Verzoek tot inzage gegevens afgewezen
Hof 's-Hertogenbosch 15 augustus 2024, IT 4630; ECLI:NL:GHSHE:2024:2602 (Appellante tegen de Stichting). Zaak betreffende een inzageverzoek op grond van artikel 15 AVG. In eerste aanleg verzoekt appellante, een huurder, de woningstichting (hierna: de Stichting) om een overzicht van de persoonsgegevens die zij van hem heeft verwerkt. In eerste aanleg werd dit verzoek al afgewezen. De Stichting heeft gemotiveerd betwist dat zij meer of andere gegevens heeft verwerkt dan hetgeen in het verstrekte verwerkingsoverzicht staat. Zij geeft zelfs aan dat ze meer gegevens dan nodig heeft verstrekt om verzoeker tegemoet te komen. Het verzoek werd daarmee afgewezen. Ook in hoger beroep wordt het verzoek van appellante afgewezen. Het overzicht voldoet, behalve enkele vermeldingen, aan hetgeen dat appellant mocht verwachten.
Brinkhof Symposium op woensdag 9 oktober 2024
Uitnodiging: Brinkhof Symposium | Verkiezingen in het digitale tijdperk
Op woensdag 9 oktober 2024 vindt de jaarlijkse uitreiking van de Internetscriptieprijs plaats op het kantoor van Brinkhof in Amsterdam. De prijs zal worden uitgereikt tijdens een symposium gewijd aan online risico’s voor verkiezingen en de juridische implicaties daarvan – een hot topic in hét verkiezingsjaar 2024 (met o.a. de Europese Parlementsverkiezingen, Amerikaanse presidentsverkiezingen en nationale verkiezingen in tientallen landen wereldwijd). Tijdens het symposium zullen een keynote-spreker en panelleden met verschillende expertises hun visie geven op dit onderwerp.
Een greep uit de thema’s die aan bod zullen komen: desinformatie & manipulatie, politieke advertenties en microtargeting, de rol van generatieve AI, contentmoderatie, en de
verplichting voor grote online platforms tot beperking van risico’s voor verkiezingsprocessen onder nieuwe Europese regelgeving.
Wil je het evenement bijwonen? Registreer je dan hier. Het symposium is toegankelijk voor alle studenten, advocaten, wetenschappers en overige geïnteresseerden. Advocaten kunnen met hun deelname 2 PO-punten behalen.
Twijfel of online reisbureaus zich schuldig maken aan oneerlijke handelspraktijken
Rb Den Haag 29 september 2024, IT 4629; ECLI:NL:RBROT:2024:9494 (Reisbureaus tegen de ACM). De ACM heeft drie online reisbureaus lasten onder dwangsom opgelegd en heeft besloten die lasten te publiceren. Volgens de ACM maken de reisbureaus zich schuldig aan oneerlijke handelspraktijken door bij pakketreizen op de startprijzen een vanafprijs te vermelden die nog tijdens het boekingsproces opwaarts of neerwaarts kan wijzigen. De voorzieningenrechter begrijpt de toelichting van verzoeksters zo dat het verschil tussen de eerst getoonde vanafprijs en de prijs die na de prijscheck wordt getoond, wordt veroorzaakt door wijzigingen in de beschikbaarheid of de prijzen van de reiselementen die door de leveranciers van verzoeksters worden aangeboden. De eerst getoonde vanafprijs was op het moment dat de pakketreis op de website werd geplaatst juist en actueel, maar door wijzigingen in beschikbaarheid en door dynamic of fluid pricing door de leveranciers van de reiselementen, is deze prijs achterhaald.
