17 okt 2022
Kopieer citeerwijze ||
CIMSolutions tegen de Staat, Hero, Need Staffing en NCIM
Geen nieuwe gunningsbeslissing vereist
Vzr. Rechtbank Den Haag 7 oktober 2022, IT 4183; ECLI:NL:RBDHA:2022:12468 (CIMSolutions tegen de Staat, Hero, Need Staffing en NCIM) De Staat heeft op 25 februari 2022 door middel van een “Aankondiging van een opdracht” een Europese openbare aanbesteding aangekondigd voor de tijdelijke inzet van ICT-professionals ten behoeve van het ministerie van Defensie. Er was op 12 mei 2022 een storing in Tendernet waardoor er geen communicatie mogelijk was tussen IUC-EZK en de inschrijvers. Nadat de storing verholpen was, heeft IUC-EZK aan CIMSolutions de juiste reactie op haar vragen gestuurd en ook de beantwoording verzonden aan de zes inschrijvers aan wie dat vanwege de storingen eerder niet mogelijk was. Op 12 juli 2022 is de gunningsbeslissing bekend gemaakt. Daarin is vermeld dat CIMSolutions eindigde als achtste en daardoor niet in aanmerking voor gunning komt. CIMSolutions vordert dat het de Staat wordt verboden de opdracht definitief te gunnen, en wordt geboden een nieuwe Proeve van Bekwaamheid uit te schrijven en de scores van die nieuwe Proeve van Bekwaamheid te gebruiken voor het maken van een nieuwe gunningsbeslissing. De vordering wordt afgewezen omdat de voorzieningenrechter het onvoldoende aannemelijk acht dat CIMSolutions daadwerkelijk is benadeeld door het feit dat zij een uur korter dan een aantal andere inschrijvers de tijd heeft gehad om de beantwoording van de door haar gestelde vragen mee te nemen in de door haar op te stellen uitwerking van de casus.
5.5. In haar dagvaarding heeft CIMSolutions er voornamelijk op gewezen dat haar uitwerking van de casus minder goed is beoordeeld omdat zij door tijdgebrek hieraan niet de vereiste zorgvuldigheid heeft kunnen besteden. Hiertegen is naar het oordeel van de voorzieningenrechter terecht ingebracht dat CIMSolutions na ontvangst van de beantwoording van haar vragen zes uur de tijd gehad heeft voor het voltooien van haar uitwerking van de casus, wat evenveel is als vooraf was aangegeven. De door de Staat gekozen oplossing voor het omgaan met de technische storing in TenderNed in combinatie met de storing in het e-mailverkeer kan derhalve niet als oorzaak van het tijdgebrek bij CIMSolutions worden beschouwd.
5.6. Door de Staat is verder aangevoerd dat CIMSolutions een lagere score heeft behaald omdat zij een casusvraag, waarop de aanvullend verkregen informatie geen betrekking had, niet heeft beantwoord. CIMSolutions heeft ontkend dat zij een vraag niet heeft beantwoord, maar, omdat zij de beoordeling als zodanig niet ter discussie wilde stellen, deze ontkenning niet verder onderbouwd.
5.7. Ter terechtzitting heeft CIMSolutions er nog op gewezen dat één van haar vragen betrekking had op het warehousemanagementsysteem waarvoor in de Proeve de kandidaten werden gevraagd. Volgens CIMSolutions kon zij pas nadat zij het antwoord op die vraag had ontvangen op zoek gaan naar geschikte kandidaten. Omdat specialisten in het betreffende systeem gericht gezocht moeten worden, heeft het feit dat zij een uur korter dan een aantal andere inschrijvers kon zoeken (terwijl zij ook pas een uur later dan dezelfde groep inschrijvers kon starten met zoeken) haar benadeeld. Door de Staat en de tussenkomende partijen is evenwel terecht aangevoerd dat uit de aanbestedingsdocumenten blijkt dat gewerkt moest kunnen worden met “beproefde en bewezen technieken”. Onweersproken is dat er wereldwijd slechts drie relevante leveranciers zijn met een systeem dat aan deze kwalificatie beantwoordt. Ook de andere inschrijvers dienden derhalve de checkvraag te stellen om welk systeem het ging, maar dat heeft hen, naar zij aanvoeren, er niet van weerhouden om, voordat zekerheid was gegeven over welk systeem in de casus werd gebruikt, om voor elk van die systemen alvast kandidaten te zoeken. Nadat uit de het door de aanbestedende dienst verstrekte antwoordblad was gebleken om welk systeem het ging, kon, uitgaande van de al geselecteerde specialisten, een definitieve selectie worden gemaakt. Omdat in het Aanbestedingsdocument staat dat de kandidaten in het kader van de Proeve niet daadwerkelijk beschikbaar behoeven te zijn of op gesprek te komen, gaat het argument van CIMSolutions dat zij is benadeeld dat andere inschrijvers al een uur lang bezig waren om kandidaten exclusief aan zich te binden voordat CIMSolutions daarvoor de gelegenheid kreeg niet op. Als CIMSolutions, zoals zij op sommige momenten ter terechtzitting heeft betoogd, pas na ontvangst van de beantwoording van haar vragen, is gestart met het proces van zoeken en selecteren van specialisten, is dit een gevolg van een door haarzelf gekozen strategie, en kan de beperking die zij bij het uitvoeren daarvan heeft ondervonden niet als een gevolg van de door de Staat gekozen aanpassing van het aanbestedingsproces worden beschouwd.
5.8. Bij de beoordeling van de vraag of voldoende aannemelijk is dat CIMSolutions daadwerkelijk benadeeld is, weegt de voorzieningenrechter voorts nog mee dat op de scoringstabel die naar aanleiding van de aanbesteding is gemaakt, geen correlatie zichtbaar is tussen het moment van ontvangst van de beantwoording op de gestelde vragen en de positie op de tabel. Partijen die later dan CIMSolutions de beantwoording op de gestelde vragen hebben ontvangen, hebben een hogere score behaald.
5.9. Op basis van het voorgaande acht de voorzieningenrechter onvoldoende aannemelijk dat CIMSolutions daadwerkelijk is benadeeld door het feit dat zij een uur korter dan een aantal andere inschrijvers de tijd heeft gehad om de beantwoording van de door haar gestelde vragen mee te nemen in de door haar op te stellen uitwerking van de casus. Dit betekent dat de vorderingen van CIMSolutions niet voor toewijzing in aanmerking komen.