DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op dinsdag 20 oktober 2020
IT 3281
||
30 sep 2020
30 sep 2020, IT 3281; ECLI:NL:RBDHA:2020:10057 (Stobi c.s. tegen de Staat en Stichting de Thuiskopie), https://itenrecht.nl/artikelen/de-thuiskopietarieven-van-2003-2015-waren-onjuist

Uitspraak ingezonden door Arnout Groen, Hofhuis Alkema Groen.

De thuiskopietarieven van 2003-2015 waren onjuist

Rechtbank Den Haag 30 september 2020, IEF 19504, IT 3281; ECLI:NL:RBDHA:2020:10057 (Stobi c.s. tegen de Staat en Stichting de Thuiskopie) Thuiskopieheffing. Vervolg op het tussenvonnis van 13 februari 2019 [IEF 18234]. Deze procedure gaat over de Nederlandse thuiskopieregeling in een tijdvak van 12 jaar. Na een uitvoerig onderzoek van over en weer in het geding gebrachte rapporten luidt de conclusie dat het thuiskopiëren in Nederland afneemt. De schade voor rechthebbenden in de jaren 2013-2015 is afgenomen van € 24 miljoen tot € 18 miljoen. Tegen de achtergrond van het afnemende kopieergedrag en de vastgestelde schade is een totaal beoogd incassobedrag van rond de € 40 miljoen te hoog. Thuiskopie wordt veroordeeld de onverschuldigd betaalde bedragen terug te betalen. Het gaat om meer dan 40% van hetgeen er ooit aan Stichting De Thuiskopie betaald is.

5.62. Dit leidt tot een bijstelling naar beneden van de door Sman berekende schade. De schade die Sman zonder Copydan-kopieën had berekend was al fors lager dan de tot uitgangspunt genomen 40 miljoen euro, namelijk 59% van dat bedrag. Ook de schade met verdiscontering van de Copydan-kopieën, wijkt behoorlijk af van het tot uitgangspunt genomen bedrag van 40 miljoen euro; deze is 88% van dat bedrag. Bijstelling naar beneden, uitgaande van de door Datta berekende opbrengst per stream van € 0,003542682, leidt ertoe dat de opbrengst nog meer afwijkt van het tot uitgangspunt genomen bedrag en buiten de bandbreedte van richtlijnconforme uitleg valt. Voor 2015 berekende Sman, uitgaande van een licentievergoeding van € 0,0045 per stream, een totale schade van € 23,65 miljoen, voor 2014 €27,82 miljoen en voor 2013 € 30,91 miljoen. De schade komt met de bijstelling van Datta derhalve neer op (maximaal) 0,003 542682 / 0,0045 = (afgerond) 0,787 deel van de Sman bedragen. Voor 2015 komt dat neer op (0,787 x 23,65 miljoen ) € 18,61 miljoen, voor 2014 (0,787 x €27,82 miljoen ) € 21,9 miljoen en voor 2013 (0,787 x € 30,91miljoen =) € 24,32 miljoen euro. De thuiskopievergoeding was echter gebaseerd op een schade van € 40 miljoen euro. De grote mate van vrijheid en ruime beoordelingsmarge van de lidstaten en het noodzakelijkerwijs forfaitaire karakter van de heffing van thuiskopievergoeding brengen weliswaar een beleidsvrijheid van de Staat met zich, maar deze vindt haar grens in de verplichting van de Staat om de parameters van die vergoeding op niet-incoherente wijze in te vullen.39 De billijke vergoeding moet wel verband houden met de schade geleden door de rechthebbenden als gevolg van het kopiëren voor privégebruik. Bij een compensatie die min of meer twee keer de geleden schade bedraagt, is daarvan geen sprake meer.

5.63. De slotsom is daarmee dat de onjuiste veronderstelling over thuiskopiëren uit ongeoorloofde bron daadwerkelijk heeft geleid tot een te hoog bedrag aan thuiskopievergoeding. Daarmee vindt Stobi es het gelijk aan haar zijde met betrekking tot de op grond B gegronde vorderingen. De (verdere) bespreking van het geschil over stap 1 en het geschil over stap 3 – waarbij Stobi cs onder verwijzing naar het rapport van Datta betogen dat moet worden uitgegaan van een lagere beluisterfactor – is derhalve niet nodig. Na bespreking van grond C komt aan de orde wat dit betekent voor de op grond B gebaseerde vorderingen.