Voorzieningenrechter acht abitrale zaken E-Court niet gevoegd
Vzr. Rechtbank Overijssel 5 september 2013, ECLI:NL:RBOVE:2013:2138 (E-Court)
Arbitrage, exequatur, samenvoeging, online geschilbeslechting. E-Court wenst uitspraak van de voorzieningenrechter over over de haalbaarheid van verlening van exequatur van, volgens haar, één arbitraal vonnis bestaande uit een drietal ‘samengevoegde’ arbitrale zaken. De voorzieningenrechter stelt dat uit de inhoud van het arbitraal vonnis niet blijkt van samenvoeging van zaken. De arbiter heeft niet getoetst of de zaken samenhangen in die zin dat de zaken gelijke feiten en/of gelijke rechtsvragen betreffen op grond waarvan bij afzonderlijke berechting een risico van tegenstrijdige beslissingen ontstaat. De voorzieningenrechter kan niet het verzoek tot tenuitvoerlegging van het 'ene arbitrale vonnis' verlenen.
De beoordeling
2.3 In de kern komt het verzoek van E-Court er op neer dat zij een uitspraak wenst van de voorzieningenrechter in deze rechtbank over de haalbaarheid van verlening van exequatur van - naar haar eigen zeggen - één arbitraal vonnis bestaande uit een drietal ‘samengevoegde’ arbitrale zaken. In het bijzonder gaat het E-Court daarbij om de gevolgen dat zulks heeft voor de heffing van griffierechten.2.4 De voorzieningenrechter stelt voorop dat uit de inhoud van het arbitraal vonnis niet blijkt van samenvoeging van zaken. De arbiter heeft, gelet op de inhoud van het arbitraal vonnis, niet getoetst of de zaken samenhangen in die zin dat de zaken gelijke feiten en/of gelijke rechtsvragen betreffen op grond waarvan bij afzonderlijke berechting een risico van tegenstrijdige beslissingen ontstaat. Nu er derhalve geen sprake is van samenvoeging, kan er in dat opzicht ook geen sprake zijn van één arbitraal vonnis van samengevoegde zaken. Het verzoek tot tenuitvoerlegging van het arbitraal vonnis dient reeds hierom te worden afgewezen.
De omstandigheid dat in het arbitraal vonnis wordt overwogen dat arbitrale procespartijen zijn overeengekomen hun geschil te beslechten via het Arbitrage Reglement van E-Court, dat deel uitmaakt van de arbitrageovereenkomst en waarvan de arbiter is gebleken (hetgeen E-Court in haar inleidende verzoekschrift nader toelicht in die zin dat het reglement een expliciete bevoegdheid tot samenvoeging inhoudt), maakt dat oordeel niet anders.
De omstandigheid dat er op het ‘voorblad’ van elk van de arbitrale zaken zoals overgelegd als productie 1 bij het verzoekschrift, wordt verwezen naar hetzelfde arbitraal gedingnummer IP-2013-003A, maakt het oordeel van de voorzieningenrechter evenmin anders.
2.5. Het voorgaande heeft tot gevolg dat de voorzieningenrechter het verzoek tot tenuitvoerlegging van het ‘ene arbitrale vonnis’, geadministreerd onder nummer IP-2013-003A, niet kan verlenen.
Hoewel niet uitdrukkelijk verzocht, begrijpt de voorzieningenrechter het verzoek van E-Court aldus, dat zij subsidiair verlof tot tenuitvoerlegging vraagt van de door haar als productie 1 overgelegde vonnissen, geadministreerd onder nummers
IPS-2013-003A-000001, IPS-2013-003A-000002 en IPS-2013-003A-000003). Aan toewijzing van dat verzoek staat niets in de weg, zodat dat hierna zal worden toegewezen.
Beslissing
De voorzieningenrechter
3.1. verleent verlof tot tenuitvoerlegging van het door mr. R.R.G.M. van Beurden op 26 juli 2013 tussen BV Notarian en [naam 1] (nummer: IPS-2013-003A-000001), tussen BV Notarian en [naam 2] (nummer: IPS-2013-003A-000002), en tussen BV Notarian en [naam 3] nummer: (IPS-2013-003A-000003) gewezen arbitrale vonnissen (in het arbitraal geding met nummer IP-2013-003A)