Brief tot uitnodiging is een besluit
ABRvS 13 juni 2012, LJN BW8137 (appellanten tegen Stichting Openbaar Onderwijs Groep Groningen)
Inzagerecht. Privacy. Algemeen bestuursrecht.
Verzoek tot afschrift van dossiers, stukken en schoolinformatie over zoon van appellanten (ex. artikel 35 Wbp). De brief van de rector waarin appellanten worden uitgenodigd, is een besluit in de zin van de Awb. Het is een uitnodiging en een verwijzing klaarblijkelijk met het doel vast te stellen waarvan afschrift wordt verzocht.
Bij brief van 16 maart 2010 heeft [appellant] het Praedinius Gymnasium te Groningen verzocht afschriften te verstrekken van alle complete dossiers, schoolrapporten, het schoolreglement, alle stukken met betrekking tot de medezeggenschapsraad (hierna: de MR) en schoolinformatie met betrekking tot zijn [zoon].
[appellant] betoogt dat de rechtbank de informatieve brief van de rector van 27 april 2010 ten onrechte als een besluit in de zin van de Awb heeft aangemerkt. Het is een uitnodiging en een verwijzing klaarblijkelijk met het doel vast te stellen waarvan afschrift wordt verzocht. Ook ontbreekt de wettelijk verplichte rechtsmiddelenverwijzing en is de brief ondertekend met de woorden "met vriendelijke groet", waardoor [appellant] mocht menen dat deze brief dan ook geen besluit was, aldus [appellant]. Volgens hem houdt de brief mededelingen van feitelijke handelingen in en is deze niet op rechtsgevolg gericht.
2.6.1. De Afdeling is met de rechtbank van oordeel dat de brief van 27 april 2010 een besluit is op het verzoek van [appellant] van 16 maart 2010. De stichting heeft er terecht op gewezen dat in de brief van 27 april 2010 puntsgewijs is gereageerd op de verschillende gegevens waarom [appellant] heeft gevraagd. Zoals hiervoor is overwogen, diende het verzoek gelet op de bewoordingen te worden opgevat als gedaan ingevolge artikel 35 van de Wbp. Deze wet verplicht niet tot het verstrekken van afschriften van de beschikbare gegevens. De Afdeling deelt daarom het oordeel van de rechtbank dat met het bieden bij brief van 27 april 2010 van de mogelijkheid tot inzage in het schooldossier de rector namens de stichting op de aanvraag van [appellant] heeft beslist. Het al dan niet opnemen van de verplichte rechtsmiddelenverwijzing en de wijze van ondertekening is voor het antwoord op de vraag of de stichting op 27 april 2010 een besluit in de zin van de Awb heeft genomen niet doorslaggevend.
2.6.2. De rechtbank heeft terecht overwogen dat het beslissen op de aanvraag van [appellant] betekent dat geen beroep meer kon worden ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit. Daarom heeft de rechtbank het beroep van [appellant] als bedoeld in artikel 6:2, aanhef en onder b, van de Awb terecht niet-ontvankelijk verklaard en doorgezonden naar de stichting ter behandeling als bezwaar.
Op andere blogs:
Dirkzwagerieit (Raad van State: aan inzage recht Wbp voldaan door uitnodiging gesprek)