met de transparantie- en mededingingsbeginselen. De rechtbank wijst de vorderingen van Konica Minolta tot herbeoordeling van de inschrijving en heraanbesteding af.
4.5. Hiervoor in 4.3. is al overwogen dat uit de aanbestedingsstukken volgt dat de kosten voor migratie, implementatie en compensatie van CO2-uitstoot in het kader van de minicompetitie moesten worden ingevuld op het Prijzenblad Nadere Overeenkomst. Daartoe moesten de op dat prijzenblad weergegeven groene cellen worden gebruikt. Konica Minolta heeft gesteld dat zij voor de onderdelen migratie, implementatie en compensatie van CO2-uitstoot mocht inschrijven met een prijs van nul euro omdat dit nergens in de aanbestedingsstukken is uitgesloten. Hoewel aan Konica Minolta moet worden toegegeven dat in het Beschrijvend Document alleen is vermeld dat inschrijvingen marktconform moeten zijn en dat een te scherpe prijsstelling (abnormaal hoog of laag) is verboden en dat uit de Nota van Inlichtingen alleen blijkt dat inschrijven met negatieve prijzen niet is toegestaan, valt niet in te zien op grond waarvan Konica Minolta in de gegeven omstandigheden voor migratie, implementatie en compensatie van CO2-uitstoot een prijs van nul euro mocht aanbieden. Konica Minolta heeft immers bevestigd dat zij voor deze onderdelen wel kosten maakt, maar dat zij deze heeft ondergebracht in haar tarieven voor huur en software om een minimum aan facturen te kunnen sturen, waardoor de administratieve last van deelnemende onderwijsinstellingen, in dit geval Aeres, daalt en kostenbesparingen worden gerealiseerd. Aeres heeft daarom terecht betoogd dat de door Konica Minolta aangeboden prijzen van nul euro voor migratie, implementatie en compensatie van CO2-uitstoot feitelijk geen nul euro bedragen, omdat Konica Minolta hiervoor wel kosten maakt, en dat daarmee de aangeboden prijzen van nul euro niet marktconform en kostendekkend zijn, zoals in de aanbestedingsstukken is voorgeschreven. Daarbij heeft Aeres voldoende onderbouwd dat de door Konica Minolta gestelde kostenbesparing door de kosten onder te brengen in haar tarieven voor huur en software niet is uitgevraagd in de aanbestedingsprocedure en dat Konica Minolta met dit argument niet voorbij kan gaan aan de door Aeres in de aanbestedingsstukken voorgeschreven werkwijze.
4.9. Subsidiair heeft Konica Minolta zich op het standpunt gesteld dat de lezing die Aeres nu aan de aanbestedingsstukken geeft in strijd is met het transparantiebeginsel, zodat Aeres, als zij de opdracht nog wil gunnen, voor wat betreft de NOK-fase een nieuwe aanbestedingsprocedure (minicompetitie) moet houden. Volgens Konica Minolta bevatten de aanbestedingsstukken immers geen duidelijk, precies en ondubbelzinnig verbod om prijzen van nul euro in te vullen op het Prijzenblad Nadere Overeenkomst. Nog daargelaten dat, zoals hiervoor al is overwogen, Konica Minolta voor de onderdelen migratie, implementatie en compensatie van CO2-uitstoot feitelijk niet met een prijs van nul euro heeft ingeschreven, is de voorzieningenrechter van oordeel dat uit de aanbestedingsstukken duidelijk, precies en ondubbelzinnig blijkt dat de kosten voor migratie, implementatie en compensatie van CO2-uitstoot afhankelijk zijn van de wensen van de deelnemende onderwijsinstellingen, dat deze om die reden in de NOK-fase moesten worden begroot, dat de betreffende kosten vervolgens op de juiste plek op het Prijzenblad Nadere Overeenkomst moesten worden ingevuld (te weten de groengekleurde cellen) en dat deze marktconform en reëel moesten zijn. Konica Minolta had op basis van die stukken als behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende inschrijver dan ook moeten begrijpen dat het niet was toegestaan om de kosten die zij zal maken voor migratie, implementatie en compensatie van CO2-uitstoot niet binnen de daarvoor bestemde posten op het Prijzenblad Nadere Overeenkomst, maar in haar tarieven voor huur en software onder te brengen. Tegen die achtergrond heeft Konica Minolta haar stelling dat de aanbestedingsstukken niet transparant zijn niet aannemelijk gemaakt. De subsidiaire vordering wordt daarom afgewezen.