Meerverbruik werkgeheugencapaciteit en zorgplicht ICT-leverancier
Hof 's-Hertogenbosch 20 augustus 2024, IT 4628; ECLI:NL:GHSHE:2024:2626 (Interconnect tegen Acknowledge) Het Hof van Den Bosch oordeelt in deze zaak over de zorgplicht van een ICT-dienstverlener en de gevolgen van het meerverbruik van werkgeheugen door een afnemer. Het geschil ontstond omdat Acknowledge meer RAM-geheugen gebruikte dan contractueel was overeengekomen, waardoor Interconnect extra kosten claimde. Het Hof stelt dat Acknowledge verantwoordelijk was voor dit meerverbruik, aangezien zij zelf wijzigingen kon aanbrengen en wist dat het extra gebruik tot hogere kosten zou leiden. De maximale hoeveelheid verbruikte RAM, en niet het gemiddelde, was daarbij bepalend voor de prijsberekening. Ook wees het Hof het verweer van Acknowledge af dat Interconnect haar zorgplicht had geschonden door geen technische beperkingen in te stellen. Interconnect had geen waarschuwingsplicht omdat Acknowledge in staat was haar eigen verbruik te monitoren. Acknowledge werd daarom veroordeeld tot een aanzienlijke schadevergoeding, omdat de meetresultaten van Interconnect volgens de voorwaarden bindend waren.
VU leergang Intellectueel eigendomsrecht
Op welke manieren worden intellectuele eigendomsrechten eigenlijk verkregen? Hoe worden deze
rechten geëxploiteerd en gehandhaafd? Hoe verstrekt de bescherming en handhaving van
intellectueel eigendom zich uit in de analoge en de digitale wereld?
De leergang Intellectueel eigendomsrecht behandelt deze vragen door in te gaan op het auteurs-,
databanken- en portretrecht, het merken-, modellen- en handelsnaamrecht, het octrooirecht, de
bescherming van de bedrijfsgeheimen en de voor deze rechten ter beschikking staande
handhavingsinstrumenten.
Deze opleiding biedt u niet alleen de mogelijkheid om overzicht te krijgen over de verschillende
intellectuele eigendomsrechten, maar ook inzicht in het strategische gebruik en het efficiënte
beheer van deze rechten.
Start gegarandeerd op 5 november 2024 o.l.v. prof. mr. Stef van Gompel.
HvJEU: AVG-toezichthouders zijn niet verplicht om hun bevoegdheden te gebruiken
HvJEU 26 september 2024, IT 4626; C-768/21 (Land Hessen). Het Europese Hof van Justitie heeft zich uitgesproken over een Duitse zaak met betrekking tot een AVG-schending. Eiseres in die zaak had gevorderd dat de AVG-toezichthouder in Duitsland een boete zou opleggen aan haar bank. Zij was er namelijk achter gekomen dat een bankmedewerker haar data meermaals had ingezien zonder toestemming. Aangezien de bank al maatregelen had genomen jegens de medewerker, achtte de toezichthouder het in dit geval niet nodig om verdere actie te ondernemen. De Duitse rechter wendt zich tot het Europese Hof met de vraag of een dergelijke beslissing van de toezichthouder is toegestaan. Het Europese Hof antwoordt daarop bevestigend: AVG-toezichthouders zijn niet verplicht hun bevoegdheden te gebruiken voor zover dat niet noodzakelijk is om de AVG te waarborgen. In een geval als de onderhavige, waarin de gegevensverwerker zelf al maatregelen heeft getroffen om de schending te verhelpen nadat zij hiervan op de hoogte is gesteld, kan de toezichthouder besluiten af te zien van verdere stappen. Het is daarbij aan de nationale rechter om te bepalen of de toezichthouder (in het algemeen) een voldoende consistent en hoog niveau van bescherming van persoonsgegevens waarborgt.
5e KNVI Nationaal Debat – 17 oktober 2024 – Dauphine, Amsterdam
“Zoektocht naar multidisciplinaire digital security experts”
Wie gaan de arbeidsmarktproblemen oplossen, welke acties zijn noodzakelijk en wat wordt de invloed van autonome informatietechniek?
- “Het aanpakken van de tekorten op de cybersecurity arbeidsmarkt is essentieel voor de digitale weerbaarheid en strategische autonomie van Nederland,” waarschuwt de Cyber Security Raad (CSR) in zijn signaalbrief van 4 juli 2024 aan minister Beljaarts (Economische Zaken).
- De toenemende digitale dreigingen en groeiende afhankelijkheid van ICT maken de behoefte aan professionals in het vakgebied informatiebeveiliging steeds urgenter. Bovendien krijgt digitale soevereiniteit een zwaardere weging.
