Gepubliceerd op dinsdag 25 maart 2025
IT 4820
Stichting Geschillenoplossing automatisering ||
10 okt 2022
Stichting Geschillenoplossing automatisering 10 okt 2022, IT 4820; (Leverancier tegen afnemer), https://itenrecht.nl/artikelen/geen-tekortkoming-it-leverancier-bij-cloudmigratie

Geen tekortkoming IT-leverancier bij cloudmigratie

SGOA 10 oktober 2022, IT 4820 (Leverancier tegen afnemer). Een IT-leverancier sluit een overeenkomst met een bedrijf op grond waarvan een specifieke persoon als interim IT-manager werkzaamheden zal verrichten in het kader van een migratie naar de cloud. Bij de migratie treden problemen op. Het bedrijf vordert betaling voor haar werkzaamheden, de IT- leverancier vergoeding van de schade die zij door de problemen heeft geleden. Het scheidsgerecht stelt vast dat op de IT-leverancier slechts inspanningsverbintenissen rustten, en dat de IT-Leverancier in de nakoming daarvan niet is tekortgeschoten. De IT-leverancier heeft volgens het scheidsgerecht ook de zorgplicht niet geschonden. De betalingsvordering wordt daarom toegewezen, de schadevergoedingsvordering afgewezen.

4.12 Als verlener van automatiseringsdiensten, kent [Afnemer] de uitdagingen die 8 zich kunnen voordoen bij de uitvoering van een IT-project. [Afnemer] had daarmee de kennis om bij te sturen op verschillende momenten. [Afnemer] had ook de mogelijkheid daartoe en heeft daarvan gebruik gemaakt. Het scheidsgerecht stelt vast dat [Afnemer] een sturende invloed heeft gehad – door de rol in de stuurgroep en beslissingen waarbij [Afnemer] zelf de knoop heeft doorgehakt – die van cruciale betekenis zijn geweest voor het project. In het bijzonder kunnen worden genoemd (i) de beslissing van [Afnemer] om de latende leverancier [IT Servicekantoor] op te zeggen tegen 1 september 2021 en (ii) de beslissing om, ondanks de problemen die zich voordeden met de migratie van de L/XL gebruikers en de waarschuwing die is afgegeven door zowel [Leverancier] als de nieuwe leverancier [Toeleverancier], toch alles op alles te zetten om 1 september 2021 te halen. Met de eerste beslissing heeft [Afnemer] een risico genomen in de wetenschap dat zich in de laatste fase tegenvallers kunnen voordoen. Toen de onverhoopte vertraging zich voordeed, heeft [Afnemer] ervoor gekozen alles op alles te zetten om toch de datum van 1 september te halen en daaraan prioriteit te geven. Aan [Leverancier] is op dat moment niet verzocht een nieuwe planning en kostenbegroting te maken. Dat er toen additionele kosten zijn gemaakt en werkzaamheden zijn verricht die mogelijk op een ander moment wellicht door [Afnemer] zelf hadden kunnen worden verricht, valt [Leverancier] niet aan te rekenen.