DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op dinsdag 24 november 2015
IT 1924
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Raamovereenkomst niet voldoende bij stelplicht causaal verband schade

Rechtbank Midden-Nederland 4 november 2015, IT 1915; ECLI:NL:RBMNE:2015:7657 (SQL Integrator tegen Talisman Software)
Schadestaatprocedure. Causaal verband. Concurrentiebeding. Bij een eerder vonnis is Talisman veroordeeld tot het betalen van een boete aan SQL wegens schending van het concurrentiebeding tussen partijen. Talisman betwist de vordering en stelt dat er causaal verband tussen de schade en haar handelen ontbreekt. In het eerdere vonnis werd geoordeeld dat SQL de opdracht van Naturalis zou hebben gekregen indien Talisman conform het concurrentiebeding deze had geweigerd. Talisman betwist dit. Volgens de rechtbank in onderhavige zaak heeft SQL niet voldaan aan haar stelplicht om exclusiviteit tussen haar en Naturalis te bewijzen. De vordering wordt afgewezen.

2.6. De rechtbank overweegt dat in deze schadestaatprocedure, anders dan in de hoofdprocedure, moet komen vast te staan dat SQL schade heeft geleden door het handelen van Talisman. Om causaal verband tussen het handelen van Talisman en de door SQL gestelde schade vast te kunnen stellen moet allereerst komen vast te staan dat Naturalis SQL zou hebben benaderd als Talisman de opdracht om een automatiseringsdeskundige te leveren zou hebben geweigerd. SQL zal, als eisende partij voldoende feiten en omstandigheden moeten stellen – en zonodig moeten bewijzen – waaruit kan worden geconcludeerd dat Naturalis SQL zou hebben benaderd als Talisman de opdracht zou hebben geweigerd. Naar het oordeel van de rechtbank heeft SQL niet aan deze, op haar rustende, stelplicht voldaan. Voor dit oordeel acht de rechtbank allereerst van belang dat SQL haar stelling, dat het de bedoeling van SQL en Naturalis was dat SQL dé leverancier van automatiseringsdeskundigen van Naturalis zou worden, gelet op de gemotiveerde betwisting door Talisman niet, althans onvoldoende (nader) heeft onderbouwd. Weliswaar hebben SQL en Naturalis een raamovereenkomst gesloten die als raamwerk diende voor meerdere deelovereenkomsten, maar dienaangaande heeft Talisman onweersproken gesteld dat het in de detachering- en uitzendbranche gebruikelijk is om een dergelijke raamovereenkomst en deelovereenkomsten te sluiten. Als het de bedoeling van SQL en Naturalis zou zijn geweest dat SQL dé leverancier van automatiseringsdeskundigen van Naturalis zou worden, dan had het op haar weg gelegen om gemotiveerd te stellen dat SQL ook de enige partij was die een dergelijke raamovereenkomst met Naturalis had gesloten. Dit heeft SQL niet gedaan. Ter zitting is namens SQL bovendien erkend dat er geen sprake was van exclusiviteit tussen SQL en Naturalis. Naturalis had derhalve de vrijheid om zich tot iedere leverancier van automatiseringsdeskundigen te wenden.
Verder overweegt de rechtbank dat als het de bedoeling zou zijn geweest dat SQL ‘hofleverancier’ van Naturalis zou worden, het zonder nadere toelichting, die ontbreekt, niet valt in te zien waarom Naturalis zich bij het vrijkomen van een nieuwe functie in eerste instantie tot Talisman heeft gericht voor het vervullen hiervan en niet meteen tot SQL. Ondanks het bestaan van de raamovereenkomst en de bekendheid van Naturalis met SQL heeft Naturalis zich juist niet tot SQL gewend maar tot Talisman. Het door SQL geuite vermoeden dat dit een ‘één-tweetje’ is geweest tussen de heer [B] (die via Talisman en SQL bij Naturalis werkzaam was) en diens echtgenote, die als accountmanager bij Talisman werkzaam is, is door SQL niet feitelijk onderbouwd. Daarbij heeft de heer [A] verklaard dat met betrekking tot de functie bij Naturalis mevrouw [E] (en niet mevrouw [B] ) zijn contactpersoon bij Talisman was.

Tot slot overweegt de rechtbank dat ter zitting is komen vast te staan dat Talisman geen verplichting had om Naturalis door te verwijzen naar SQL. Naturalis had als hiervoor reeds overwogen de vrijheid om zich tot iedere (andere) leverancier van automatiseringsdeskundigen te wenden. De stelling van SQL dat het wel logisch zou zijn geweest indien Talisman Naturalis zou hebben doorverwezen naar SQL, maakt, het bovenstaande mede in aanmerking genomen, nog niet dat Naturalis zich dan dus ook tot SQL zou hebben gewend.

Dat er destijds kennelijk een goede relatie bestond tussen de heer [D] (programmamanager) van Naturalis en de heer [C] van SQL doet hier niets aan af. Immers, als het de bedoeling van de heer [D] was geweest om een automatiseringsdeskundige via SQL te verwerven, zoals SQL stelt, dan valt niet in te zien waarom de procedure hiertoe niet op gelijke wijze is gevoerd als voor de verwerving van de heer [B] ; te weten door middel van het versturen van de vacature voor de functie van (uiteindelijk) de heer [A] aan de heer [C] , nog voordat de vacature werd geplaatst.

2.7. Gelet op het hiervoor overwogene heeft SQL onvoldoende gemotiveerd gesteld dat Naturalis zich tot SQL zou hebben gewend indien Talisman de opdracht zou hebben geweigerd, zodat dit niet is komen vast te staan. Dit betekent dat het causaal verband tussen het handelen van Talisman in strijd met de tussen SQL en Talisman gesloten raamovereenkomst en de door SQL gestelde schade niet is komen vast te staan, zodat de vordering zal worden afgewezen. De nevenvorderingen delen dit lot.