- TNO voorspelt echter een revolutionaire verschuiving. Autonome systemen, met kunstmatige intelligentie (AI) als motor, gaan de toekomstige informatiebeveiliging domineren. Taken die ooit door mensen werden uitgevoerd, zullen in hoge mate door machines worden overgenomen.
- De Amerikaanse federale overheid verkiest ‘skills’ boven diploma’s bij het werven van IT professionals – moet Nederland dit beleid volgen?
Digital Services Act: Minister geeft eerste indruk
Vandaag heeft de Minister van Economische Zaken een brief gestuurd aan de Tweede Kamer met daarin de eerste indruk over de werking van de Digital Services Act (hierna: DSA), die sinds februari dit jaar volledig van kracht is. Hij gaat daarbij in op (1) de uitvoering en toezicht op Europees niveau, (2) de uitvoering en toezicht in Nederland en (3) de toepassing door de civiele rechter. Ook benadrukt hij dat Nederland op 25 juli 2024 een aanmaningsbrief heeft ontvangen van de Europese Commissie (hierna: Commissie) waarin Nederland in gebreke wordt gesteld vanwege het onvolledig en niet-tijdig uitvoeren van de DSA. De verwachting is dat de gebreken pas kunnen worden opgelost als de momenteel nog aanhangige Uitvoeringswet DSA wordt aangenomen door het Parlement.
College van B&W voldoet aan AVG-inzageverzoek
Rb. Rotterdam 16 december 2022, IT 4623; ECLI:NL:RBROT:2022:11808 (Eiseres tegen het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam). Eiseres bevindt zich in een re-integratietraject bij het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam. Zij verzoekt het college om inzage in of afschriften van documenten uit haar re-integratiedossier, voor zover die gaan over monitoring, logging, controle en opsporing. Het college geeft gehoor en verstrekt een aantal documenten aan eiseres. Het college meent volledig aan het inzageverzoek tegemoet te zijn gekomen, maar eiseres is het daar niet mee eens. Ook botsen partijen over het verzoek van eiseres tot rectificatie van haar persoonsgegevens. Volgens het college zijn de onjuistheden waar eiseres op doelt niet vatbaar voor het rectificatierecht: het gaat om professionele indrukken, meningen en conclusies. Het college wijst de verzoeken van eiseres af; het inzageverzoek voor zover hij daar niet aan kan voldoen. Dit zowel in eerste aanleg als na bezwaar van eiseres. Eiseres stapt naar de rechter.
Verzekeringsfraude rechtvaardigt registratie persoonsgegevens in het EVR
Hof Arnhem-Leeuwarden 27 augustus, IT 4622; ECLI:NL:GHARL:2024:5458 (Appellante tegen Achmea Schadeverzekeringen N.V.). Deze zaak betreft een schadeclaim van appellante tegen Achema, een inboedelverzekeraar, in verband met diefstal met braak. Na een onderzoek heeft Achmea aan appellante laten weten iedere verzekeringsuitkering te weigeren en de gegevens van appellante in het Externe Verwijzingsregister (hierna: EVR) te registreren voor de duur van acht jaar, wegens opzettelijke misleiding door appellante. Appellante heeft vervolgens bij de kantonrechter gevorderd dat Achmea wordt veroordeeld tot uitkering van de verzekering inclusief wettelijke rente. Bovendien vordert appellante dat haar gegevens uit het EVR worden gehaald. De kantonrechter wijst de vorderingen af. Appellante gaat in hoger beroep met de bedoeling dat haar vorderingen alsnog worden toegewezen. Het hof concludeert dat appellante verzekeringsfraude heeft gepleegd. Appellante heeft Achmea namelijk onjuist voorgelicht en haar verklaring telkens gewijzigd zonder logische verklaring. Zij heeft haar mededelingsplicht geschonden met de onmiskenbare bedoeling om een hogere uitkering te ontvangen. Haar recht op uitkering komt dan ook te vervallen. Wat betreft de verwerking van de gegevens van appellante in het EVR, oordeelt het hof dat de vastgestelde verzekeringsfraude hiervoor voldoende basis biedt. Appellante motiveert onvoldoende waarom dat anders zou moeten zijn en mede hierom ziet het hof geen reden om af te wijken van de door Achmea vastgestelde duur van acht jaar.